Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Lilian kreeg twee keer een postnatale depressie

'Ik had het gevoel dat elk ander persoon voor mijn kind kon zorgen'

Op Lilians schouw staat een ovale steen met een gat erin. Voor een ander misschien slechts een steen. Voor Lillian een herinnering dat ze haar depressies overwon. Na haar twee zwangerschappen kreeg ze beide keren een postnatale depressie. ‘’Alsof ik een zware deken droeg. Er was geen licht.’’

Deel:

''Mijn man en ik waren een nachtje weg met z’n tweeën toen ik erachter kwam dat ik zwanger was. Nog maar kort daarvoor hadden we besloten voor een kindje te gaan. Na de positieve zwangerschapstest voelde ik me blij en opgelucht. Wat een geluk dat ik al zo snel in verwachting was geraakt.’’

Ik kreeg onze dochter op mijn borst gelegd en dacht: shit, wat nu?

Lilians zwangerschap verloopt voorspoedig. Wel moet ze uiteindelijk in het ziekenhuis bevallen omdat ze overtijd is. Na een rappe bevalling wordt, na een zwangerschap van eenenveertig weken en acht dagen, eindelijk haar dochtertje Eva op haar borst gelegd.
‘’En toen dacht ik: shit, en nu? Dat was mijn allereerste gedachte.

Dat kindje was nu mijn verantwoordelijkheid. Op de bevalling kun je je nog enigszins voorbereiden. Maar toen kwam dat baby’tje er ineens. Toen wist ik niet meer wat ik moest doen. Ik was eraan gewend om voor cliënten te zorgen en het voelde voor mij alsof ik er gewoon weer iemand bij kreeg om voor te zorgen. Dat deed ik met heel mijn hart, maar vooral met mijn hoofd. Ik was heel erg bezig met hoe ‘het hoorde’. Met wat er van mijn verwacht werd.

Druk van de buitenwereld

De eerste keer dat ik met Eva naar de supermarkt ging, vond ik overweldigend. Iedereen kwam ineens zo dichtbij. Ik ben met mijn rug tegen een paal gaan staan, met de kinderwagen voor me. Toen ik zwanger was, hielden mensen rekening met mijn buik. Ze hielden afstand. De baby was toen nog veilig bij mij. Dan komt je kindje eruit en de hele wereld vindt er wat van. De observaties van het consultatiebureau dat je kind wel of niet op de curve zit en de meningen van andere moeders, ik vond het heel heftig allemaal.

Ik kreeg regelmatig te horen: ‘geniet ervan hè.’ Ik dacht: genieten? Dat begreep ik echt niet. De goedbedoelde adviezen en constant dat positieve benadrukken vond ik zwaar. Ik had geen roze wolk.

‘Iedere andere vrouw kan dit, toch?’

Soms kon ik me wel trots voelen als Eva lekker schoon uit bad kwam met leuke kleertjes aan. Maar later dacht ik vooral: wat moet je nou met een moeder als ik? Ik had het idee dat als ik haar op de hoek van de straat achterliet, elke andere vrouw voor haar kon zorgen. Dat ik niet de enige voor haar was. Ik voelde me geen moeder.

Het voelde alsof ik constant een zware deken droeg. Er was geen licht. Misschien was het leven beter zonder mij. Het eerste jaar na Eva’s geboorte ben ik in een overlevingsmechanisme terechtgekomen. Mijn man kreeg een burn-out. Ik moest gewoon door. Dus trok ik iets leuks aan en deed alsof er niks aan de hand was. Ik wilde ook graag visite om me heen hebben, als ik maar niet alleen was met de baby. Dat vond ik heel spannend.’’

Wat wel en niet zeggen tegen jonge moeders?

Lilian tipt: ‘’Voor buitenstaanders is het goed om te weten dat genieten in de maanden na de geboorte van je kind niet vanzelfsprekend is. Kijk uit met steeds dingen zeggen als ‘Geniet er lekker van.’ Na de geboorte draait het veelal om de baby, zo hoort het ook. Maar er is ook een moeder die voor het eerst moeder is geworden. Een moeder die misschien niet zo goed weet hoe het allemaal werkt of zich niet zo blij voelt.’’

Lilian herinnert zich hoe ze in paniek een vriendin belt als haar dochtertje blijft huilen. ‘’Ik wist gewoon niet wat ik op dat moment moest doen. Ik zorgde er wel voor dat ze veilig in haar bedje lag en haar niks kon gebeuren, maar ik kon toen niet verzinnen dat ik haar misschien even in de draagzak moest doen. Of dat ik met haar kon gaan wandelen.''

Diagnose postnatale depressie

Na een jaar beseft Lilian pas dat het niet normaal is hoe ze zich voelt. Ze wordt doorverwezen naar een psycholoog en krijgt de diagnose postnatale depressie. ‘’Ik was niet gek, er was echt iets aan de hand met mij. Ik heb EMDR gekregen vanwege gebeurtenissen die ik had meegemaakt rondom de zwangerschap. Ik heb veel van me afgepraat. Vooral erover kunnen praten hielp. Beetje bij beetje krabbelde ik weer op.’’

