Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Sonya verloor haar goede vriendin tijdens de Bijlmerramp

‘Ik zag mensen vanaf de balkons naar beneden springen’

“LY 1862 going down, going down.” Het zijn de allerlaatste woorden van de gezagvoerder voordat zijn vliegtuig op 4 oktober 1992 de Bijlmerramp veroorzaakt. Precies dertig jaar later blikt nabestaande Sonya van Zoest (74), die daarbij haar vriendin verloor, terug. “Soms schreeuw ik nog even keihard.”

Deel:

De geur van een heerlijke ovenschotel hangt die zondagmiddag in haar woning in de flat Groeneveen. Her en der staan wat spulletjes die ze ’s middags op een rommelmarkt heeft verzameld. Buiten is het guur. Dan gaat de telefoon. Sonya’s man belt bij familie in Zaandam vandaan en vraagt nieuwsgierig naar het menu voor die avond. Lasagne met spinazie, verklapt Sonya, z’n lievelingsmaaltje. “Om 18.30 uur stond het eten klaar, maar mijn man was nog altijd niet thuis”, herinnert Sonya zich. “Ik bleef op hem wachten totdat ik iets na halfzeven een oorverdovend geluid snel dichterbij hoorde komen. Als geboren Aalsmeerse wist ik direct dat het een vliegtuig was. Ook wist ik meteen: die haalt Schiphol niet meer! Snel rende ik naar het raam en zag in een flits hoe de kist zich in onze flat boorde, tien huizen bij mijn woning vandaan.”

Enorme knal

Wat Sonya dan nog niet weet, is dat een Boeing 747-vrachtvliegtuig van de Israëlische luchtvaartmaatschappij El Al, vlucht LY-1862, vrijwel direct na de start boven het Gooimeer twee motoren heeft verloren. De gezagvoerder vraagt nog om toestemming voor een noodlanding, maar kan niet meer voorkomen dat het vliegtuig zich – vrijwel verticaal vliegend – in de flats Groeneveen en Klein-Kruitberg boort. Om 18.35:45 uur meldt de luchtverkeersleiding in de verkeerstoren op Schiphol: “Het is gebeurd.”

Een enorme knal volgt. “Ik viel op de grond en kreeg bijna de omvallende boekenkast over me heen. Het bankstel vloog door de kamer en de spouwmuur met de buren vervormde helemaal. Toch kon ik in die chaos maar aan één iemand denken: aan Marcella, m’n Roemeense vriendin.”

Hel op aarde

Dan volgt een vreemde stilte. Die duurt hooguit een minuut. “Ik kon overeind komen en zag door het raam de ravage op de hoek van Groeneveen en Klein-Kruitberg, precies waar Marcella op de derde verdieping woonde. Ik raakte in shock en wist meteen dat ik Marcella die dag had verloren. Helemaal toen daarna een gigantische vuurzee omhoog spoot, zeker tien keer zo hoog als de flat. Een bizar schouwspel met allemaal vreemde kleuren vuur: roze, groen, rood en paars.”

Sonya
Credits: Ruben Timman.

Sonya rent de galerij op en belandt in een hel op aarde. Er hangt een vreemde schroeilucht. “Tot mijn grote schrik zag ik mensen vanaf de balkons naar beneden springen. Met hun handen omhoog, alsof ze nog om hulp smeekten, zo de diepte in. Beelden die ik helaas nooit meer van m’n netvlies af heb kunnen krijgen.”

Kleine kist

Marcella overleeft de Bijlmerramp inderdaad niet. Voor Sonya een keiharde klap. “Ze kwam oorspronkelijk uit Roemenië en was als een moeder voor me. We vierden samen Pasen en deden vaak samen boodschappen. Had ze een vraag over haar administratie? Dan dook ik er voor haar in.” Sonya pakt van het dressoir een foto van Marcella met haar twee honden. “Zo’n lieve vrouw, nu alweer dertig jaar van me afgenomen.”

Toch duurt het nog dagen voordat Sonya de bevestiging krijgt dat Marcella een van de 43 officiële doden is. “Tot overmaat van ramp kwamen er van die stoere kerels van het Nederlandse Rampen Identificatie Team bij me. Zonder blikken of blozen openden ze op mijn keukentafel een kleine kist. Of ik even wilde kijken of ik Marcella herkende. Te bizar voor woorden natuurlijk en ik wist niet wat ik zag, want meer dan de helft van haar lichaam was verdwenen. Toch herkende ik Marcella aan haar oorlelletje. Mijn maag draaide zich driemaal om.”

Begrafenis

In de dagen en weken na de vliegramp leeft Sonya in een rare roes. Ze zorgt hoogstpersoonlijk voor een waardige begrafenis voor Marcella op Zorgvlied en geeft zelfs een speech in het bijzijn van de Roemeense ambassadeur. “Waar ik de kracht vandaan heb gehaald, weet ik niet. Ik deed het voor Marcella.”

Je wilt niet weten hoe razend wij als bewoners zijn geweest

Terug naar haar flat wil Sonya niet meer, en na lang soebatten krijgt ze een woning op de bovenste etage van de flat Gooioord – met uitzicht op de rampplek. Ze woont er nog altijd. “Vanaf hier kon ik kijken naar de plek waar ik de ramp heb meegemaakt, om mijn wonden te helen. Mijn man zag dit totaal niet zitten en uiteindelijk vormde dit een van de aanleidingen voor onze scheiding. We hadden er allebei vrede mee.”

