Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Column Martine: ‘Wie bepaalt nu eigenlijk wanneer inclusief ook werkelijk inclusief is?’

Martine is getrouwd met Erwin en moeder van drie zonen in de jongvolwassen en puberleeftijd. Ze werkt als ervaringsgericht therapeut bij een praktijk voor bewustwording, zingeving en creativiteit. Voor Eva schrijft ze over wat haar opvalt en bezighoudt in het leven.

Deel:

Ongeveer 4 procent van de Nederlandse bevolking identificeert zich heden ten dage als non-binair of genderneutraal. Mooi en belangrijk dat er de laatste jaren veel meer ruimte is ontstaan voor deze doelgroep. Dat er meer openheid is om de worstelingen en de intensiteit van gendervraagstukken te bespreken. 

Wat mij zeer verbaast, is dat de aandacht voor deze relatief kleine doelgroep in korte tijd heeft geleid tot verregaande aanpassingen in onder andere openbare voorzieningen, taalgebruik en beleid binnen grote bedrijven, winkelketens, restaurants etc. Eén van die aanpassingen die inmiddels op vrij grote schaal wordt doorgevoerd, zijn genderneutrale toiletten. “Een mooie stap op weg naar een inclusieve samenleving”, zo las ik in een artikel.

Ik ben niet tegen aanpassingen

Ik ben niet tegen aanpassingen. Ik ben niet tegen transgenders of non-binaire personen. Trouwens ik ben ook niet tegen feministische vrouwen, witte mannen in te strakke pakken, mensen met groeistoornissen, zwarte kinderen met taalproblemen, immigranten of mensen in de bijstand. Mocht ik jou vergeten zijn te noemen, ik ben ook niet tegen jou.

Ik heb wel een principieel bezwaar tegen het feit dat een genderneutraal toilet geduid wordt als een ‘inclusieve oplossing’.

Ik vraag jouw aandacht voor Lisette. Lisette is mijn cliënte. Zij is op jonge leeftijd seksueel misbruikt door een man. Zij heeft vanuit deze ervaring een diepe angst ontwikkeld voor ruimtes waar ze met mannen alleen is, of waar de kans aanwezig is dat dat gebeurt. Recent was zij op een festival. Daar zijn inmiddels alleen nog genderneutrale voorzieningen te vinden. Toiletten en doucheruimtes zijn voor iedereen toegankelijk. Kamperen zit er niet in voor Lisette – gezien de angst en stress die het bij haar oproept. Haar behoefte kan ze doen op het gehandicaptentoilet die nog enigszins een mate van veiligheid voor haar biedt zolang er ook een vriendin in de buurt is.

Dus wie bepaalt nu eigenlijk wanneer inclusief ook werkelijk inclusief is?

Dus daar waar het voor de ene kleine groep een mooie aanpassing kan zijn, heeft deze tot gevolg dat een andere kleine groep zich buitengesloten voelt. Dus wie bepaalt nu eigenlijk wanneer inclusief ook werkelijk inclusief is? Dat wat wij tot inclusief bombarderen, lijkt mij niets anders dan een goedbedoelde poging om iets van de gebrokenheid in dit leven op te heffen. Die pogingen moeten we vooral volhouden maar niet verheffen tot inclusieve oplossingen.

En als elke kleine groep in Nederland het idee ontwikkelt dat ze er alleen mogen zijn als de samenleving in zijn geheel bereid is om daar aanpassingen voor te doen, dan zijn we op een bijzonder ingewikkeld pad terecht gekomen. Want hoeveel aanpassingen gaan we dan doen om mensen toch vooral het gevoel te geven dat ze erbij mogen horen? En moeten we dan overal in meebewegen omdat we anders niet inclusief zijn?

Hoeveel aanpassingen gaan we doen om mensen het gevoel te geven dat ze erbij mogen horen?

Een gesprek waarin je zegt: ‘Hé Lisette, ik was geraakt door jouw ervaring op dit festival. Ik vind het pijnlijk voor je dat je je buitengesloten voelt. Het is ook onoverkomelijk. Ik voel me ook wel eens buitengesloten. Zullen we samen onderzoeken hoe jij naar zo’n festival kan gaan, zonder dat het je zoveel stress en ongemak bezorgt? Wat heb je daarvoor nodig?’

Het gesprek lijkt me duurzamer dan krampachtig allerlei aanpassingen doen die onze minderheden moeten erkennen. Werkelijke erkenning vindt plaats in het intermenselijke contact. Sommige vormen kunnen dat ondersteunen maar de vorm in zichzelf biedt de oplossing niet. Als we daar dan maar weer eerlijk over zijn komen we volgens mij een heel eind. En wat mij betreft vooral: op naar de nieuwe hemel en de nieuwe aarde! Ben benieuwd of daar überhaupt toiletten zijn.

Geschreven door

Martine Luchies

--:--