De gesprekken met de psycholoog worden afgebouwd, maar de grootste omslag komt als Lilian zich samen met haar man in de kerk laat dopen. ‘’Voordat de andere dopelingen het bad in gingen, werd er aan hen gevraagd wat ze aan God wilden overgeven. Ik wilde dat niet hardop uitspreken voor de gemeente omdat ik me schaamde. Toen ik aan de beurt was, werd die vraag niet aan mij gesteld. Toen wist ik: het is oké, God weet wat ik aan Hem wil geven. Ik heb een foto van het moment dat ik uit het bad kom, en je ziet aan mij dat ik toen alles heb kunnen loslaten.’’

Ondanks alles hebben Lilian en haar man nog steeds de wens voor een tweede kindje. ‘’Bang was ik niet. Alert wel. Het mocht niet weer een jaar duren voordat ik hulp zou krijgen want ik zou de verantwoording hebben voor twee kinderen.’’

Opnieuw zwanger

Opnieuw raakt Lilian snel in verwachting en verloopt de zwangerschap goed. Na een relaxte thuisbevalling wordt Bo geboren. Lilian vangt haar zelf op na de geboorte. ‘’Ik weet nog dat ik echt voor haar kon zorgen, voor haar kon zingen en haar gerust kon stellen. Maar na drie maanden veranderde mijn gevoel. Na mijn bevalling was ik al snel weer slank. Mijn oude spijkerbroeken kon ik weer aan. Daar liep ik dan over straat in mijn oude spijkerbroekenmaat, achter de kinderwagen. Met aan mijn ene hand een knappe peuter, maar onder mijn andere arm mijn ziel. Ik liep daar maar. Deed alles weer. Maar ik kón het helemaal niet. En dat realiseerde ik op een gegeven moment op het werk.

Ik was één op één met een cliënt bezig en hij haalde het bloed onder mijn nagels vandaan. De emoties namen het bij mij over. Ik ben die ruimte uitgestormd en ik heb gezegd: ik kan het niet meer. Toen heb ik eerst een week vrij genomen. Vervolgens heb ik mij ziekgemeld. Daarna ben ik er wel weer, dacht ik. Maar toen ik weer aan het werk ging, wist ik na een halve dag dat het echt niet meer ging. Toen ben ik gelukkig gestopt met werken.

Creatieve therapie

Ik kwam bij dezelfde psycholoog terecht. ‘Het is er weer,’ zei ik. Je kent alle tricks nog van toen,’zei ze. Die moest ik gaan toepassen en dan zou ik eens in de acht weken op gesprek kunnen. ‘En die andere zeven weken dan? Dat overleef ik niet’, antwoordde ik. Er was nog iets anders mogelijk. Ik mocht ook elke week komen beeldhouwen op haar boerderij. Beeldhouwen? Dat leek me niks. Heel sceptisch was ik. Gelukkig ben ik het wel gaan doen.

Ik mocht een steen uitkiezen. Ik koos een enorm exemplaar van veertien kilo. Elke week zeulde ik die steen mee naar huis en vervolgens weer terug naar de boerderij. ‘Wat zie je erin?’ werd er aan mij gevraagd. Gewoon een steen, antwoordde ik. De steen zou ook niet meer dan een steen worden, dacht ik.

Meer artikelen lezen over opvoeding en gezin?

Meld je hier aan voor onze tweewekelijkse nieuwsbrief!

Voornaam
E-mailadres

Lees onze privacyverklaring.

Tot ik op een gegeven moment het idee kreeg om er een gat in te maken. Het was een ovale steen en daar ben ik in gaan hakken. Weken heeft dat geduurd. Tot ik op een dag buiten weer aan het hakken was. De zon scheen. Langzaamaan ontstond er ruimte in de steen. Een gat. En in dat open stuk kwamen straaltjes licht. ‘Kom kijken Astrid,’ riep ik naar mijn psycholoog. ‘Het licht schijnt erdoor.’ En zoals er door dat gat het licht begon te schijnen, zo ging het licht ook weer schijnen voor mij.

Nu staat de steen op onze schouw licht te vangen. Ik ben mezelf ontzettend tegengekomen, maar ik denk dat dit allemaal nodig is geweest om de echte Lilian te kunnen zijn. Ik moest eerst heel ziek zijn om beter te kunnen worden. De postnatale depressies heb ik doorleefd, doorbroken en afgesloten. Nu ben ik niet meer de moeder van een postnatale depressie, maar gewoon de moeder van Eva en Bo. En dat is genoeg.’’

Lilian Groenendaal is getrouwd, heeft twee dochters van acht en vijf jaar oud en heeft een hond. Ze werkt als zzp’er in de zorg- en hulpverlening en als coach.

Fotocredits: The Social Studio

Geschreven door

Judit van Dijk-Besters

--:--