Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Nikolaas Sintobin: 'Ik ga waar ik geroepen word'

Aanstormend jurist neemt bijzonder besluit

Topadvocaat, echtgenoot, vader: Nikolaas Sintobin, bekend als geestelijk begeleider uit het EO-programma 'Op Zoek Naar God', had het allemaal kunnen worden. Maar na een bijzondere ervaring in de stilte nam hij als aanstormend jurist een opzienbarend besluit: hij werd jezuïet. "Ik koos voor de vreugde."

Deel:

Een zee van Amsterdamse geveltjes tekent zich af tegen de hemel achter het hoge raam op Nikolaas’ kamer, op de bovenste verdieping van het jezuïetenhuis aan de Singel. Maar halverwege het gesprek is ‘Vlaamse Amsterdammer’ Nikolaas (52) in gedachten ruim vierhonderd kilometer zuidelijker, en jaren terug in de tijd.

Zwarte misère

In een van de duurste wijken van Parijs gaf hij als priester les aan een jezuïetencollege, waar kinderen uit gegoede gezinnen werden klaargestoomd voor een glanscarrière. Elke week werkte Nikolaas ook één dag via een katholieke organisatie onder clochards, in een verpauperd deel van de lichtstad. “Clochards, dat zijn de diepst gezonken daklozen die je kunt bedenken; het ergste wat er bestaat,” vertelt hij met een onmiskenbaar Vlaams accent. “Echte Fransen, die om uiteenlopende redenen letterlijk en figuurlijk in de goot belanden. Zwarte misère.”

Een transseksuele clochard

Een van hen ziet hij nog altijd moeiteloos voor zich: Joëlle, een transseksuele clochard van 45 jaar. Hij tooide zich met een vrouwennaam en droeg dito kleren, maar had een baardje en zijn stem was duidelijk die van een man. Nikolaas knijpt even in zijn neus. “Stinken! Joëlle mocht geen enkele winkel binnenkomen. Eens zat ik naast hem op de grond. We praatten wat. Plotseling liep er een straaltje onder zijn rok vandaan. Urine. ‘Ik had geen zin om op te staan...’ Joëlle liet het gewoon lopen, was de schaamte allang voorbij.”

Goed geld verdienen

Dat Nikolaas ooit intensief met clochards in aanraking zou komen, en nota bene als jezuïet, leek in zijn jonge jaren ondenkbaar. Hij werd geboren in het prachtige Brugge en groeide op in een warm, katholiek gezin, als oudste van zes kinderen. Zijn vader was notaris, dus bemiddeld. “Na de middelbare school studeerde ik rechten in Gent. Ik was wat we in België een studax noemen, een studiebol, en studeerde bijvoorbeeld ook criminologie en financiële economie. Goed geld verdienen, dat leek me wel wat.”

Briljante kerel

"Destijds was ik kind aan huis bij een studiegenoot van me, Johan Vande Lanotte,” vervolgt hij. “Een briljante kerel, tegenwoordig een van de bekendste Vlaamse politici. Op een dag zei hij tegen me: ‘Nikolaas, over een jaar sta jij aan onze kant.’ Daarmee bedoelde hij dat ik, net als hij, atheïst zou worden. Het was niet uitdagend bedoeld. Eigenlijk gaf hij mij deze boodschap: ‘Het geloof is helemaal niet stevig bij je; jouw wortels gaan niet diep.’”

Had hij dit goed gezien?
“Ja, en dat voelde ik terdege. Voor mij was geloven vooral het aanhangen van christelijke waarden en normen. Ik beschouwde mezelf als goed katholiek, ging elke week naar de kerk, vond de liturgie belangrijk, bad voor het slapengaan, enzovoort. Maar een persoonlijke Godsrelatie? Een echte band met Jezus? Ik wist niet wat dat was.”

Wat deden zijn woorden met je?
“Tot mijn schrik moest ik vaststellen dat ik wat geloofsvorming betreft was blijven steken op het niveau van een 12-jarige.”

