Ga naar submenu Ga naar zoekveld

7 profetessen in de Bijbel

In de Bijbel stonden diverse vrouwen ‘op de kansel’. Hier hun verhalen. Met natuurlijk de vraag: wie zijn tegenwoordig ‘profetes’ en krijgt spreekrecht in Gods wereldwijde kerk?

Deel:

Het gaat me om de verhalen waar een vrouw expliciet ‘profetes’ heet. De latere rabbijnen noemen ook Sara, Hanna, Abigaïl en Ester profetessen en ook Rachel, Elisabet en Maria lijken te profeteren, evenals trouwens Lydia, Prisca, Febe en Junia. Maar hen neem ik nu niet in deze lijst op, omdat de Bijbel het er niet nadrukkelijk bij zegt.

1. Mirjam
Ze is nog maar een jaar of tien, elf als ze haar jongere babybroertje Mozes redt met een slimme smoes. En later adviseert ze Mozes regelmatig, schrijft ze liedjes en danst ze voor God. Dat deden officieel de mannelijke Levieten in de tempel, maar zij dus ook.

2. Debora
Wat een dame! De heren durven het gevecht niet aan, maar zij heeft wel de leiderschapskwaliteiten, neemt haar verantwoordelijkheid en wint de veldslag. Met een glansrol voor een andere stoere dame, Jaël, die iets nogal ongebruikelijks doet met een tentpin…

3. Chulda
Er waren in haar tijd veel profeten, mannen bedoel ik, maar de koning consulteert juist haar tijdens zijn religieuze hervormingen. Petje af, Chulda.

4. Jesaja’s vrouw
Over haar weten we niet veel. Wel dat ze een nogal rare actie van haar man heeft moeten verdragen: hij loopt drie jaar poedeltjenaakt rond. En ze krijgt een kind met de langste naam uit de Bijbel: Haastbuitspoedroof…

5. Noadja
Het is niet helemaal duidelijk wat ze beweerde en waar ze voor stond, maar wel dat Nehemia nogal van haar onder de indruk is, of beter gezegd: geïntimideerd. Tough lady, zullen we maar zeggen. 

6. Hanna
Ze trouwde waarschijnlijk toen ze 12 was, was 7 jaar gehuwd, maar toen stierf haar man. Nu zijn we 84 jaar verder. Reken maar uit: ze is 103. Mamamia. Maar dan eindelijk ziet ze baby Jezus. Dat maakt het allemaal de moeite waard. 

7. De vier dochters van Filippus
En tot slot vier tegelijk: Filippus’ dochters. Bij hen kwam dus de oude profetie uit dat later ‘zonen en dochters’ zouden profeteren. 

Geschreven door

Reinier Sonneveld

--:--