Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Poulien (46) is ongeneeslijk ziek

‘Ik kan de mensen waar ik van houd nog niet achterlaten’

Poulien Pomstra kreeg in 2008 borstkanker. Na intensieve behandelingen krabbelde zij weer langzaam op. Twee jaar geleden sloeg de kanker echter twee keer zo hard toe. Er zaten meerdere tumoren in haar lever, ruggenmerg en botten en ze kan niet meer genezen. Haar situatie is momenteel stabiel, maar zij weet dat dit slechts tijdelijk is.

Deel:

Tijdens het douchen ontdekt Paulien een pijnlijk plekje op haar borst. Omdat dit plekje niet weggaat besluit zij na enige tijd naar de huisarts te gaan. “Ik dacht aan een onschuldige cyste. De dokter was ook niet verontrust, maar stuurde mij voor de zekerheid door voor een mammografie.”

Tijdens de mammografie wordt duidelijk dat het niet om een cyste gaat, maar dat er meer aan de hand is. “Mij werd meteen gezegd dat het er niet goed uitzag en dat het zeer waarschijnlijk om borstkanker ging. Ik hoopte dat ze ernaast zaten en dat het loos alarm was, maar toen na een week de uitslag van de punctie kwam, bleek het inderdaad om borstkanker te gaan. Onze wereld stond stil.”

Behandelingen

De kanker blijkt gelukkig goed behandelbaar. Poulien wordt geopereerd aan haar borst en haar eierstokken worden verwijderd, zodat de oestrogeenaanmaak wordt stilgelegd. “Ik kreeg daarnaast bestralingen en chemokuren. Vooral dat laatste was erg heftig, want ik raakte ernstig verzwakt en mijn haren vielen uit, iets wat ik als vrouw heel pijnlijk vond. Dankzij God en de hulp van veel lieve mensen om ons heen kwamen wij deze moeilijke periode door.”

Ik kreeg chemokuren en mijn haren vielen uit, iets wat ik als vrouw heel pijnlijk vond

Na dit intensieve behandeltraject volgt een periode van hormoonkuren. “Omdat ik nog maar vierendertig was, werd er geadviseerd om tien jaar door te gaan met deze hormoonkuren, maar na zeven jaar was ik helemaal op. Na overleg met de arts besloot ik te stoppen en al gauw merkte ik dat ik stukje bij beetje mezelf werd. Mijn conditie werd beter en ik kon mijn leven weer oppakken.”

Hulp

Doordat Poulien had ervaren hoe fijn het was dat er zoveel mensen voor haar en haar gezin hadden klaargestaan tijdens haar ziekzijn, wilde zij mensen helpen die niet konden terugvallen op hun naasten. “Ik werd coördinator bij de Stichting Present en genoot ervan om iets te mogen betekenen voor een ander.” Vijf jaar lang werkt Poulien hier met veel plezier. Totdat zij in 2018 pijn in haar ribben krijgt. “De huisarts gaf mij medicijnen om de pijn te onderdrukken en toen dat niet hielp ging ik naar een fysiotherapeut.” Ook dat helpt niet en Poulien klopt opnieuw aan bij de huisarts. “De huisarts vermoedde dat er sprake was van bestralingsschade en stuurde mij voor de zekerheid door voor een echo.”

Er kwam geen seconde in mijn gedachten op dat het om kanker zou kunnen gaan

Tijdens de echo ontdekken de artsen een cyste op de milt van Poulien. “Er werd besloten om een CT-scan te maken. Ik was totaal niet verontrust en er kwam geen seconde in mijn gedachten op dat het om kanker zou kunnen gaan. We maakten een afspraak voor de CT-scan en besloten dat te combineren met mijn jaarlijkse mammografie. Op de dag van de CT-scan kreeg ik te horen dat de mammografie er keurig uitzag. We vierden deze goede uitslag met een taartje in het ziekenhuisrestaurant en appten onze kinderen dat de controle goed was.”

Uitgezaaide borstkanker

Niet lang daarna zitten Poulien en haar man Bas bij de oncoloog voor de uitslag van de CT-scan. “Hij viel meteen met de deur in huis en vertelde ons dat het helemaal mis was. De kanker was uitgezaaid en er zaten verschillende tumoren in mijn lever. Ook waren mijn botten en rugwervels aangetast. Ik was ongeneeslijk ziek.” Poulien en Bas zijn totaal in shock na deze ernstige boodschap. “We hadden het hoofdstuk ‘kanker’ afgesloten en ik had juist mijn leven weer opgepakt.”

