Navigatie overslaan
EO
Sluit je aan
De Bijbel Open met Jan Martijn Abrahamse.
© Janita Sassen / EO

Jan Martijn Abrahamse: Waarom we de heilige droom moeten koesteren, ondanks de chaos om ons heen

De Bijbel Open

vandaag · 09:00| Leestijd:5 min

Update: vandaag · 09:00

Afbeelding van Jan Martijn Abrahamse
Geschreven doorJan Martijn Abrahamse

Washington, 1963. Dominee Martin Luther King staat voor een kwart miljoen mensen die samen zijn gekomen voor gelijkheid en vrijheid.

Halverwege zijn toespraak voelt gospelzangeres Mahalia Jackson dat het publiek iets groters nodig heeft. Ze roept: “Tell them about the dream, Martin!” (Vertel ze over de droom, red.)

In de rubriek De Bijbel Open lees je elke week bij Visie een overdenking bij een Bijbeltekst. Jurjen ten Brinke en Jan Martijn Abrahamse wisselen elkaar af.

Jesaja 6

Jesaja geroepen
In het sterfjaar van koning Uzzia zag ik de Heer, gezeten op een hoogverheven troon. De zoom van zijn mantel vulde de hele tempel. Boven Hem stonden serafs. Elk van hen had zes vleugels, twee om het gezicht en twee om het onderlichaam te bedekken, en twee om mee te vliegen. Zij riepen elkaar toe: 'Heilig, heilig, heilig is de HEER van de hemelse machten. Heel de aarde is vervuld van zijn majesteit.' Door het luide roepen schudden de deurpinnen in de dorpels, en de tempel vulde zich met rook. Ik schreeuwde het uit: 'Wee mij! Ik ben verloren, want ik ben een mens met onreine lippen, en ik leef te midden van een volk dat onreine lippen heeft. En nu heb ik met eigen ogen de koning, de HEER van de hemelse machten, gezien.' Toen nam een van de serafs met een tang een gloeiend kooltje van het altaar en vloog daarmee op mij af. Hij raakte mijn mond ermee aan en zei: 'Dit heeft je lippen aangeraakt; je schuld is geweken, je zonden zijn tenietgedaan.' Daarop hoorde ik de stem van de Heer zeggen: 'Wie zal Ik sturen? Wie kan namens ons gaan?' Ik antwoordde: 'Hier ben ik, stuur mij.' Toen zei Hij: 'Ga naar dit volk en profeteer het volgende tegen hen: "Luister goed, maar begrijpen zul je het niet; kijk goed, maar inzien zul je het niet." Maak het hart van het volk ongevoelig, stop hun oren toe, smeer hun ogen dicht. Dan kunnen ze met hun ogen niet zien, met hun oren niet luisteren en met hun hart niet begrijpen. Ze zullen niet naar Mij terugkeren en geen herstel vinden.' Ik vroeg: 'Hoe lang, Heer?' Hij antwoordde: 'Totdat de steden en huizen geheel verlaten zijn en er geen mens meer woont, tot heel het land verwoest is, één grote woestenij. Totdat de HEER de mensen heeft weggevoerd en er totale verlatenheid heerst in het land. En als er nog een tiende deel achterblijft, dan zal ook dat vernietigd worden, zoals er van een eik of terebint na het vellen slechts een stronk overblijft. Maar wat uit die stronk voortkomt, is heilig.'

King schuift zijn voorbereide tekst opzij en spreekt de woorden die de wereld nooit meer zou vergeten: “I have a dream...” Voor een moment wordt iets zichtbaar wat voordien verborgen was: een heilige visie die oproept, inspireert en tot leven brengt.

Zijn er nog mensen die verder kunnen kijken? Wie koestert nog een heilige droom die ons boven het geraas van de tijd uit tilt? De afgelopen jaren hebben ons zicht op de toekomst vertroebeld. Scholieren vragen zich af of er nog banen of huizen zullen zijn. Ouderen vrezen voor het zorgstelsel. We worden overspoeld door oorlogsdreiging en geopolitieke onzekerheid. Wie durft ons te laten dromen van iets wat zwaarder weegt dan de chaos om ons heen?

Visioen

Jesaja droomde zijn droom in een tijd van decadentie en politieke instabiliteit. Hij zag God hoogverheven op een troon, omringd door vurige serafs. Drie keer klinkt het woord ‘heilig’. De troon, de tempel, de engelen, de rook en de golvende mantel: alles straalt Gods vervullende aanwezigheid uit. Jesaja beseft zijn eigen tekort: “Wee mij! Ik ben verloren, want ik ben een mens met onreine lippen” (Jes. 6:5). Het visioen laat zien wat onze tijd vaak verhult: de leegte achter bravoure, de middelmatigheid achter schijnzekerheid, de egoïstische zelfvulling die ons leven beheerst. Ons gebrek aan kwaliteit.

En toch – zelfs in dit beeld van oordeel en onreinheid – is er hoop. Een van de engelen raakt Jesaja’s lippen aan met een gloeiende kool: Gods reinigende heiligheid. De aanraking brengt hem tot leven, opent een ruimte voor vernieuwing. Hij kan antwoorden: “Hineni. Hier ben ik.” Gods heiligheid laat ons tekort zien, maar herstelt ons ook, vergeeft ons en maakt ons deel van zijn reddende werk in deze wereld.

Nieuw leven

In onze kale, vermoeide tijd, vol angst, onzekerheid en leegte, zijn er momenten waarop het heilige zichtbaar wordt. Waar Gods aanwezigheid nieuw leven voortbrengt, zoals een groen sprietje op een geslagen vlakte. De heilige rest die uiteindelijk opkomt uit de dood. Advent is dat moment van verwachting en voorbereiding. Hier oefenen we om te zien waar God nieuw leven laat groeien, ons aanraakt en ons vernieuwt. Hier leren we dromen, zelfs te midden van chaos. Hier kunnen wij antwoorden: Hier ben ik, Heer. Raak ons aan. Vernieuw ons. Orden ons leven.

We moeten de droom levend houden. Dat betekent verder kijken dan onze neus lang is. Om een groen twijgje te zien, zelfs te midden van dood en verderf.

Praat mee Op welke momenten zie jij iets van het heilige?

Deel dit artikel:

    Meest gelezen

    Lees ook