Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Hoe Bart mij aan Jezus doet denken

Column van Sara

Bart werkt in de visverwerking. Hij is opgegroeid in een zwaargelovige familie, maar nu heeft hij niks meer met het geloof en hij wil er ook niks van weten. Bart is getrouwd met Patricia, die dementeert.

Deel:

Op een dag hoor ik veel lawaai uit hun huis. Opeens stormt Bart de deur uit. Hij ploft op het bankje voor het huis en legt zijn handen op zijn gezicht. Alsof hij zich wil verbergen voor al de spanning en frustratie die op hem af was gekomen. Ik begroet hem. Hij merkt mij op. Als antwoord op mijn vragende blik zegt hij: “Het gaat niet goed. Het gaat heel slecht. Patries was aan het douchen en na een kwartier ging ik kijken of het goed ging. Maar opeens herkende ze me niet. Ze gooide alles wat ze kon vinden naar me toe. Ik bleef haar naam roepen, maar ze was niet te bereiken. Ze riep om haar mama, om haar te helpen.” Hij schiet vol. “Ik ben bang dat ze zichzelf pijn doet. Tot een paar jaar geleden was ze zo’n vrolijke meid. Ze was vaak aan het dansen en vroeger zei ze vaak: “Ik zal altijd je gekke bruidje blijven. Maar nu herkent ze me niet eens meer.”

En toch, diep vanbinnen lijkt hij op Jezus

Woorden om hem te troosten heb ik niet. Ik kan alleen geëmotioneerd toekijken. Hij houdt zijn hoofd tussen zijn handen. Hij lijdt om zijn geliefde. Opeens hoor ik de stem van Patricia uit het huis: “Bart, Bart!” De blik in zijn ogen verandert. Hij staat rechtop en roept: “Ja schat, hier ben ik. Ik kom eraan!” En hij rent naar binnen.

Al wil hij niks van Jezus weten, toch doet Bart mij aan Hem denken. De bruid van Jezus is ook gebroken. Soms herkent ze Hem niet, en duwt ze Hem weg. Dan is Hij ook bezorgd dat ze zichzelf pijn doet. En elke keer als zij Zijn naam noemt, is Hij er. Net als Bart.

Ik geloof niet dat Bart niks meer van Jezus wil weten. Ik denk dat hij Hem niet herkent, en zijn naam niet hoort roepen. Daarom gooit hij ook alles naar Hem toe zodat Hij van hem afblijft. En toch, diep vanbinnen lijkt hij op Jezus…

Geschreven door

Sara van der Toorn

--:--