Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Ingeborg had een bijna-doodervaring

‘Ik was even bij God in de hemel’

Ingeborg (48) was dertig weken zwanger en lag in het ziekenhuis, omdat ze te veel bloed verloor. Als de buikpijn op een gegeven moment zo heftig is, denkt ze te sterven: “Eerst werd het donker om me heen, daarna was ik even bij God in de hemel. Het was er zo mooi en ik voelde me zo intens geliefd! Maar toen ik terugkwam op aarde voelde alles heel dubbel.” Ze vertelt over haar bijna-doodervaring.

Deel:

Het is 1999 als Ingeborg zwanger is van haar zesde kindje. Samen met haar man Karel heeft ze al vier zonen, de vijfde baby heeft ze tijdens de zwangerschap verloren. “Ik vloeide heel erg in mijn baarmoeder, daardoor zat daar bijna alleen maar bloed en geen vruchtwater. Geen arts kon me vertellen wat er precies misging. Toen ik weer zwanger werd, had ik dezelfde symptomen. De gynaecoloog zei tegen mij: ‘Je kunt beter de begrafenis regelen in plaats van je voorbereiden op een baby’.”

Gods belofte

Een wijkouderling uit de gemeente komt bij Ingeborg en Karel op bezoek, omdat hij hoorde dat het gezin zich moest voorbereiden op een stervende baby. “Deze beste man had een Bijbeltekst in zijn hoofd. Het was Johannes 9 vers 3: ‘Gods werk zal door hem zichtbaar worden.’ Dit was voor mij een teken dat God zei dat mijn kind zou leven, want in een dood kind kan God geen werk doen, in een levend kind wel. Die gedachte bemoedigde mij. Wat de artsen ook bleven zeggen, ik hield vast aan Gods belofte.”

Weeënremmers

Tot verwondering van de artsen groeit het kindje in haar buik, maar na 25 weken breken haar vliezen en wordt Ingeborg opgenomen in het ziekenhuis. “Ik moest direct aan het infuus om de weeën af te remmen. Het kindje was nog veel te jong, dus de arts wilde de bevalling rekken tot 35 weken. Met dertig weken kreeg ik zo’n heimwee naar mijn gezin dat ik een middagje naar huis mocht. Maar thuis vloeide ik weer zo vreselijk dat ik met spoed teruggebracht werd naar het ziekenhuis. Ik had zo’n pijn en ervaarde zulke heftige persweeën dat ik andere weeënremmers kreeg en werd overgebracht naar een academisch ziekenhuis. Na een tijdje was mijn situatie weer stabiel en kon ik rustig de nacht in.”

Ik schreef een brief waarin ik afscheid van mijn gezin nam

Elk uur maakt een verpleegkundige Ingeborg wakker om er zeker van te zijn dat ze nog bij zinnen is. “Midden in de nacht vloeide ik weer enorm. In het academisch ziekenhuis kreeg ik wel direct een bloedtransfusie omdat ik veel bloedverlies had, maar dat leek niet te helpen. Op een gegeven moment was de pijn in mijn buik zo heftig en het vloeien zo hevig, dat ik dacht dat ik zou sterven. Maar hoe moest het dan met mijn man en kinderen? Ik schreef een brief waarin ik afscheid van ze nam. Dit was de moeilijkste brief die ik ooit heb geschreven. Ik schreef dat ik enorm van Karel hield en dat ik zeker wist dat ik naar God zou gaan én dat God voor hem en de kinderen zou zorgen. Ook drukte ik Karel op het hart om er altijd voor de kinderen te zijn. Ik kon niet veel schrijven, omdat ik moe was, maar zei nog dat ik dankbaar was dat ik moeder ben geweest en dat ik bij God zou zijn.”

Ik kan de hemel niet met aardse woorden omschrijven

“Na het schrijven ervaarde ik veel rust. Het werd donker om me heen en het leek alsof ik in bed zweefde. Was ik nog op aarde? Het leek er meer op dat ik in de hemel was. Ik zag een gestalte om me heen die mij omarmde. Dat was God. Ik voelde me zo intens geliefd! Ik kan het niet eens met aardse woorden beschrijven, dat God zoveel van me houdt is echt ongelooflijk. Het was ook zo mooi in de hemel, ik zag zoveel kleuren en voelde enorm veel vrede. Ik wilde hier nooit meer weg. Ik was écht thuis. Toch kwam er een moment dat God mij terug naar de aarde liet gaan. Dit begreep ik niet, ik wilde helemaal niet terug! Ik had het net zo goed in de hemel, ik had daar geen pijn, verdriet of zorgen.”

