Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Dit gebeurt er als wandaden worden goedgepraat met Bijbelteksten…

Slavernij was iets dat Marieta altijd ver van zich af kon houden. Totdat ze de roman ‘Het lied van de goden’ las en zich herinnerde wat haar vader haar vertelde…

Deel:

Er zijn momenten dat ik mijn geloof als bijzonder ongemakkelijk en pijnlijk ervaar. Dat was de afgelopen weken het geval tijdens het lezen een aangrijpende roman, geschreven door mijn overbuurman Reggie Baay: Het lied van de goden.

Het lied van de goden vertelt het verhaal van Flora van Makassar, een tot slaaf gemaakte uit de 18e eeuw, die als jong meisje wordt geroofd en uiteindelijk door een VOC-koopman wordt meegenomen naar de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Naast het verhaal van Flora staan de brieven die wijnhandelaar en regent van een Amsterdams tuchthuis, Joachim van der Elst, schrijft aan zijn zoon in het verre Indië.

Deze Van der Elst is een handig mannetje. Al in het begin van het boek kun je lezen hoe hij goedkope wijn aanlengt met kersensap en brandewijn en verkoopt als Franse Château d’Elst. Bovendien fascineert de lucratieve handel in amfioen (opium) hem mateloos en wacht hij op hét moment om zijn slag te slaan. Alle zakelijke overwegingen die hij zijn zoon in de brieven voorlegt, worden vergezeld door vrome christelijke teksten. Daaruit wordt ook duidelijk hoe men in die tijd slavernij en slavenhandel met Bijbelteksten verdedigde.

Knecht van de familie

Slavenhandel had alles te maken met Cham, een van de zonen van Noach. Nadat Noach in de ark is gered van de overstroming die de aarde vernietigde, bouwt hij een nieuw bestaan op. Hij wordt boer en legt de eerste wijngaard ter aarde aan, vertelt Genesis 9. Dat kan natuurlijk niet goed gaan: Noach wordt dronken en valt naakt in een dronkemansslaap. Zoon Cham ontdekt dat en vertelt het zijn broers, die achteruit de tent in lopen en hun vader bedekken met een jas zodat ze – in tegenstelling tot Cham - zijn naaktheid niet zien.

Als Noach vervolgens zijn roes uitgeslapen heeft en ontdekt wat er is gebeurd, vervloekt hij Cham en zijn zoon Kanaän. ‘Kanaän zal de knecht van zijn familie zijn, de onbelangrijkste knecht.’ Cham was de mens van kleur, de andere zonen waren wit, zo was de tekstverklaring. Zo maakte Noach al duidelijk dat er een duidelijke onderverdeling van rassen was.

Werd er door alle christenen zo gedacht? Nee, er waren uitzonderingen: in het boek duiken ook volgelingen van een zekere gereformeerde dominee Bernardus Smijtegelt op, wiens werk tot op de dag van vandaag wordt gelezen in orthodox gereformeerde kringen (Lees: Knielen op een bed violen van Jan Siebelink). Smijtegelt leefde in de 17e eeuw, was predikant in Middelburg en keerde zich fel tegen de slavenhandel. ‘Die een mens steelt, zegt God, zal zeker gedood worden. Is het niet droevig, daar hebben de christenen hun handel van gemaakt’, schreef hij. Het leverde hem veel tegenstand op.

Ongemakkelijk en pijnlijk

Ondanks dat de roman zich in het verleden afspeelt en ik als witte vrouw een onderwerp als slavernij ver van mijn bed kan houden, liet dit boek me niet los. Ik herinnerde me – tot mijn schaamte – dat ik als klein meisje deze absurde ‘Bijbelse argumentatie’ over Cham van mijn vader hoorde, die dat op zijn beurt blijkbaar ook had meegekregen. Mijn diepgelovige, serieuze vader die mij liet kennismaken met een geloof vol genade en liefde, had het ook over deze vloek van Cham waarmee zoveel wandaden werden goedgepraat.

Ik sta dus niet zo ver af van dit verhaal over slavernij. Mijn, onze Nederlandse kerk heeft schuld aan deze onbarmhartige en onwaardige mensenhandel en deze kromme theologie is nog veel te lang blijven doorwoekeren. Ik vind dat ongemakkelijk en pijnlijk om op te schrijven, maar het is wel de waarheid. Mijn geloof wordt gevaarlijk als het de ene mens een vrijbrief geeft om de andere zijn vrijheid, zijn thuis, zijn naam, zijn geloof, zijn mens-zijn af te nemen.

De volgelingen van Smijtegelt laten in Het lied van de goden zien wat ons te doen staat als dat het geval is: ze confronteren de gevestigde orde van gelovigen en geven een stem aan Flora, die stemloos was gemaakt. En na het lezen van dit boek besef ik nog meer hoe dit ook mijn verantwoordelijkheid is. Want we zien wat de gevolgen kunnen zijn van een al te comfortabel rijkeluisgeloof waarin onrecht om de lieve vrede niet mag worden benoemd en bestreden, maar met vrome woorden wordt gerechtvaardigd.  

Afbeelding

Het lied van de goden | Reggie Baay | Atlascontact | 352 pagina’s | € 22,99

Reggie Baay was ook betrokken bij de grote tentoonstelling over slavernij die nog tot 29 augustus te zien is in het Rijksmuseum. Meer info vind je hier.

Komende week is in de Muiderkerk in Amsterdam de tentoonstelling Kerken en Slavernij: over de rol van verschillende Nederlandse kerken en de slavernij in Suriname. Informatie en openingstijden vind je hier.

Afbeelding hierboven: Filander van Baron bedient samen met twee andere bedienden Sara van den Broecke en Julius Schelto van AItzema. Rechts op de achtergrond staat waarschijnlijk zijn moeder Rosette van Sambauwa. Het is geschilderd door Gerard Wigmana in 1697 en is nu te zien tijdens de slavernij-tentoonstelling in het Rijksmuseum.

Geschreven door

Marieta van Driel

--:--