Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Column #31 Mama Mirjam: ‘Livia is puur en oprecht. Is dat niet precies hoe God de mens het liefst ziet?’

Mirjam is getrouwd met Chris en heeft vier prachtige kinderen. De jongste, Livia (4), heeft het syndroom van Down, wat een verrijking is voor hun gezin. Over Livia schrijft ze voor Eva.

Deel:

Heel soms komt het gesprek er zomaar ineens op. We lopen naar de oud-papiercontainer, mijn een na oudste dochter en ik. Livia tussen ons in, haar handjes in de onze. Al pratend komen we op Livia en haar downsyndroom. Ik vraag haar of ze het jammer vindt dat Livia down heeft. Ze denkt even na. “Zonder down zou Livia gewoon kunnen praten en zouden we hele kleutergesprekjes met haar kunnen voeren”, antwoordt ze. “Ja, dat zou toch best heel leuk zijn.”  

Ik vertel dat ik dat ook weleens denk, als ik Livia in de klas zie tussen leeftijdsgenootjes. Sommigen vertellen al hele intelligente verhalen, spreken met mooie volzinnen en kunnen het goed vertellen als er iets aan de hand is. Met Livia is dat laatste vaak gissen. We beginnen met een open vraag, maar daar komt zelden een goed antwoord op. Dan gaan we maar raden, net zolang tot ze ‘ja’ zegt of opgelucht knikt.  

Hoe zou Livia zijn als ze geen downsyndroom had?

Maar, vragen we ons dan af, als Livia geen downsyndroom had, hoe zou ze dan zijn? We zien Livia’s vrolijke gezichtje, met al haar typische kenmerken. Horen haar tellen van 1, 2, 3, omdat ze aan onze handen wil slingeren. Ik glimlach. Ik kan me niet voorstellen hoe ze zonder down zou zijn. Livia met een ander gezichtje zou Livia niet zijn. Haar downsyndroom is verweven met wie ze is. Nee, Livia zonder downsyndroom bestaat niet en we zijn veel te gek op haar om haar anders te wensen, is zo’n beetje onze conclusie. We slingeren haar tussen onze handen en laten haar zien in welke bakken ze het papier en de lege glazen potten weg kan gooien. Ze is enthousiast als het lukt en loopt even later met een blij snoetje weer tussen ons in naar huis.  

Toch zijn het vragen die ik af en toe wat herkauw en al mijmerend ga ik dan nog net een stapje verder. Ooit, in Gods nieuwe wereld, zal er dan nog downsyndroom bestaan? Alle mogelijke medische gebreken zullen er niet meer zijn, dat is een ding dat zeker is. Maar downsyndroom op zichzelf? De wereld ziet het als een beperking, maar Livia is open, puur en oprecht en is dat niet precies hoe God de mens het liefst ziet? En zijn wij, met onze vragen, onze meningen en kritische houding eigenlijk niet veel beperkter dan zij? Als er iemand onbevangen, zonder schroom zal buigen voor Koning Jezus, dan is het Livia wel.  

Zullen we straks niet allemaal een beetje meer op haar lijken?

Dus misschien moet ik de vraag omdraaien. Niet: hoe zou ze zijn zonder downsyndroom en zal er straks in Gods nieuwe wereld nog down zijn? Maar: hoe kan ik meer zoals zij zijn en zullen we straks niet allemaal een beetje meer op haar lijken? Puur en onbevangen, in aanbidding voor onze Redder, zonder ons druk te maken om welke beperking dan ook.

Geschreven door

Mirjam Kooijman

--:--