Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Column: ik verlang zo naar een schoon huis

‘Schoonmaken in een huis met kinderen is als tandenpoetsen terwijl je een koekje eet’

Hanneke verlangt naar een opgeruimd en schoon huis. Maar met drie kinderen en een gebrek aan schoonmaakregelmaat, lijkt dat een utopie. Ze neemt zich iets voor.

Deel:

We moeten het even hebben over de schoonheid van mijn huis. Of nou ja, niet over de esthetiek hoor. We zijn blij met ons huis, maar het heeft vanbuiten bijzonder weinig met romantisch, idyllisch of pittoresk te maken. Nee, waar ik het over wil hebben is de innerlijke schoonheid van mijn huis. En wel in de letterlijke betekenis, die van proper, rein en hygiënisch. En dan met name aan het gebrek daaraan. Ik bedoel: we plakken niet aan de vloer vast en je kunt eten klaarmaken in de keuken zonder onmiddellijk risico op voedselvergiftiging, maar echt schóón schoon? Nee.

Als kind droomde ik van een huishoudelijke hulp

Toen ik een jaar of tien was droomde ik ervan om als ik later groot en rijk was een huishoudelijke hulp in te huren. Je kunt maar beter weten waar je kwaliteiten liggen en waar je beter een ander voor kunt inschakelen. Inmiddels ben ik redelijk groot, en zeker niet arm, maar een mens moet financieel nu eenmaal prioriteiten stellen. Geen wekelijkse huishoudelijke assistentie hier in huis dus. Helaas.

Tandenpoetsen en koek eten

Ergens las ik dat het schoonmaken van een huis met kinderen erin net zoiets is als je tandenpoetsen terwijl je een koekje eet. Mijn ervaring leert dat dit waar is. Al heb ik nog nooit mijn tanden gepoetst terwijl ik een koekje at. Wel heb ik drie kinderen.

Hoewel licht ontmoedigd door dit gegeven, neem ik mij steeds weer voor om het voortaan beter te doen op huishoudelijk gebied. Vaker wc’s boenen, kamers stoffen, onder bedden stofzuigen. Eindelijk eens deuren afnemen, spinnenwebben weghalen, keukenkastjes leeghalen en soppen. Met regelmaat ramen lappen, apparaten ontkalken en speelgoed schoonmaken. Wat anderen kunnen, kan ik ook. Toch?

Planning

Op aanraden van mijn moeder pakte ik een aantal jaar geleden iedere dag één klus aan. Ik maakte er zelfs een schema bij welke dag welk poetswerk op de planning stond. Mijn huis was kortstondig redelijk schoon, maar het vergde veel tijd, energie en discipline. Mijn ritme veranderde, we verhuisden en mijn prachtige schema verdween - heel toepasselijk - onder een laag stof.

Wat voor mij een grote hindernis is in de uitvoering van mijn vaker-schoonmaken-voornemen, is troep. Het lijkt trouwens ook wel of de hoeveelheid troep die kinderen produceren toeneemt met hun leeftijd. Lego, knikkers, plastic rommeltjes van supermarkten, schelpen, haarelastiekjes, stenen, domino, autootjes, puzzelstukken, kleurplaten, knutsels... Als ik alles zou bewaren wat volgens mijn nageslacht bewaard zou moeten worden, zouden we zeer binnenkort aan een groter huis toe zijn.

De spelletjeskast lijkt een bombardement te hebben ondergaan

Al deze troep verspreidt zich op wonderbaarlijke wijze naar alle hoeken van het huis. Op het uiteinde van de eettafel ligt een stapel frutsels zonder bestemming, de vloeren van de slaapkamers van het nageslacht zijn nagenoeg onbegaanbaar vanwege de uitstalling van uiteenlopende speelgoedonderdelen, de spelletjeskast lijkt een bombardement te hebben ondergaan.

Zo nu en dan ben ik het zat. Dan neem ik op een ongevulde zaterdag de kinderen mee naar hun kamer en stel met hen orde op zaken. Wat weg kan, gaat weg, wat rondslingert krijgt een plek in de kast, wat door elkaar ligt wordt gesorteerd. Wanneer de vloer daarna maagdelijk leeg is kan ik zonder Lego-opzuigrisico de stofvlokken onder de bedden en van de plinten verwijderen en met een zucht van voldoening de deur van de kinderkamer achter mij dichttrekken. Daarna boen ik de badkamer en wc, stofzuig de woonkamer en voor mijn gevoel kan ik er weer weken tegenaan.

Twee dagen later zien de kinderkamers er weer uit als de vrijmarkt bij sluitingstijd en is de vloer van woonkamer en wc bedekt met een laagje zand dat aan mijn blote voeten blijft kleven (het resultaat van kinderen die van zwembad naar zandbak naar wc liepen).

Ik denk aan het koekje en het tandenpoetsen.

Wat zou ik graag willen wonen in een schoon en opgeruimd huis.

Maar dan moeten de kinderen eruit. En ikzelf ook vrees ik. Dat gaat mij toch te ver. Dan maar vingers op de ramen. Kruimels rond de eettafel. Stofvlokken onder de kast. Haren in het doucheputje.In ons huis wordt nu eenmaal vrij fanatiek geleefd, met alle gevolgen van dien.

Voornemen

Ik plof op de bank, knikkers, kruimels en zand mijdend, en mijmer over mijn volgende voornemen. Vanaf nu neem ik mij niet meer voor om vaker te poetsen. Om harder te boenen. Meer secuur te werk te gaan. Mijn nieuwe voornemen is: ik neem mij voor om mij dit allemaal niet meer voor te nemen. Vanaf nu ga ik gewoon tevreden zijn. Tevreden met wat er wél uit mijn handen komt. Tevreden met minder schoon. Tevreden met hoe het is. En wie daar geen genoegen mee neemt is werkelijk van harte welkom. Ik laat met alle liefde zien waar mijn poetsdoeken, allesreiniger en emmer staan.

Wil je wel duurzaam poetsen als je poetst? Lees dan deze handige Amish-tips!

Geschreven door

Hanneke Veurink

--:--