Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Marian vocht 25 jaar voor de vrijlating van een gevangene

'Als ik ergens aan begin, stop ik niet'

Stel je voor: omdat je ten onrechte bent veroordeeld, slijt je meer dan veertig jaar van je leven in de cel. Het overkwam de Amerikaan Vincent Simmons. Zonder juridische opleiding vocht Marian Bultman uit IJsselmuiden bijna 25 jaar lang onvermoeibaar voor zijn vrijlating. “Ik dacht vaak: wat als ík daar zat?”

Deel:

Dozen vol met brieven schreven Marian en Vincent elkaar. Marian vanuit haar huis in IJsselmuiden, Vincent vanuit de Angola-gevangenis – officieel de Louisiana State Penitentiary – in de Verenigde Staten. Op de bank in haar woonkamer bladert Marian (66) door de stapel in de bovenste doos. “Ik heb ze allemaal gedateerd. Kijk hier”, zegt ze, terwijl ze een handgeschreven blocnote-vel eruit vist. “Deze is van 3 mei 1999. Dit is zijn allereerste brief, als antwoord op een kort briefje van mij, waarin ik hem bemoedigde.”

Geen eerlijk proces

Vincent zat toen al twintig jaar gevangen, voor een verkrachting op een 14-jarige blanke tweeling. Een delict dat hij altijd heeft ontkend, maar waarvoor hij in 1977 werd veroordeeld tot honderd jaar celstraf.

Voor Marian was het al in 1999 klip en klaar dat Vincent nooit een eerlijk proces heeft gehad en dat zijn zwarte huidskleur een grote rol speelde in zijn veroordeling. Dat concludeerde ze onder meer na het zien van een documentaire over de bewuste gevangenis in Louisiana. Daarin werden zes gevangenen gevolgd, onder wie Vincent. Marian zag in de documentaire hoe hij materiaal had verzameld om zijn onschuld te bewijzen. Tot Marians grote ontsteltenis deed de beoordelingscommissie niets met deze documenten en droop Vincent – met de papieren in zijn geboeide handen – zichtbaar teleurgesteld af, terug naar zijn cel.

Mensenlevens tellen niet mee

Via stichting Inside-Outside schreef Marian al met een terdoodveroordeelde in Amerika. Hierdoor wist ze dat mensenlevens in een Amerikaanse gevangenis niet echt meetellen. Na die bewuste documentaire besloot ze Vincent een brief te sturen om hem te bemoedigen. Tot haar verrassing kreeg ze een lange brief van hem terug. Het was de start van een jarenlange correspondentie.

Waar schreef je zoal over met hem?
“Over heel gewone dingen, eigenlijk. Het gezin, mijn werk, en als we op vakantie gingen, stuurden we een kaartje vanaf ons vakantieadres. Soms voelde ik me daar wat bezwaard over: wij konden gaan en staan waar we wilden, terwijl hij dag in dag uit tussen vier muren zat. Eén keer per dag mocht hij naar buiten om te luchten. Tegelijkertijd was ik zijn ogen en oren naar de buitenwereld. Hij vond het leuk om te lezen hoe het met mij en mijn gezin ging en voelde zich daar meer en meer onderdeel van worden.”

Besnuffeld door drugshonden

Marian raakte zo op Vincent betrokken, dat zij en haar man Marien besloten hem te bezoeken – meerdere keren zelfs. “We mochten twee keer per maand op bezoek, dus we planden het dan zo, dat we zowel aan het einde van de ene maand als aan het begin van de volgende maand twee keer bij hem konden zijn. Dus vier keer per reis. Dat werd echt onze missie; onze reizen – zeven in totaal – werden werkreizen.”

Het eerste bezoek herinnert Marian zich nog goed. Voorafgaand aan de reis moesten zij en haar man een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) aanvragen bij een notaris in Nederland, waarna hun bezoekaanvraag langs de gevangenisdirecteur in Louisiana ging. Wanneer hij de aanvraag had goedgekeurd, konden ze hun tickets boeken.