Twintig minuten bidden

Nikolaas besloot nog een jaar aan de Katholieke Universiteit van Leuven te gaan studeren, een rechtenspecialisatie. “Omdat ik wist dat daar veel aanbod was op het gebied van geloofsvorming, koos ik bewust voor Leuven. Als oud-leerling van een jezuïetencollege in Gent, had ik goede herinneringen aan jezuïeten: buitengewone leerkrachten. Ik sloot me aan bij een gebedsgroepje van tien juristen, dat zich onder leiding van een jezuïet intensief bezighield met ignatiaanse spiritualiteit. Daarbij lees je biddend – gericht op Jezus – Bijbelverhalen. Inlevend: alsof je er zelf bij bent. Die methode is ontwikkeld door Ignatius, de stichter van de jezuïetenorde.”

Schitterende carrière

Van de ene op de andere dag begon de jonge jurist twintig minuten te bidden bij een geopende bijbel, zeven dagen per week. “Dat had ik nooit gedaan. Gaandeweg ontdekte ik hierdoor een diepere laag van het leven. Een nieuwe kwaliteit van vreugde. Niet dat ik voorheen een droevig leven leidde, maar ik ontdekte iets wat ik niet kende. Jezus Christus werd voor mij een levende Werkelijkheid. Ik heb Hem natuurlijk nooit letterlijk in een stoel zien zitten, maar Hij kreeg voor mij, om zo te zeggen, een gezicht. Iemand Die mij liefdevol aankeek.”

Intussen studeerde Nikolaas ijverig verder in Leuven. Omdat hij hoge cijfers haalde, vroeg een zeer gerenommeerd Belgisch advocatenkantoor hem in deeltijd te komen werken. Alle treden naar een schitterende carrière lagen onder zijn voeten. En toch: er ontbrak voor zijn gevoel iets. Maar wat?

Opeens deze vraag

Nikolaas kijkt even naar buiten, waar meeuwen krijsend langs glijden, en zoekt naar woorden. Met een hand tegen zijn borst: “Ik ervoer een innerlijke leegte. Alles was er, maar het gaf me geen perspectief. Althans: geen volledig perspectief. Ik kon mij geven, maar niet helemaal. Ik was niet echt op mijn plek, en had geen idee waar dit aan lag. De horizon was niet open.”

In het najaar van 1988 deed hij samen met zijn gebedsgroepje een stilteretraite in de abdij van Leffe. “Op vrijdagavond 11 november 1988, tijdens de gebedstijd, kwam opeens deze vraag in mijn hart: ‘Nikolaas, je hebt de laatste maanden iets nieuws ontdekt en ervaart sindsdien zo’n vreugde... heb je eraan gedacht om dit op de eerste plaats in jouw leven te zetten; wat als jij je leven helemaal beschikbaar stelt aan God en jezuïet wordt?’ Die vraag had ik mezelf nooit gesteld. Nooit eerder in mijn leven had ik mij de toekomst zo voorgesteld. Maar die vraag stellen, was hem beantwoorden. Want er was zo’n overweldigend gevoel van vreugde in mijn hart – noem het gerust een Godservaring.”

Aan de ontbijttafel

Op 1 januari 1989, na een intensieve periode van gebed om bevestiging, vertelde hij zijn ouders aan de ontbijttafel over zijn besluit: hij gaf zijn carrière als advocaat op, en zou jezuïet worden. “Mijn vader, die ik nooit eerder had zien huilen, kreeg tranen in zijn ogen. Moeder was helemaal stil. Het was een schok, maar geen negatieve: ze waren er blij mee. Mijn vrienden hadden het op de een of andere manier zien aankomen, merkte ik achteraf. Maar zelf viel ik compleet uit de lucht!”

Nooit achter je oor gekrabd en gedacht: is jezuïet worden nou wel zo verstandig?
Glimlachend: “Jawel! Zeker in deze tijd van secularisatie ligt het niet bepaald voor de hand. ‘Ben ik nu helemaal mesjogge?’ Die gedachte is wel door me heen gegaan. Maar ik heb ervaren dat dit het verlangen van de levende Heer is, dat ik Hem op deze manier zou volgen. En daar heb ik nog geen dag spijt van gehad. Want ik koos voor de vreugde.”

