Joëlle maakt Nederland mooier: 'Het lijkt klein, maar het effect is groot'

“Mijn doel is om de stad groener, gezonder en mooier te maken, de biodiversiteit te vergroten en buurtbewoners te inspireren om mee te doen. Met Guerrilla Gardeners leggen we tuintjes aan op publieke plaatsen in stedelijke gebieden, zoals lege perkjes, groenstroken of braakliggende grond.

Ik hoop dat we mensen kunnen inspireren zelf aan de slag te gaan door wat groen te planten

Ik ben er een beetje in gerold. Ik heb African Studies gedaan, maar wilde graag lokaler bezig zijn. Daarom ben ik hier in Nederland als natuurgids gaan werken. Toen de kans zich voordeed om de stichting Guerrilla Gardeners over te nemen, voelde het voor mij alsof de puzzelstukjes op hun plek vielen. Dit werk past bij me. Het gaat mij om meer dan de planten zelf. Vooral de vraag wat groene steden kunnen betekenen voor de natuur spreekt mij aan. Zo organiseren we elk jaar het boomspiegelfeest, waarbij we de lege plekken rondom bomen beplanten. Er zijn ontelbaar veel van die plekken. Als je die allemaal wat groener maakt, heb je zo honderden voetbalvelden aan nieuwe natuur gecreëerd. Je kunt met boomspiegels, geveltuintjes en buurttuinen ontzettend veel doen voor het ecosysteem. Wat veel mensen niet weten, is dat steden vaak biodiverser zijn dan het platteland. Op het platteland zie je veel monocultuur: er wordt één gewas verbouwd. In de stad is er juist diversiteit door al die kleine plekjes met verschillende beplanting. Ik hoop dat we mensen kunnen inspireren zelf aan de slag te gaan door wat groen te planten. Al raad ik ze wel aan om biologische bollen te kopen. Veel mensen weten niet dat er door de bestrijdingsmiddelen in planten soms juist insecten dood uit de lucht vallen.

De naam Guerrilla Gardeners klinkt activistisch, en in de kern is het dat ook. Het idee begon ooit bij Liz Christy, in New York, in de jaren zeventig. Zij keek uit op een braakliggend terrein, waar kinderen speelden tussen afval en drugsafval. Samen met de buurt heeft ze die plek opgeruimd en opgedeeld in gemeenschappelijke tuintjes. Wij staan in die traditie. Alleen doen we het nu op een manier die past bij Nederlandse buurten. Vroeger legden we ’s nachts in het donker stiekem een tuintje aan, nu werken we veel meer samen, ook met gemeenten. Al betekent dit niet dat we altijd wachten tot we toestemming hebben. Ons motto is ‘vraag niet om toestemming, maar vraag om vergeving’ – maar wel met een positieve insteek.

We verkopen ook bloembommen. Dat zijn balletjes met compost, klei en bloemzaden die je over een schutting of bouwhek kunt gooien. Er is genoeg ellende in de wereld, maar dit is een eenvoudige, positieve manier om samen iets goeds te doen. Haal een tegel eruit en stop er een paar biologische bollen in. Het lijkt klein, maar het effect is groot. Je maakt de buurt mooier, gezelliger en hechter. En dat is precies waarom ik dit werk zo graag doe.”