Het is nooit echt een keuze geweest, het is mij overkomen

Als ze na een urenlange reis eindelijk voor de poorten van de gevangenis staan, worden ze gefouilleerd, besnuffeld door drugshonden en moeten ze hun schoenen uitdoen. Na die controle worden ze naar een wachtruimte gedirigeerd, tot ze worden opgehaald met een oude schoolbus. Daarmee rijden ze tot achteraan het terrein, waar het gebouw staat waar Vincent op dat moment gevangenzit.

“Wat ik heftig vond, was dat we langs gevangenen reden die – net als in films – met houwelen aan het werk waren. Een bewaker te paard stond ernaast, met een geweer in de aanslag.”

Hoe liep je daar als Nederlander rond?
“Ik vond het heel onwerkelijk. En triest, omdat je weet dat er meer mensen moeten zijn die daar ten onrechte zitten. Niet allemaal natuurlijk, er zitten echte criminelen tussen. Maar er zijn zo veel verhalen bekend van vooral zwarte mensen die met racistische motieven veroordeeld zijn. Als we gevangenen tegenkwamen, probeerden we hen vriendelijk te groeten. Want ja, dat zijn toch ook mensen! Wat ik erg vond, was dat de gevangenisdirecteur de eerste keer tegen ons zei: ‘Ik snap niet dat jullie een gevangene komen bezoeken. Ga toch lekker naar de rodeo kijken.’”

Dikke bos sleutels

Eenmaal in het gebouw waar Vincent gevangenzat, liep een bewaker met een dikke bos sleutels voor Marian en Marien uit, richting de bezoekruimte. Die was zo groot als een toilet; een meter bij een meter. Tussen de gevangene en het bezoek zat een soort stalen horrengaas, waar een tl-buis op scheen. Daardoor glom het gaas zo, dat je er nauwelijks doorheen kon kijken.

“Vincent had een ketting om zijn middel, waarvandaan een ketting naar zijn voeten en naar zijn handen liep”, vertelt Marian. “Als hij eten kreeg, werden zijn handboeien losgemaakt, zodat hij fatsoenlijk kon eten. De ene bewaker maakte direct na de maaltijd zijn boeien weer vast, de andere bewaker liet het zo.”

Wat deden jullie bezoeken met Vincent?
“Hij keek er enorm naar uit en ik merkte dat de bezoeken hem hoop gaven. Vaak stelde hij ons trots voor aan de andere gevangenen en kocht hij een doos donuts, die hij door een bewaker naar zijn afdeling liet brengen. Die deelde hij dan aan iedereen uit.”

Rozenkrans

Vincent was een katholieke gelovige. In bijna al zijn brieven ging het wel over zijn vertrouwen op God en zijn hoop op vrijlating. Tijdens een vakantie in Spanje kocht Marian daarom een rozenkrans. Die deed ze om tijdens een bezoek aan hem, een paar maanden later, waarna ze hem in het toilet stiekem afdeed. Ze gaf de rozenkrans aan een bewaker die ze vertrouwde, die hem dan weer aan Vincent gaf. “Later zag ik op foto’s dat hij hem om had. Dat is toch hartverwarmend?”

Je was al die jaren overtuigd van Vincents onschuld. Waarom?
“Na het zien van die documentaire dacht ik: dit kan niet kloppen. Of hij het nu wel of niet gedaan heeft, hij heeft in elk geval geen eerlijk proces gehad. Dat vond ik schandalig. Daar kwam voor mij bij: als hij het werkelijk gedaan zou hebben, zou hij het niet zo lang volhouden om bewijsmateriaal van zijn onschuld boven tafel te krijgen. 
Plus: als Vincent schuld zou bekennen, zou hij veel eerder vrijkomen. Maar hij stond dan wel te boek als zedendelinquent. Dat wilde hij niet. Hij zat nog liever onschuldig in de gevangenis, dan dat hij dat stempel kreeg. Dat zei voor mij genoeg. Via Vincent ben ik rond het jaar 2000 de eerste contacten in Amerika gaan leggen.”

