De beste tips voor nog mooiere vakantiefoto’s, gewoon met je smartphone

1. Ga voor spontaan

“Mijn hoofdtip is: zeg niet tegen mensen dat je een foto van ze gaat maken”, begint Nienke. “Houd je camera gereed en maak meerdere foto’s wanneer er bijvoorbeeld iets grappigs gebeurt en iedereen lacht. Die foto’s zijn ultiem, en veel leuker dan geposeerde foto’s. Mensen vinden het waarschijnlijk ook minder irritant. Je hoeft niets te vragen, gewoon klikken!”

Als je een close-upfoto wil maken van iemand, probeer dan ook eens de portretfunctie (‘Portrait’) eens uit in de camera-app op je telefoon. Hierdoor wordt de achtergrond wat vager en komen gezichten beter uit. Op de meeste telefoons kun je ook het licht aanpassen – vooral studiolicht is mooi in deze functie. Tik op het gezicht om de camera daarop scherp te laten stellen.

2. Kies een thema

Nienke: “Deuren van huizen, bloemen, een type mensen: kies een thema dat je tijdens je vakantie fotografeert, afhankelijk van het land waar je naartoe gaat. Maak bijvoorbeeld een stuk of tien foto’s van oude tegeltjes, verschillende vloeren of stukjes muur, eventueel met een ijsje ervoor. Later kun je daar een leuke pagina in een boek van maken, waarbij dat thema terugkomt.”

Maak je foto boeiender door een originele voorgrond te kiezen. Een standbeeld, een paar bloemen of de bladeren van een boom: kijk om je heen voor een creatieve twist.

3. Landschappen: houd je camera recht 

Nienke: “Op je camera – ook op je telefoon – kun je bij Instellingen een raster aanzetten, die zichtbaar is als je door de lens kijkt. Een soort boter-kaas-en-eieren-lijnen waarmee je ziet of je horizon recht is. Een rechte horizon maakt een foto meteen veel beter. Met een scheve horizon komt de foto net wat rommeliger over, en dat toont onrustig.”

Stapje verder gaan? Gebruik dan de panoramafunctie op je telefoon eens in de lengte in plaats van in de breedte, bijvoorbeeld in een gebouw met een mooi plafond of tussen hoge rotsen. Zo krijg je veel meer op beeld, de hoogte in. Probeer niet te veel te trillen met je hand, anders worden rechte lijnen wiebelig.

Bestel nu het nieuwe Eva Zomerboek

Bestel nu het nieuwe Eva Zomerboek

In het nieuwe Eva Zomerboek lees je nog meer grenzeloze liefdesverhalen. En ook: een complete roman, reisinfluencers over hun favoriete vakantieplek en test jouw innerlijke kompas. Bestel hem nu.

4. Gebruik de gulden snede

“Plaats het onderwerp van de foto op een van de punten waar de rasterlijnen elkaar kruisen – links onderin, rechts onderin, links bovenin of rechts bovenin. Dat is de gulden snede, een basisregel in de fotografie. Als je mensen gaat fotograferen, is het goed om die links of rechts op de kruising van die lijn te hebben staan. Niet precies in het midden, dat is een beetje saai en vaak ook niet zo mooi”, aldus Nienke.

5. Wees creatief met perspectief 

De meeste foto’s maken we als we rechtop staan en de camera voor ons houden. Prima, maar ook een beetje saai voor de compositie. Ga eens door je knieën om die kat op straat van dichtbij te fotograferen, of loop die trap even op om de omgeving van bovenaf vast te leggen.

Maak hierbij gebruik van de 'negatieve ruimte'. Oftewel, het gebied rondom en tussen de onderwerpen in de foto. Door zoveel mogelijk negatieve ruimte om het object te laten, leg je extra focus op het onderwerp. Denk aan een eenzame boom aan de horizon of een lieveheersbeestje op de tuintafel: door veel ‘leegte’ in de rest van het frame te laten, trekt je oog juist naar het onderwerp.

6. Zoek mooi licht op

“De meeste mensen maken foto’s op het midden van de dag”, begint Nienke. “Maar dan is het licht vaak heel fel – wat vaak niet heel mooi wordt, tenzij het een bewolkte dag is. Wat ik aanraad: maak ’s ochtends heel vroeg wat foto’s, vóór 10:00 uur. Stel dat je op de camping moet plassen om 06:00 uur ’s morgens, neem dan je telefoon even mee. Vaak heb je supermooi licht als de zon net opkomt.”

“Hetzelfde geldt voor het einde van de dag, vanaf 17:00 à 18:00 uur tot 21:00 uur. Hoe meer richting de 21:00 uur, hoe mooier. Daarna begint de schemering, dat is vaak grauwig en kleurloos met weinig contrast. Kijk gewoon of er mooi licht is, en ga dan fotograferen! Om overbelichte foto’s te voorkomen, kun je op je camera en telefoon de belichting naar beneden bijstellen. Net wat donkerder is net wat mooier.”

7. Bewerk je foto’s

Tevreden met de gemaakte foto's? Dan kun je ervoor kiezen om ze bewerken. Nienke: “Ik heb zelf de Lightroom-app, daarmee kun je heel basic de belichting en kleuren van foto’s aanpassen. Nog een fijne fotobewerkingsapp is Afterlight. Ik haal bijvoorbeeld vaak het knal-appeltjesgroene van het gras er even uit. Soms maak ik de foto iets warmer, met een klein beetje extra contrast en belichting. Dan vind ik een beeld net wat meer knallen en eruit springen.”

8. Doe iets met je foto’s 

“Zonde als je mooie foto’s hebt gemaakt en er daarna niets mee doet”, lacht Nienke. “Druk er een paar af, maak een boekje, zet ze op Facebook of Instagram, stuur ze naar mensen door: doe er iets mee! En als je vakantiefoto’s laat zien aan anderen, laat er dan geen duizend zien maar maak een selectie van de dertig mooiste. Dan hebben de mensen ook nog geduld om ze allemaal te bekijken.”

Bonustip: relax

De belangrijkste tip die Nienke wil meegeven? “Vakantie is om te chillen. Veel mensen maken alléén maar foto’s tijdens vakantie. Leuk als het je hobby is, maar vaak denk ik: leef in het moment! Relax, geniet, kom tot rust. Maak een foto als je er zin in hebt, en anders niet – het is uiteindelijk voor de lol. Dan heb je maar geen mooie Instagramplaatjes, kan jou het wat schelen! Lekker met je benen omhoog een boek lezen.”

Fotocredits: Nienke van Denderen
Website: www.nienkevandenderenfotografie.nl