Dit betekende niet alleen dat je een kruis moest zetten door een schitterende carrière, maar ook door een eventueel huwelijks- en gezinsleven.
“Dat ging vanzelf. Zowel een gezinsleven als een carrière trok mij aan, maar die vreugde... maakte alles anders. Mijn horizon ging open.”

Je bent pater, wat vader betekent, maar geen kind zal ooit ‘pappa’ tegen je zeggen. Heb je nooit een steek van pijn gevoeld bij die gedachte?
“Ik kan eerlijk zeggen: nee. Ik kan daar goed mee omgaan. Ik heb zestien neefjes en nichtjes, met wie ik veel contact heb. Daar geniet ik enorm van. Maar voor sommige medebroeders is dit inderdaad een pijnlijke zaak.”

Knotsgekke filmpjes

Jezuïet word je niet zomaar: na Nikolaas’ inwijding in september 1989 brak een vormingstijd aan van maar liefst achttien jaar. Hij studeerde tien jaar lang (vooral theologie en filosofie), werkte onder anderen met drugsverslaafden en verstandelijk gehandicapten, was priester in een straatarm deel van Chili, werkte negen jaar in Frankrijk en zes jaar op diverse plekken in België, voordat hij in Nederland neerstreek.

“Als jezuïet ben je beschikbaar,” legt hij uit. “Je gaat waar je geroepen wordt. Amsterdam is mijn veertiende standplaats. Mijn overste heeft me gevraagd internetpastor te worden, en dat vind ik ontzettend leuk. Internet is een fantastisch medium, waarmee je God – soms op heel onverwachte manieren, zoals via knotsgekke YouTube-filmpjes – onder de aandacht kunt brengen. Ik beheer diverse websites, geef in binnen- en buitenland lezingen over hoe je het geloof online kunt ‘promoten’, en verzorg als geestelijk begeleider retraites, zowel in kloosters als online.”

Je gaat zelf jaarlijks acht dagen de stilte in. Wat brengen die jou?
“In die dagen kan ik mijn antennes weer richten, door meditatie en gebed bij een geopende bijbel. Drie keer heb ik in de stilte heel intense Godservaringen gehad. Bij elkaar opgeteld, in pakweg 25 jaar, misschien een uur. Altijd op sleutelmomenten, als ik voor een keuze stond, zoals in de abdij van Leffe. Maar heel kostbaar: een zeer sterk vreugdegevoel, nauwelijks in woorden te vatten. Misschien zal ik dit nog eens ervaren, misschien niet.” Hij schiet in de lach. “Liever wel, natuurlijk!”

Heb je een gouden tip voor mensen die verzuchten: ‘Ik heb een druk gezin en een drukke baan, stilte is voor mij niet mogelijk’?
“Jazeker! Bouw vijf minuten stilte in per dag. Je maakt mij niet wijs dat dit niet lukt. Vijf minuten stilte – elke dag – maakt al een wereld van verschil. Die helpen je absoluut om dichter bij God te komen, en intenser en aandachtiger te leven. Vul die tijd in zoals je zelf wilt, maar doe het, en je zúlt verschil merken. Stilte laat niemand onberoerd. Dat zag je duidelijk in Op Zoek Naar God. Ik ben de EO trouwens ontzettend dankbaar dat ik er vanuit mijn traditie bij betrokken mocht zijn: een bemoedigende en uitdagende ervaring.”

Een aangrijpende ervaring

Nikolaas is blij dat de vasten- of veertigdagentijd binnenkort weer aanbreekt. “Ieder jaar zie ik ernaar uit. Een mooie periode, omdat vasten met drie dingen te maken heeft: gebed, soberheid en solidariteit. Alleen al die soberheid... Tijdens het vasten merk ik dat ik scherper ben, aandachtiger leef. Je verbruikt minder energie aan spijsvertering, en kunt je dus beter richten op God en het gebed. En wat solidariteit betreft: dit jaar wil ik proberen meer aandacht te geven aan bedelaars om mij heen.”

