Navigatie overslaan
Sluit je aan
Olcay Gulsen: ‘Op heel veel punten in mijn leven heb ik houvast gehad dat God er voor mij is’.

Olcay Gulsen: ‘Voor mij bestaat God, dat is voor mij genoeg’

Wil je zien

vandaag · 08:00| Leestijd:6 min

Update: vandaag · 12:20

Wat gelooft de modeontwerper en ondernemer Olcay Gulsen, en hoe heeft haar heftige jeugd haar gevormd tot wie ze nu is? “Mijn moeder zei altijd: ‘Het maakt mij niet uit wat jullie geloven, als jullie maar geloven.’”

In het laatste seizoen van het tv-programma ‘Adieu God?’ spreekt presentator Tijs van den Brink met Olcay Gulsen over haar geloofsleven.

Het gesprek begint bij Olcay’s tatoeage op haar bovenarm, die ze heeft laten zetten toen ze een jaar of 26, 27 jaar oud was. “Daar staat op: ‘God zij met mij’ in het Koerdisch.” Het geloof in God krijgt ze vanuit huis mee. Haar moeder is christelijk, al waren haar grootouders vrije moslims. Olcay gaat met haar moeder mee naar de kerk als er bijvoorbeeld een Bijbelcursus is of een Bijbelkamp.

“We konden nooit een kerk zomaar voorbijgaan. We gingen dan naar binnen om te bidden. Ze zei altijd: ‘Het maakt mij niet uit wat jullie geloven, als jullie maar geloven.’ Dat vond mijn moeder heel belangrijk, want ze was ervan overtuigd dat als je niet in iets gelooft wat groter is dan jezelf, dat je dan niet vanuit een bepaalde integriteit kon leven.”

Op het rechte pad

“Ik denk dat ik altijd wel sterk het gevoel had dat God, of iets van boven, sterker was dan ik en toch wel een beetje op mij lette”, vertelt Olcay. “Als jong meisje was ik altijd erg aan het bidden en contact te leggen met God. Voor mij als jongvolwassene dacht ik: ik heb een zware jeugd gehad, maar ik ben op het rechte pad terechtgekomen en dat komt zeker door God.” Ze vertelt dat de kans groter was dat het niet zou lukken met haar achtergrond, dan dat het wél zou lukken.

Ik ben op het rechte pad terechtgekomen en dat komt zeker door God.

Hulp van bovenaf

Olcay’s thuissituatie was namelijk niet veilig. Haar vader was schizofreen en ontwikkelde een heroïneverslaving. “Mijn vader was extreem gewelddadig, maar ook heel ziek. Dat monde uit in een soort oorlogssituatie. Als dat gebeurde, rende ik naar boven om te bidden of het kon stoppen. Ik had het idee dat mensen om mij heen mij niet konden helpen, dus de hulp moest van bovenaf komen.” Het geeft haar hoop. “Ik ben niet helemaal alleen, er kijkt iemand mee.”

“Ik ben altijd wel gelovig geweest”, legt Olcay uit. “Ik noemde God altijd Papa God. Hij was voor mij een mannelijk figuur dat er wel voor de kinderen was.” Een groot contrast met de situatie thuis. “Voor mij bestaat God, dat is voor mij genoeg. Op veel punten in mijn leven heb ik houvast gehad aan het feit dat God er voor mij is.”

Ik noemde God altijd Papa God.

Op de vlucht

Op haar achttiende verlaat Olcay haar ouderlijk huis met het idee “om de wereld te veroveren”, lacht Olcay. “Ik ging in Rotterdam wonen, een grote stad. Het was een vlucht. Ik voelde mij heel schuldig dat ik wegging. Ik liet mijn gezin achter echt in een klotezooi. Maar ik dacht ook: als ik iets van mijn leven wil maken en hen kan helpen, dan moet ik dat doen. Dat was een drijfveer voor mij.” 

