Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Hoe vooroordelen over dikke mensen in de maatschappij ontstaan

‘Dunne mensen zijn goed bezig, mensen met extra kilo’s niet’

We zijn met z’n allen heel gezond bezig. Met biologisch eten, minderen met vlees, gezonde sapjes, de Runkeeper-app en suikerloze-maandchallenges. Mensen met extra kilo’s krijgen in de maatschappij veel te maken met ongelijkheid en vooroordelen, hoe ontstaan die precies? En hoe kan deze kennis ten goede worden gebruikt?

Deel:

Weet je nog, die film Dik Trom? Met die vreselijke gezondheidsfreaks die elke vorm van zoetigheid verboden en verslaafd waren aan sporten? Tien jaar geleden konden we daarom lachen, maar inmiddels lijkt het alsof onze hele timeline wordt bevolkt door suiker- en vetlozen, jonge hipsters die vrijwillig lange wandelingen maken en fitte moeders die zich zwetend voorbereiden op de marathon in New York (of de Muskathlon). Voor een christen is vasten natuurlijk enorm geestelijk, maar het is ook best fijn dat het goed is voor de overtollige kilo’s. Want zeg nu zelf, die zijn toch eigenlijk niet nodig als je, zoals de Bijbel zegt, goed voor je lichaam zorgt?

Een maatje meer

Maaike heeft het gevoel dat mensen met een maatje méér de afgelopen jaren onder een vergrootglas zijn komen te liggen. “Ik heb maat 44 en daar ben ik heel content mee. Toch heb ik daar de afgelopen tijd, direct of indirect, wel drie opmerkingen over gekregen.” De eerste was weliswaar goedbedoeld, maar kwam toch ‘een beetje lullig’ op haar over. “Tijdens een sollicitatiegesprek zei de manager dat ze echt een zwaargewicht zocht, dus ik beaamde dat; ik zit tenslotte al jaren in het vak. Komt ze later naar me toe om zich te verontschuldigen. Ze doelde uiteraard niet op gewicht, zei ze, maar op kennis en talent. Ik lachte het een beetje weg, maar haar opmerking bleef wel hangen. Had ze dit ook gezegd als ik maat 38 had?” 

En neem die paspoppen van Nike die een paar maten meer hadden en sportkleding showden. Op tv werd gezegd dat die poppen wel erg dik waren … Gelukkig kwam daar wel veel kritiek op, maar wat is hier nu eigenlijk aan de hand? We vragen het aan universitair hoofddocent Susanne Täuber. Aan de Rijksuniversiteit van Groningen deed ze onderzoek naar het framen van mensen met overgewicht. En dat is niet mals, want de overheid doet dit aan de lopende band. 

Extra kilo’s kosten te veel geld

Täuber legt uit dat de trend te maken heeft met de verandering naar een participatiemaatschappij waarin we zitten. “Kort gezegd wil de overheid dat iedereen zelf verantwoordelijkheid draagt voor zijn levensstijl. Maar ondertussen oefent de overheid wél grote invloed op ons uit door middel van campagnes, om te zorgen dat we de juiste beslissingen nemen en niet te veel geld kosten. In het geval van overgewicht betekent het kort gezegd dat als jij te dik bent, je meer kans hebt op ziektes en je de maatschappij simpelweg te veel geld kost. Geld dat de overheid ook aan urgentere zaken had kunnen besteden, zoals het milieu. En, niet onbelangrijk: je kost niet alleen de overheid veel geld, maar ook je slanke buurvrouw – die voor jou betaalt. Door die campagnes ontstaat er het beeld: dunne mensen zijn goed bezig, en dikke mensen niet. Zo ontstaan er waardeoordelen.” 

