De Bijbel Open |Jurjen ten Brinke: ‘Wilt u gezond worden?'

Als Jezus erlangs komt, spreekt Hij iemand aan die al decennialang ziek is. Hij krijgt de vraag of hij gezond wil worden. Best apart, zo’n vraag, toch? Als je wéét (zo staat het er!) dat iemand 38 jaar ziek is.

De reactie van de zieke is ook wel apart. De man zegt geen ‘ja’ en ook geen ‘nee’. Hij zegt: “Heer, als het water gaat bewegen is er niemand om mij erin te helpen; ik probeer het wel, maar altijd is een ander al vóór mij in het water.”

Een wonderlijke ‘werking’ van het water – talloze theologen hebben zich er het hoofd over gebroken. Ik laat dat nu even liggen. Feit is dat deze man dus 38 jaar lang hulp gehad heeft van anderen. Al die jaren zijn er mensen geweest die hem eten en drinken brachten, bijvoorbeeld om ‘goed te doen’ of vanwege familiebanden. Misschien hebben ze de eerste paar jaren ook nog wel geprobeerd de man het water in te krijgen. Maar ja, het lukte niet, en na drie, vijf of tien jaar zijn ze ermee gestopt. Ze hebben zich er, net als de zieke, bij neergelegd dat het niet meer gaat gebeuren.

Nu is het zover gekomen dat op de vraag van Jezus of hij gezond wil worden het antwoord is: “Heer, er is niemand die mij in het water helpt.”

Maar dáár vroeg Jezus niet om. Deze man, hoe erg zijn situatie ook is, heeft vooral het probleem dat hij niet meer gelooft dat het ooit goed komt. Hij kan zelfs geen ‘ja’ meer zeggen op de vraag of hij beter wil worden. Wat hij vergeet, is dat bij God alle dingen mogelijk zijn. Jezus is helemaal niet afhankelijk van een rimpeling in het water! Jezus wóórden hebben kracht. Hij gaat niet met zijn discipelen aan de rand van het water staan, met de lamme man tussen zich in, wachtend op de engel. We hadden ook een Bijbel kunnen hebben waar dát verhaal in zou staan en het zou ons allemaal opgeroepen hebben om ‘samen klaar te staan voor de hulpbehoevende’. Maar nee, in onze Bijbel lezen we dat Jezus spréékt… en het gebeurt.

Beantwoord voor jezelf eens die (vreemde) vraag: wil je gezond worden? Of: wil je gelukkig worden? Wil je rust krijgen? Wil je dat het je goed gaat?
Ga je vervolgens uit van jouw onmogelijkheden, of reken je op Gods mogelijkheden?