Na bloedonderzoek wordt duidelijk dat Poulien zieker is dan gedacht en er wordt besloten om meteen met chemokuren te beginnen. “Ik moest opnieuw deze hele lijdensweg ondergaan. Het verschil was dat het dit keer alleen levensverlengend zou zijn en alle hoop op een toekomst mij was ontnomen. Op onze vraag hoelang ik nog te leven had konden de artsen geen antwoord geven. Normaal gesproken zou een patiënt nog één tot drie jaar leven, maar er waren patiënten die na een maand al stierven of het nog tien jaar volhielden. Eén ding was in elk geval duidelijk: ik zou vroegtijdig komen te overlijden.”

Kwaliteit van leven

Op een gegeven moment is Poulien zo verzwakt door de chemokuren dat zij hele dagen op de bank ligt. “Ik begon mij af te vragen wat de kwaliteit van mijn leven nog was. Natuurlijk besef ik dat de behandeling noodzakelijk is, maar als ik vervolgens te beroerd ben om nog iets te kunnen doen, is het de vraag of het dat waard is. In overleg met de arts ben ik een jaar geleden overgestapt op chemopillen. Daarnaast krijg ik medicatie om mijn misselijkheid te onderdrukken. In het begin daalden mijn leverwaardes snel, maar tegenwoordig gaat het langzamer en zijn we blij als het stabiel blijft.”

Er komt een moment dat mijn lichaam op is

Poulien heeft zich erbij neergelegd dat zij niet veel meer kan. “In het begin was dit erg lastig, want mijn hoofd wil meer dan dat mijn lijf kan. Ik ben al blij als ik energie heb om een stukje te wandelen of een maaltijd te bereiden. Er komt een moment dat mijn lichaam op is. Wanneer dat zal zijn is niet te voorspellen en dat beangstigt mij. Gelukkig mag ik tijdens moeilijke momenten ervaren dat God bij mij is en mij kracht geeft om vol te houden.”

Poulien heeft gemerkt dat mensen het moeilijk vinden om met haar ziekte om te gaan. “Ik merk dat ze niet meer langs durven te komen en niet weten wat ze tegen mij moeten zeggen. Ik ben nog gewoon dezelfde Poulien en wil graag bezoek ontvangen. Mijn leven is ongevraagd tot stilstand gekomen en daarom heb ik juist nu mensen nodig die mijn dag opvrolijken. Het is heerlijk om even aan iets anders te kunnen denken en ergens anders over te kunnen praten.”

Waaromvragen

“Ik vind het heel moeilijk dat mijn man en (klein)kinderen moeten lijden doordat ik ziek ben,” geeft Poulien toe. “Ook kan ik erg verdrietig worden als ik eraan denk dat er nog kleinkinderen geboren zullen worden die mij nooit zullen kennen. Ik had mijn geliefden graag dit verdriet willen besparen en heb hier behoorlijk wat waaromvragen over naar God toe.”

Ik kan de mensen waar ik van houd nog niet achterlaten

Toch weet Poulien dat het goed is tussen haar en God als het moment zal aanbreken dat zij zal sterven. “Ik ben er alleen nog lang niet aan toe, want ik kan de mensen waar ik van houd nog niet achterlaten. Ik hoop dat het nog een aantal jaren zal duren voordat het zover is.” Tot die tijd probeert Poulien zoveel mogelijk te genieten van de mooie dingen die er nog wél zijn. “Ik kan er niks aan doen dat kanker mij is overkomen, maar ik kan wel iets doen aan de manier hoe ik daarmee omga. Daarom probeer ik heel bewust te genieten van de mooie momenten. Ik hoop dat mijn geliefden na mijn overlijden zullen terugdenken aan deze periode en deze mooie momenten zullen koesteren.”

Herken je jezelf in het verhaal van Poulien? Lees hier dan meer over haar ziekteproces en laat je tevens bemoedigen door haar lievelingslied.

Lees ook: Nog één keer feest voor ongeneselijk zieke Tess

Geschreven door

Rita Maris

--:--