Let wel, er ís een duidelijk obesitasprobleem: in 1990 had 35 procent van de Nederlanders matig of ernstig overgewicht, in 2017 had bijna de helft van de volwassenen overgewicht. Geen wonder dat de overheid daar iets aan wil doen, maar waar gaat het dan mis? Onderzoeker Susanne Täuber: “Ze maken het moreel, dát is het probleem.” Ook daar heeft eerdergenoemde Maaike een anekdote bij. Ze was op bezoek bij een warenhuis op een afdeling waar fairtradekleding wordt verkocht. Als stylist leent ze daar weleens kleding van. Op de vraag of er ook maat 44 beschikbaar was, kreeg ze van de verkoper een ontkennende reactie: “Zelfs maat 42 blijft eigenlijk altijd al hangen. Als fair trade en biologisch merk trekken we, eh, nou ja, toch klanten aan die goed voor zichzelf zorgen en die dus geen maatje meer nodig hebben.”

“Door framing worden mensen met overgewicht gekoppeld aan termen als lui, ongezond, ongemotiveerd”

Zoals eerder gezegd: er wordt, ook door de overheid, enorm aan framing gedaan. Dat wil zeggen dat er maar één bepaald beeld wordt geschetst van een groep mensen. Als er bijvoorbeeld een artikel gaat over obesitas, wordt er vaak een foto geplaatst van een zittend persoon met junkfood in zijn hand. Deskundige Susanne Täuber: “Door framing worden mensen met overgewicht gekoppeld aan termen als lui, ongezond, ongemotiveerd.” En dat heeft best veel gevolgen. Zo kwam wetenschapper Dide van Eck aan de Radboud Universiteit erachter dat dikke mensen op de werkplek regelmatig het onderspit delven. Ze krijgen veel te maken met ongelijkheid en vooroordelen. Eén daarvan is dat ze niet voor zichzelf zorgen. Gevolg? Ze gaan zich onzichtbaar gedragen. Of ze reageren het tegenovergestelde en doen extra hun best om er goed verzorgd uit te zien en werken zich zes slagen in de rondte om niet lui gevonden te worden. 

“Framing zorgt er meestal niet voor dat mensen die te zwaar zijn gezonder gaan leven”

Wat alleen niet wordt beseft, is dat het effect van framing vaak averechts werkt. Het zorgt er meestal niet voor dat mensen die te zwaar zijn gezonder gaan leven. Wél dat gezonde mensen nog gezonder gaan leven – en zo wordt het verschil alleen maar groter. Iemand veroordelen op moreel vlak geeft eerder weerstand – en ontmoediging.” 

Door het uitvergroten van de vooroordelen zorg je ervoor dat die mensen niet met elkaar in gesprek willen gaan. Susanne Täuber: “Je krijgt een ‘wij zijn beter en zij zijn slechter’ gevoel.” Hoe kan het tij worden gekeerd? Veel beter zou zijn als de overheid neutrale taal hanteert en mensen met overgewicht als normale, verantwoordelijke mensen presenteert, zegt Susanne Täuber. “Niet het dreigende: je kiest er zelf voor om zo dik te zijn te zijn. Je kunt mensen zo toespreken dat ze iets kunnen veranderen, dat er potentieel in hen zit, niet dat ze zich kapot schamen en niks meer doen.”

Goedbedoelde opmerkingen

Ook christenen kunnen er wat van. Goedbedoelde preken over beter voor je lichaam zorgen, omdat het een tempel van God is, zijn natuurlijk prachtig, inspirerend en helemaal waar, maar door een bepaald woordgebruik kunnen ze ook maken dat mensen met overgewicht zich tijdens die bewuste dienst kapot schamen. En zich extra bewust zijn van wat ze de volgende keer tijdens de kerkbarbecue op hun bordje leggen. 

Het is goed om de wereld te willen verbeteren, maar we moeten ervoor waken om moraalpolitieagent te worden. Nu ben je misschien veilig, maar voor je het weet wordt het volgende onderwerp gemoraliseerd en ben jij de sjaak. 

Lees ook: "Ze noemden me niet bij mijn naam, ik heette ‘tientonner’"

Beeld: Karmijn Simons

Geschreven door

Maria van Beelen

--:--