Racisme

Marian, die werkte in de gezondheidszorg, had in de loop der jaren haar mavo-Engels verbeterd via tv-series. Dat kwam haar nu goed van pas. Helemaal toen ze zich – zonder enige juridische opleiding – ging verdiepen in het Amerikaanse rechtssysteem. Ze deed een aantal schokkende ontdekkingen. Zo kwam ze erachter dat Amerikaanse rechters en officieren worden gekozen. “Willen ze na een aantal jaar herkozen worden, dan zijn ze afhankelijk van hun kiezers. Er spelen dus veel belangen. Tel daarbij op het racisme van de jaren zeventig in vooral de zuidelijke staten van Amerika, en de kans is groot dat je als zwarte een verdachte bent.”

President Obama

Al vrij snel kwam Marian erachter dat er op kleine schaal diverse mensen streden voor zijn vrijlating. In de loop der jaren breidde ze haar netwerk enorm uit en schreef ze iedereen aan die mogelijk maar íéts voor de zaak kon betekenen. Honderden mensen, zegt ze zelf, tot president Obama aan toe. “Ik kreeg heel vaak geen reactie, maar dan had ik toch het gevoel dat ik wat deed. En als we in Amerika waren, greep ik iedere mogelijkheid aan om met mensen in gesprek te gaan over Vincent. Ik wilde dat de zaak publiciteit kreeg en dat mensen betrokken raakten. Marien en ik zaten eens aan een bar, ergens in Amerika. Kwam er een man bij ons zitten die advocaat bleek te zijn. Hoe verzin je het! Ik weet niet of hij een rol heeft gespeeld in het proces, maar het was toch weer iemand aan wie ik het verhaal kon vertellen.”

Heb je weleens gedacht: waar ben ik in vredesnaam aan begonnen?
“Eén keer. Dat was toen de advocaat die we in 2006 hadden ingehuurd – voor 10.000 dollar – de zaak had verloren. Waarom verloor zij? Omdat zij onder druk gezet is. Ze kreeg een waarschuwing van de rechtbank dat er een sanctie zou volgen als ze de zaak nog eens zou indienen. Ik herinner me dat ik na die zitting echt met mijn ziel onder de arm in New Orleans rondliep. Toen voelde ik me zo verloren! Er moest nieuw bewijs komen, maar waar haalden we dat vandaan?”

Uiteindelijk heb je bijna 25 jaar gevochten voor Vincents vrijlating. Hoe hield je dat vol?
“Ik dacht vaak: wat als ík daar zat? Het kan toch niet zo zijn dat je moet boeten voor iets wat je niet gedaan hebt? Dat gaat zo in tegen mijn rechtvaardigheidsgevoel. Toen ik begon, wist ik amper welke wegen ik moest bewandelen, maar ik dacht: ik doe het gewoon. En als ik eenmaal ergens aan begonnen ben, zet ik door.”

Eindelijk een alibi

De doorbraak in deze slepende zaak kwam toen er uiteindelijk tóch nieuwe bewijzen gevonden werden. Want hoewel Vincent in eerste instantie door een van de slachtoffers aangewezen was als schuldige, bleek tientallen jaren later dat een neef van hen de dader was. Hij had één meisje verkracht en wilde ook het tweede meisje verkrachten. Marian: “Verder bleek uit een doktersverklaring dat een van de tieners nog maagd was, maar dat bewijs is helemaal niet meegenomen in de rechtszaak van 1977. Waarschijnlijk zijn die meisjes onder druk gezet om een schuldige aan te wijzen, waarop Vincent zonder aanklacht is opgepakt van de straat. Bovendien durfde de eigenaresse van de bar waar Vincent op de avond van de verkrachting was, pas jaren later eindelijk een alibi voor Vincent af te geven.”

