76-jarige Marianne maakt zich zorgen om jonge generatie
'Mijn wens is dat jullie generatie jullie weg zullen vinden'
De 76-jarige Marianne is het niet eens met de aandacht voor de kwetsbare oudere tijdens de coronacrisis. Met haar gaat het goed schrijft ze. Zij maakt zich juist zorgen om de volgende generatie. De generatie die dacht dat het leven maakbaar was.
‘’Ik heb er moeite mee dat er zoveel aandacht is voor de kwetsbare oudere. Met mij en mijn vriendinnen gaat het nog steeds goed. Ik maak me meer zorgen om de volgende generatie,’’ schrijft Marianne aan nietalleen.nl.
Ze vervolgt haar verhaal: ‘’Ik maak me zorgen om de jonge mensen die nu ontdekken dat de maakbare maatschappij niet zo maakbaar is. Met man en kinderen in huis, thuiswerken en kinderen met huiswerk helpen. Maar ook: onderlinge spanningen, angst en het wegvallen van inkomen.’’
Ze sluit haar brief af met de mededeling dat zij niet op de intensive care behandeld wil worden. Ze geeft liever voorrang aan jonge mensen. Ik mail haar terug met de vraag of ik mag bellen voor een interview. “Ja, dat is goed”, antwoordt ze terug. Op een maandagochtend om 09.00 spreken we af. Marianne zal wachten met haar dagelijkse nordic walking rondje tot we gebeld hebben.
Ik heb vanaf mijn jeugd altijd moeten overleven
De schrijfster van de brief heeft het hart op de tong, zo blijkt wel als we elkaar aan de telefoon spreken. Dat had ze van tevoren al geschreven in haar mail en daar blijkt niks van gelogen. Met een zacht accent begint ze vertellen. Af en toe stopt ze om te vragen waar we het ook alweer over hadden. Hardop deelt ze haar gedachten. Om tussendoor een documentaire of die ene interessante schrijfster te tippen. ‘Jij maakt er wel een rond verhaal van, toch?’ zegt ze tegen mij. Ze vertelt over de Italiaanse cursus die zij volgde op haar 62e en hoe ze nu Italiaans spreekt met haar kleinkinderen die opgroeiden in Rome. De levenslust lijkt eraf te spatten. En dat terwijl zij een moeizame start maakte in haar leven.
Marianne: ‘’Ik heb vanaf mijn jeugd altijd moeten overleven. Ik kom uit een kansarm gezin en vanaf mijn dertiende stond ik er alleen voor. Ik heb vriendinnen gehad die heel jong stierven aan kanker. Ik heb hen begeleid tijdens het sterven. Ik heb steeds overleefd. In een crisis overleven niet de sterksten, maar diegene die zich kunnen aanpassen. Ik kan me heel goed aanpassen. Dat heb ik heel mijn leven gedaan.’’
‘’Ik heb een ongeluk meegemaakt. Ik was aan het fietsen en werd wakker in het ziekenhuis. Als ik niet wakker was geworden, dan had ik niks van het ongeluk geweten. Ik had een leuke middag gehad. Ik had het niet erg gevonden als ik niet wakker was geworden, want daar had ik dan toch niks van gemerkt. Ik ben niet suïcidaal, maar dat besef is groter geworden na het ongeluk.''
Vroeger was ik doodsbang dat ik niet naar de hemel zou mogen
‘’Mijn enige zorg is dat ik niet hoef te lijden. Ik laat geen partner achter. Die zorg heb ik dus niet. Met mijn kinderen heb ik een goede relatie en zij onderling ook met elkaar. Het gaat goed met ze. Natuurlijk zullen mijn zoons verdrietig zijn als ik er niet meer ben. Maar hopelijk zullen ze naast de tranen, mij herdenken met een positief gevoel. Ik ben niet bang om in eenzaamheid te sterven. Ik ben vaak alleen geweest in mijn leven. Ik merk dat ik soms anders denk dan anderen. Ik zeg weleens: ik denk dat ik anders gebakken ben.’’