Bijna-doodervaring

In de tussentijd treft de verpleegkundige Ingeborg bewusteloos aan in bed ligt en slaat alarm. Ingeborg wordt direct naar de OK gebracht en met een spoedkeizersnede komt de baby ter wereld. De baby leeft. “Zelf kan ik me hier allemaal niets van herinneren. De artsen kwamen er wel achter dat mijn baarmoederwand onderhuidse scheurtjes vertoonde, waardoor de placenta niet goed aanhechtte en ging uitdrogen, scheuren en bloeden. Dat verklaarde het bloedverlies en in die nacht liet de placenta los en dat zorgde voor de hevige pijn het vloeien. Toen ik in het ziekenhuisbed wakker werd, voelde ik veel pijn en realiseerde ik me dat ik weer op aarde was. De dokters zeiden dat ik geluk heb gehad, maar zo voelde het niet. Het voelde heel dubbel. Karel was zo dankbaar en blij dat ik nog leefde, maar ik voelde me door hem niet helemaal begrepen als ik vertelde over mijn bijna-doodervaring. Ik miste de hemel en Gods tastbare liefde. Dit leverde veel discussies en spanningen op tussen Karel en mij.”

Couveusekindje

“Het besef dat ik getrouwd ben en kinderen heb, moest echt tot mij doordringen. Ook moest ik opnieuw leren leven en functioneren binnen ons gezin. En onze pasgeboren baby, Matthias, kostte veel aandacht. Natuurlijk was ik dankbaar dat Matthias leefde, Gods belofte kwam tenslotte uit! Maar hij was vaak ziek en werd verschillende keren opgenomen in het ziekenhuis. Anderhalf jaar lang bleef Matthias dag en nacht huilen. Doktoren zeiden dat hij een couveusekindje is en ‘gewoon extra aandacht nodig had’. Maar later, toen Matthias naar school ging, kwamen we er dankzij het Wilhelmina KinderZiekenhuis achter dat hij tijdens de bevalling aan zuurstofgebrek leed. Hierdoor heeft hij een hersenbeschadiging opgelopen met als gevolg een bewegingsbeperking, ook wel een Cerebrale Parese genoemd. Zijn spastische bewegingen belemmeren hem in het dagelijks leven en ook had hij een emotionele en geestelijke ontwikkelingsachterstand. Matthias zou nooit kunnen lopen en altijd afhankelijk zijn van een rolstoel. De emoties die ik hierbij ervaarde, kon ik niet rijmen met de heerlijkheid die ik in de hemel had ervaren.”

Ik zweeg over mijn hemelervaring

Ingeborg trok zich steeds verder terug in haar cocon. “Ik struggelde enorm met het feit dat ik weer op aarde was en zweeg over mijn hemelervaring, omdat ik het gevoel had dat mensen het wegwuifden en niet altijd geloofden. Ik begreep dat mensen mijn verhaal vreemd en ongemakkelijk vonden en niet wisten hoe ze hierop moesten reageren, daardoor voelde ik me vaak afgewezen en alleen. God nam mij dan weer op schoot en troostte mij. Op een gegeven moment realiseerde ik me dat mijn houding niet goed was. Ik probeerde zelf ergens uit te komen terwijl ik hulp nodig had, zo hield ik mijn herstel tegen. Ik zocht hulp, ging in therapie en langzaam kwam mijn leven weer op de rit. Ook bezocht ik een andere kerk, waar ik me meer thuis voelde, en een kleinere groep vanuit die kerk die bij elkaar komt om te praten, te bidden en dergelijke. Daar is mijn cocon echt opengegaan. Ik leerde dat ik er mag zijn en mijn ervaringen met God mag delen met anderen. Ook de spanningen tussen Karel en mij verdwenen en ik voelde me écht weer onderdeel van ons gezin.”

Colour Conference

In 2014 was Ingeborg op de Colour Conference in Londen en werd ze ’s nachts wakker. “Ik had het idee dat God me vroeg om mijn hemelervaring te delen met de vrouwen waarmee ik reisde. Dit wilde ik zelf ook heel graag, maar ik durfde het niet. Totdat God me duidelijk maakte dat mijn ervaring niet alleen mijn verhaal is, ook die van Hem. Dit gaf me moed. Op de terugweg in de bus vertelde ik de vrouwen over mijn hemelervaring en zij reageerden enorm geraakt en enthousiast. Wat was dat een opluchting! Na deze conferentie is er zoveel veranderd en heeft God mij compleet vrijgezet om Zijn liefde en verhaal te delen.”

Lees ook: 'Er zat leven en dood in mijn buik'

--:--