Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Anja woonde en werkte tien jaar in het klooster als non – totdat ze verliefd werd

‘Ik drukte mijn gevoelens weg, ik had bovendien een eeuwige gelofte gedaan’

Anja den Bok kiest op 21-jarige leeftijd voor een leven als non en werkt tien jaar lang als zuster Augustinus met dakloze vrouwen en kinderen. Maar aan haar toegewijde leven aan God en de kloostergemeenschap begint ze steeds meer te twijfelen. Zou het gezinsleven haar niet beter passen? Een moeilijke strijd volgt, want ze wil trouw blijven aan haar eeuwige gelofte. Toch trouwt ze met Jan-Willem en wordt moeder van twee dochters. In de podcast Het Ene Moment vertelt ze hoe ze tot die keuze is gekomen.

Deel:

“Ik was vijftien en toen dacht ik: het kloosterleven is wel iets voor mij”, vertelt Anja. “Als ik daar nu op terugkijk, was ik wel heel jong. Er gebeurde veel in dat jaar. Mijn vader overleed onverwachts en dat maakte indruk op me. Ik ben katholiek opgegroeid en op 'roepingenzondag' werd ik geraakt. Ik wilde mensen helpen, samen bidden. Priester kon ik niet worden dus dan maar non, dacht ik. Mijn moeder schrok zich natuurlijk rot. Van haar moest ik wachten tot ik twintig was en als ik dan nóg wilde, dan mocht ik gaan. Maar dat verlangen ging niet meer weg.”

De weergave van Spotify vereist jouw toestemming voor social media cookies.

Toestemmingen aanpassen

Klooster loslaten

Anja kiest na een tussenjaar voor een leven in het klooster. Toch ervaart ze ook dan al af en toe een worsteling met haar keuze. “Het klooster ingaan betekent: geen partner, geen kinderen. Bovendien was ik zo iemand die 24/7 de radio aan had staan. Dat moest anders. De leuke kleren moesten weg, het uitgaan moest weg. Maar ik dacht: wat is nu belangrijker? En toen besloot ik ervoor te gaan. Makkelijk was het niet. Ik voelde wel dat ik een offer moest brengen.”

Verliefd

In het klooster duurt het even voordat Anja haar draai kan vinden. “Het was een druk programma. We kwamen zeven keer per dag bij elkaar voor gebed. Je moest vroeg opstaan, gelijk naar de kapel om te bidden, eten, koffiedrinken, weer bidden, enz. Ik had er mijn handen vol aan. Op een gegeven moment groeide ik erin en werd het een thuis voor me. Het was bijzonder; de verbondenheid die je hebt met de gemeenschap, de vriendschap en de verdieping en de verstilling die je vindt in het samen bidden.”

Ik vond: wie a zegt moet ook b zeggen

Maar de werkdruk blijkt hoog, met veel werk buitenshuis. “Op een gegeven moment kreeg mijn zus kinderen en dat confronteerde mij met het feit dat ik die niet zou krijgen. En stelletjes op straat begonnen me op te vallen. Ik realiseerde me dat ik die genegenheid miste. Maar de zusters verzekerden me dat zij dat ook wel eens hadden, dat het wel weer overgaat. Ik voelde me niet echt serieus genomen. Ook kwam ik tijdens het leiden van een kinderclub Jan-Willem tegen, een theologiestudent waar ik verliefd op werd. Ik drukte mijn gevoelens weg. Bovendien had ik mijn eeuwige gelofte gedaan en vond ik: wie a zegt moet ook b zeggen. Maar het bleef rommelen.”

Eerlijkheid

“Ik ervaarde God altijd dichtbij”, vervolgt Anja. “Maar toen ik begon te twijfelen over mijn keuze, was Hij stil. Dat voelde heel alleen. Soms denk je iets te lezen of te zien, maar hoe weet je of het God is die spreekt? Dat is best lastig. Maar ik kreeg wel het inzicht dat ik eerlijkheid heel belangrijk vond. Ik geloof dat God heeft mij uniek gemaakt en dat ik daarom ook eerlijk naar het diepste van mijn ziel moest durven luisteren. Dat inzicht zorgde ervoor dat ik toch stappen durfde te maken om het klooster uit te gaan. Ik voelde me erg schuldig om de zusters achter te laten; het zijn mensen van wie je houdt. Maar het was bevrijdend om mijn habijt uit te kunnen doen. Er viel echt iets van me af. Daarna moest ik een hoop inhalen. Ik had wel werkervaring, maar geen diploma. Wel ideeën, maar geen geld. Ik moest mijn rijbewijs halen, mijn eigen geldzaken doen. In het klooster was je bijna nooit alleen. Ik was zo gewend om mijn tijd te delen, ik kon niet meer omgaan met vrije tijd.”

God is dezelfde

“Na een jaar pakte ik het contact met Jan-Willem weer op. Nu zijn we getrouwd en hebben we twee kinderen. Nog steeds word ik wel eens geconfronteerd met die tijd. Door progressieve scoliose zit ik soms gedwongen thuis. Wat ga ik dan doen met die tijd? Gelukkig hou ik heel erg van de natuur, ik kan mezelf daar echt in verliezen en fotografeer sinds twee jaar. Ik ben dankbaar voor mijn huwelijk en twee kinderen maar ik zie ook nog steeds de schoonheid en kracht van zo’n gemeenschap. Ook al ben ik daar uit, God is dezelfde gebleven waar ik me ook bevind.”

Bewuster leven: Klazien woont met haar gezin in een klooster

Lees ook over:

Bewuster leven: Klazien woont met haar gezin in een klooster

Geschreven door

Esther Tims-Van Helden

--:--