Olcay werkt keihard en behaalt succes na succes. “Ik wilde heel graag een huis kopen voor mijn moeder en dat ze een goed maandelijks inkomen zou krijgen. Ik wilde zelf ook een groot huis en een mooie auto.” Maar die drijfveer was verkeerd, zo ziet ze nu jaren later in. “Het had met de buitenkant te maken. Ik leefde om te werken en er was weinig ruimte voor emotionele ontwikkeling, weinig ruimte voor echte connecties. Die wilde ik ook helemaal niet aan gaan, daar had ik geen geduld voor. Ik vond het dan ook heel lastig als mensen hun emoties deelden met mij. Ik dacht echt: moet dit?”

Tekst gaat hieronder verder.

Burn-out

Tussen 25 en 35 gaat alles voor Olcay op de automatische piloot. “Het enige wat ik wilde, was succes.” Dat verandert als ze terechtkomt in een hele zware burn-out die een paar jaar duurt. “Na veel te lang wachten ben ik met iemand gaan praten. Zij opende mijn ogen. Ze legde mij haarfijn uit wat er gebeurt als je als kind in een onveilige situatie opgroeit, welke coping mechanismes je ontwikkelt en hoe je dan precies wordt zoals ik was. Bijvoorbeeld dat ik nooit mijn huis inrichtte. Er hing niks aan de muur, het was heel kil. Ze legde mij uit dat kinderen die in een onveilige situatie zitten altijd een getaway nodig hebben. Zij richten dat niet in als een warm thuis, want dat kennen ze niet. En toen dacht ik: ik ben geen uitzondering. Volgens mij lopen er duizenden Olcays rond. Die gesprekken hielpen mij heel erg.”

Waar was God?

“God was in die tijd heel belangrijk, absoluut. Want ik ging dan met moeite naar mijn werk en als ik dan thuiskwam, kon ik niet stoppen met huilen. Ik had hele gesprekken met God: ik weet niet hoe ik eruit moet komen. Iemand moet mij helpen”, vertelt Olcay aan Tijs. “Het is goed gekomen toen ik durfde toe te geven dat het kwam hoe ik ben opgegroeid: de gewelddadige situaties. Ik stond er bijvoorbeeld bij toen mijn moeder door mijn vader werd neergestoken. Dus het is hartstikke oké dat ik een beetje verknipt ben geraakt. Ik denk altijd wel dat ik iets raars zou hebben. Maar mijn emotionele huishouding is nu op orde.”

Tekst gaat hieronder verder.

Verzoening

“Ik bid regelmatig, ik heb best vaak momenten dat ik een connectie voel met God. Mijn vader is vorig jaar overleden, dus toen voelde ik dat heel sterk. Ik zag wat afscheid betekende voor mensen. Ik wilde heel graag dat mijn vader zou overlijden. Niet voor mezelf, maar voor hem. Hij had echt nul kwaliteit van leven. Je gunt iemand waar je van houdt ook verlossing.”

Olcay is niet meer boos op haar vader. “Mijn moeder zei aan zijn sterfbed: ik vergeef jou voor alles wat je tegen mij en de kinderen hebt gedaan. Heel mooi en indrukwekkend van mijn moeder. Vergeving is voor haar heel belangrijk, voor iedereen uiteindelijk. Ze zei: ga maar, ik weet zeker dat hij in de hemel komt. En ik toen zei: maar mama, met alles wat deze man heeft gedaan, ze zei: jawel, want hij was ook een slachtoffer van het leven.”

Mijn moeder zei aan zijn sterfbed: ik vergeef jou voor alles wat je tegen mij en de kinderen hebt gedaan.

‘Het leven bestaat niet zonder leed’

“Ik heb geleerd dat hoe zwaar het leven ook is, er is niks waar je niet mee om kan gaan als mens. Je kan echt alles aan. Het leven bestaat niet zonder leed.” Waar werk eerst haar hoogste prioriteit is, is dat nu familie en liefde. “Ik werk nog steeds hard, maar ik zal nooit het nooit meer laten afweten als het over familie en vrienden gaat.”

  • Profiteer nu van korting + cadeau!

    Ontvang nu tijdelijk een cadeau én korting, lees exclusieve artikelen die je nergens anders vindt en ontvang drie keer per jaar het Eva-magazine thuis.

Adieu God?

Dit artikel hoort bij het programma

Adieu God?

Adieu God?

Meest gelezen

Lees ook