Uitlaatklep

In de jaren na de ramp dendert Sonya’s gezondheid achteruit, zoals bij veel nabestaanden. Zo kampt ze met hoge bloeddruk, eczeem, haaruitval, nachtmerries en geheugenverlies. Volgens een arts zouden de klachten duiden op een posttraumatisch stresssyndroom (PTSS). “Na de vliegramp raakte ik een periode helemaal de weg kwijt, omdat ik mensen uit de flat had zien springen en Marcella had moeten identificeren. Gelukkig heb ik later deskundige hulp gekregen en kon ik me langzaam herpakken, al blijf ik soms klieren met de ramp. Zo schreeuw ik soms nog even keihard. Ik denk dat het een uitlaatklep voor me is.”

Witte mannetjes

Ook raakt Sonya erg gefrustreerd door het politieke gekonkel. De ramp ná de ramp, zoals ze dat noemt. “Je wilt niet weten hoe razend wij als bewoners zijn geweest door het gedraai van de politiek en de luchtvaartmaatschappijen. Ja, ook ik heb de beruchte witte mannetjes gezien en ik twijfel echt niet aan m’n ogen. Vanuit m’n raam zag ik ze, bijna dansend, over de brokstukken van de cabine lopen en dingen verzamelen. Maar hoe en wat? We zullen het nooit weten en daar moeten wij het mee doen. Want blijkbaar mocht dat vliegtuig wel op onze kop vallen, maar hadden we verder geen enkel recht op de feiten.”

Rolstoel

Het is deze pittige toon die Sonya in de eerste jaren na de Bijlmerramp af en toe via de media laat horen, onder andere in de tijd van de parlementaire enquête. Dertig jaar later is haar toon iets milder dan destijds, omdat ze – door haar kwakkelende gezondheid – genoeg op haar bordje heeft liggen. Ook worden de herinneringen langzamerhand minder geordend en helder. “Ik ben een tijdje geleden gevallen en kan helaas nooit meer lopen”, vertelt ze vanuit haar rolstoel in de woonkamer. “Dat heeft me geen goed gedaan. En ik kom bijna niet meer buiten. Ook worstel ik met duizeligheid en met migraine. Je snapt dat dit mijn grootste zorg is nu, al klaag ik niet, hoor. Ik ben een dankbaar mens en ik heb een mooi leven gehad.”

Mantelpakje

Als jonge vrouw bereisde Sonya de hele wereld als stewardess. Het gaf haar vrijheid in haar hoofd. “Ik begon als bloemist, maar ik ergerde me altijd aan m’n vieze nagels. Ik droeg liever een deftig mantelpakje, en zo ben ik op Schiphol bij KLM begonnen. Helaas duurde dat feest niet lang, omdat mijn vader te boek stond als communist en ja, dat was problematisch in die typische Koude Oorlogperiode. Nadat KLM me gewipt had, stapte ik over naar Alitalia en van daar belandde ik uiteindelijk bij Turkish Airlines in Istanbul. Daar had ik het goed en leerde ik mijn talen: Engels, Duits en Turks.”

Kortegolfontvanger

Na de ramp dwingt Sonya zichzelf om weer in een vliegtuig te stappen “om mijn angst te overwinnen”. Ook zoekt ze thuis afleiding en stort ze zich op de wereld van de luisteramateurs. “Ik kocht een kortegolfontvanger en mijn broer installeerde een antenne op het balkon. Vanuit mijn kamertje legde ik contacten met de hele wereld en belde ik in tijdens radio-uitzendingen. Zo bleef ik onder de mensen en dat leverde me al die brieven en kaarten op uit landen als Koeweit, Japan, Ierland en Iran...”

Ik krijg soms de zenuwen als een vliegtuig heel laag overvliegt

Sonya wijst naar haar radiokamertje, waar de muren bedekt zijn met vergeelde post. Het lijkt bijna een museum. Lachend: “Tijdens een uitzending in Iran vroeg de presentator of ik nog een wens had voor hun land. Gooi er maar een bom op, dacht ik vanbinnen. Maar ik heb het algemeen gehouden met een wens van vrede voor alle volken.”

Appen

Naast haar grote liefde voor buitenlandse radiostations, helpt Sonya ook mee in de soepkeuken van De Nieuwe Stad, een kerkelijk centrum in de Bijlmer. Als afgezant van de katholieke kerk waait ze vaak aan om praatjes te maken met mensen zonder huis of documenten. “Jammer genoeg kan dat nu niet meer door mijn gezondheid en begint het wat stil te worden hier in huis. Gelukkig kan ik sinds kort appen, en ik blijf af en toe inbellen bij radio-uitzendingen. Maar het liefst zou ik de hele wereld weer over vliegen. O, wat zou ik graag nog eens naar Dubai willen!”

Thuis

Dertig jaar na dato ziet Sonya dus vanaf haar balkon nog altijd de plek waar ooit het vliegtuig neerstortte en de twee flats stonden. Alleen de funderingen zijn gebleven en vormen samen met ‘de boom die alles zag’ het Bijlmermonument. “Ik ben een van de weinige overlevenden van de ramp die je op deze plek nog aantreft, want de meesten wilden hier weg. Zij begrijpen niet dat ik onder de aanvliegroute van Schiphol ben blijven wonen. Maar mij krijg je hier niet vandaan, of alleen tussen vier planken. Ik houd van de Bijlmer en ben hier thuis, al krijg ik soms de zenuwen als een vliegtuig heel laag overvliegt. Want ja, net als in 1992 houdt niemand rekening met zo’n ramp, terwijl het ook nu weer mis kan gaan.”

Het brengt Sonya op een belangrijke les die ze door de ramp leerde. “Waar je ook bent, neem altijd goed afscheid van elkaar, want je weet nooit of je elkaar opnieuw zult zien. Niemand houdt rekening met een ongeluk of een ramp, maar het kan je zomaar overkomen.”

Tekst: Maarten Nota
Beeld: Ruben Timman

--:--