Veel te grote spijkerjas

Op maandag 14 februari 2022 gebeurde het ongelofelijke: Vincent Simmons kwam na meer dan 44 jaar op vrije voeten. Marian en haar man waren erbij en vlogen hem na de uitspraak meteen om de hals. “Dat moment was zó’n ontlading. Ik vraag me nu nog weleens af of Vincent het zich op dat moment wel realiseerde. 
Ik had altijd tegen hem gezegd: ‘Als je vrijkomt, staan wij bij de gevangenispoort je op te wachten.’ Dat hebben we gedaan. Hij kwam naar buiten in een veel te grote spijkerjas en te kleine schoenen, en een grote doos met allerlei papieren. Maar hij was vrij!”

‘Of ik ga van je scheiden’

Voor Marian is het tot op de dag van vandaag een raadsel hoe de advocaat die zich tijdens de laatste rechtszaak voor Vincent heeft ingespannen, bij het proces betrokken is geraakt. “Ik heb van iemand uit zijn directe omgeving gehoord dat de vrouw van die advocaat aan het begin van het proces tegen hem gezegd heeft: ‘Je neemt deze zaak aan of ik ga van je scheiden.’” 

Ik had beloofd dat wij bij de gevangenispoort op hem zouden wachten


Hoe dan ook: het staat als een paal boven water dat Vincent vrijgekomen is dankzij de vasthoudendheid en het doorzettingsvermogen van Marian. Zij hield de zaak warm, legde honderden contacten en zamelde fondsen in om advocaten te betalen.

Vincent is nu 71 en heeft meer dan de helft van zijn leven in de gevangenis gezeten. Hoe is het met hem?
“Je zou denken dat hij vol wrok en haat zit. Maar dat is helemaal niet zo. Ik zeg niet dat hij blij is, want het is hem wel allemaal aangedaan. Maar hij zegt: ‘Die dames zijn eigenlijk ook slachtoffers.’ Ze waren destijds 14 jaar en stonden onder druk van hun familie. Ze zaten blijkbaar zo vast in die familieleugen, dat ze zelfs op latere leeftijd niet voor de waarheid konden uitkomen. 
Vincent is inmiddels verhuisd. Marksville, het gehucht waar hij vandaan kwam, is niet langer veilig voor hem. Bij het minste of geringste zullen ze hem weer oppakken. Hij heeft contact met zijn zoon – die is gevangenisbewaarder in Texas, nota bene! – en twee kleinkinderen. En,” glundert Marian, “volgend jaar wil hij naar Nederland komen!”

Met pensioen

Marian vertelt dat Vincent nu samen met een onderzoeksjournalist probeert andere gevangenen te ondersteunen en te helpen. “Ik had hem laatst aan de telefoon, toen zei hij dat hij een heleboel te doen had. ‘Je bent 70 geweest, jij moet met pensioen’, zei ik. Daar wilde hij niets van weten natuurlijk, haha. Maar het is mooi dat hij zijn leven zo invulling geeft.”

Als je nu opnieuw voor de keuze stond, zou je je dan weer inzetten voor iemands vrijlating?
“Het is nooit echt een keuze geweest, het is mij overkomen. En omdat het zo ontzettend tijdrovend is, doe je dit niet zomaar nog een keer. Kijk, ik kan niet de hele wereld redden. Een Joods spreekwoord zegt: als je één persoon redt, red je de hele wereld. Ik hoop dat andere onschuldige gevangenen hier weer hoop uit putten. 
Tegelijk zeg ik: we hebben er ontzettend veel voor teruggekregen. Ervaringen, belevenissen, avonturen. Ik zie het niet als iets wat ons veel heeft gekost. Ik zou het pas pittig vinden als ik over twintig jaar zou terugkijken en moest zeggen: hij is helaas niet vrijgekomen. Het feit dat Vincent nu vrij is, is de ultieme beloning.”

Marian Bultman schreef stapels brieven aan gedetineerde Vincent
Marian Bultman schreef stapels brieven aan gedetineerde Vincent. Credits: Nathalie van der Straten - Folkersma.

Geschreven door

Mirjam Hollebrandse

--:--