‘’Vroeger was ik doodsbang dat ik niet naar de hemel zou mogen. Daarom wilde ik non worden. Nu ben ik niet gelovig meer. Ik heb respect voor gelovigen, maar ik geloof niet in het plaatje dat mensen van God hebben gemaakt. Wel kijk ik elke zondagochtend naar onder andere de EO. Dan kijk ik programma’s zoals Ik mis je, maar ook De verwondering. Zondagochtend is echt mijn lievelingsochtend. Door het bekijken van die programma’s wordt mijn ziel gevoed.’’
‘’Ik denk soms aan mijn vriendinnen die al gestorven zijn. Als er een hemel zou zijn, dan heb ik niet een specifieke voorstelling van hoe het er daar uit zal zien. Ik denk dan meer aan een bevinding. Een plek van harmonie, rust, tevredenheid en geen lijden. Soms denk ik dat er iets is wat we niet kunnen bevatten met ons mensenverstand. Diep in mijn hart geloof ik daar wel in.’’
Ik ben niet levensmoe, maar ik ben verzadigd
‘’Ik heb niet meer zoveel wensen. Ik heb gereisd. Ik ben veel in Italië geweest. Ik ging ieder jaar met vriendinnen naar Spanje. Ik heb een wandelvakantie door Engeland gemaakt. Ik heb veel ervaringen en herinneringen opgedaan. Als ik in deze levensfase nog iets van ondersteuning kan bieden, dat ik iemand kan helpen, dan vind ik dat zinvol.’’
‘’Maar verder ben ik verzadigd. Niet levensmoe, maar verzadigd. Wel grappig om dan te vertellen dat ik nog maar een obsessie heb. En dat is eten. Ik heb geluk en ben me daar bewust van. Ik geniet enorm van mijn kleinkinderen. Dan krijg ik een weer filmpje toegestuurd van ze. Dat voedt ook mijn ziel.’’
Een nieuwe manier van leven
‘Er is sprake van een wereldpandemie, met als gevolg een economische wereldcrisis. Iedereen zal eronder lijden. We moeten een nieuwe inhoud gaan vinden voor ons leven. Al onze zekerheden zijn weggevallen. Dat zorgt overigens niet alleen maar voor nare dingen. Zo’n crisis helpt je ook te kijken naar mogelijkheden. ’’
‘’Mijn wens voor mijn kinderen, kleinkinderen en jullie generatie is dat jullie in die nieuwe werkelijkheid jullie weg weten te vinden. Ik ben niet meer met mezelf bezig. Vandaar dat ik naar jullie heb geschreven. Wat ik zelf ga doen als we er weer op uit mogen? Het leven met mijn vrienden oppakken, goede gesprekken hebben, terrasjes pakken en lekker eten.’’
Tevreden terugkijkend
Een paar uur na ons gesprek krijg ik een nieuw mailtje. Geschreven door Marianne na een fijne wandeling in de zon. Ze schrijft: ‘’Ik heb een bruiloft gevierd in Rome, ik ben in Peru geweest en in de bergen van Oostenrijk. Vorig jaar ben ik nog in Moskou geweest en ik heb Australië bezocht. Levensmoe klinkt negatief. Verzadigd is positief. Nu zit ik met een lekker digestive biscuit tevreden op mijn leven terug te kijken.''
''Ik wens de volgende generatie, kracht, wilskracht, fantasie en geluk toe om met de nieuwe uitdagingen om te gaan.’’
En tot slot nog een boekentip van Marianne: het dagboek van de Joodse Etty Hillesum, zij is vermoord in Auschwitz, november 1943. Het is het lievelingsboek van Marianne en het heeft haar heel erg geholpen in haar leven.
Lees ook: Zuster Anneke over de leefgemeenschap van de Zendings-diaconessen van Amerongen
Geschreven door
Judit van Dijk-Besters