Dat hij bedelaars noemt, blijkt een bijzondere reden te reden. “Onlangs had ik een aangrijpende ervaring. Ik zat in de tram, hier vlakbij. Tamelijk uitzonderlijk: er kwam iemand naar binnen om te bedelen. Ik weet nooit wat ik in zo’n situatie moet doen, maar ik gaf die man twee euro. Hij pakte me vast en begon me te knuffelen! Ik wist niet wat mij overkwam, midden in die volle tram! Hij bedankte me en begon zomaar over God te spreken, terwijl ik geen priesterboordje draag. ‘Ik zal bidden voor jou.’ En hij meende het!”

Hunkeren naar contact

“Weet je,” zegt Nikolaas even later, “het probleem als ik een bedelaar tegenkom, is niet het geld. Maar dit: hoe kom ik in relatie met zo’n man of vrouw? Hun grootste probleem is eenzaamheid, denk ik. Ook bedelaars, hier in Amsterdam en waar ook ter wereld, hunkeren naar contact, naar iemand die echt naar hen luistert, die hen als méns benadert.”

Dat heb je geleerd door jouw contacten met Joëlle en andere clochards?
“Ja, en met drugsverslaafden. Durf óók die gekwetste mensen in de ogen te kijken. Niet dat ik daar zelf zo’n held in ben, hoor. Heb je de beroemde foto gezien van de paus – de eerste paus ooit die jezuïet is, trouwens – met de man die allemaal bul- ten op zijn lijf heeft? Franciscus pakte hem vast als was het een baby’tje. Pfffff...”

Dezelfde hunkering

Het contrast lijkt enorm: iemand als Joëlle aan de ene kant, en de peperdure advocaten in strakke maatpakken met wie hij ooit samenwerkte, aan de andere kant. Maar Nikolaas ziet dat anders. “Ten diepste zijn we allemaal gelijk. Er is geen verschil. Uiterlijk wel. De een kleedt zich en praat wat verfijnder. Maar het zijn exact dezelfde mensen, met dezelfde vraag, dezelfde hunkering: ‘Houd van mij, kom naar mij toe, benader mij als méns. Kijk mij in de ogen.’”

Wat is jouw diepste drijfveer bij alles wat je doet?
Nikolaas vouwt zijn handen achter zijn nek en denkt na, terwijl de klokken van de Krijtberg-kerk (pal naast het jezuïetenhuis) het verstrijken van de tijd markeren. “Iets van de intense vreugde die ik zelf heb ervaren in mijn dagelijkse omgang met God en met Jezus Christus, doorgeven aan anderen. Een ervaring van vreugde in het diepste van mijzelf, was de reden waarom ik jaren geleden jezuïet wilde worden. Vreugde. Daaraan kan niets op aarde tippen. Niets.”


Tekst: Gert-Jan Schaap
Beeld: Ruben Timman
Bron: Visie 2015, nr. 7

Nikolaas Sintobin

*  Geboren in Brugge, in 1962
*  Studeerde rechten in Gent en Leuven
*  Besloot in het najaar van 1988 zijn carrière op te geven en jezuïet te worden
*  Trad in september 1989 in bij de jezuïeten, waarna een vormingstijd van achttien jaar aanbrak
*  In 1999 werd hij priester, en legde drie geloften af (gehoorzaamheid, kuisheid en armoede)
*  Was geestelijk begeleider in de EO-serie ‘Op Zoek naar God’
*  Schreef het boekje ‘Jezuïeten grappen’ (Altiora Averbode, 2013)
*  Woont sinds ruim anderhalf jaar als overste in het jezuïetenhuis in Amsterdam; zijn primaire taak is internetpastor
*  Naast zijn eigen blog, Inalledingen.org, is hij o.a. intensief betrokken bij Gewijderuimte.org (over ‘ignatiaans Bijbelgebed’)
*  Ook op twitter actief: @NSintobin

--:--