Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Jedidja verloor haar zoontje: ‘Mijn ziel is diepbedroefd, mijn geest is levend’

'Ik mis je'

“‘Mam, ik sta voor de klas’ zei ik. ‘Maar ik bel niet zomaar’, zei mijn moeder. Daarna vertelde ze dat Jahnay onder een auto was gekomen.” Jedidja verloor onverwachts haar zoon van vijf jaar. Ze vertelt haar verhaal in ‘Ik mis je’.

Deel:

Op 31 oktober 2017 werd Jedidja tijdens haar werk opgeschrikt door het telefoontje van haar moeder. “Te hard rijdend, schreeuwend en biddend belde ik mijn man André waar ik naartoe moest. De straat was afgesloten. Ik rende naar Jahnay toe, die op straat lag. Er stonden brandweermannen met een scherm om hem heen.  Mijn schoonmoeder zei: ‘Hij is dood.’ Ze deden niets meer met hem. Ze wachtten op mij. Ik heb heel hard geschreeuwd: ‘Ik wil hem zien!’”

De begrafenis

“In de week voor de begrafenis kwam de buurman langs, die ook een kind heeft verloren. Zijn huwelijk is daardoor gestrand. Hij zei: ‘Ik zie dat jullie het wel gaan redden. Hier is vrede.’ En dat ervoer ik deze week ook echt. Ik sliep goed, en ik had de kracht en vrede om tijdens de condoleance om enorme stroom aan mensen te begroeten en zelfs voor mensen te bidden. Tijdens de begrafenisdienst heb ik in alle rust een enorm getuigenis mogen geven en ik ervoer vrede op het moment dat het kistje zakte.

Soms wist ik niet waar ik het moest zoeken, en zei ik tegen God: ‘Ik kan echt niet bidden en Bijbellezen. Heeft U een tekst voor me? Ik kreeg de tekst uit 1 Korintiërs 13: ‘Nu kijken we nog in een wazige spiegel …’ Met andere woorden: Nu snap ik het nog niet, maar eens zullen we het wel begrijpen.”

Rouw

“In de eerste week na Jahnay’s overlijden was de pijn zo intens en heftig, dat ik bijna niet at en dronk. De eerste negen maanden heb ik alleen maar gehuild. Ik was heel moe, kon niets hebben en had paniekaanvallen. Ik was bang om beslissingen te nemen. De eerste keer naar de winkel gaan voelde alsof ik een marathon liep.”

“Elke keer als ik iets zie wat een connectie heeft met Jahnay, triggert me dat. Dat kan een fotootje zijn of een liedje. In het begin gebeurde dat elke dag. Zijn broertje wordt nu ook ouder. We moesten beslissen of we hem kleding van Jahnay lieten dragen of niet. We hebben een nieuwe fiets voor hem gekocht, die van Jahnay was te confronterend.”

Ik zie dat jullie het wel gaan redden. Hier is vrede.

“Ik wilde de kamer van Jahnay opruimen. André wilde alles hetzelfde houden. We hebben elkaar de ruimte gegeven. Emotioneel gezien hebben we genoeg aan onszelf en ons eigen pijn en verdriet. We verwachten niet teveel van elkaar, en kunnen op dit moment niet voldoende geven aan elkaar. Als dit aan het begin van ons huwelijk was gebeurd, dan was het zwaarder geweest.”

Troost vinden

“Zelf iets maken, helpt me in mijn rouwproces. Ik heb bijvoorbeeld zelf de grafsteen gemozaïekt en een kunstwerk gemaakt van de kleren van Jahnay.

Ik wilde graag even helemaal weg van thuis, omdat de kinderen me zo zagen huilen. Ik ging onder andere naar een theaterweekend. Ik bad: ‘Heer, ik wil zo graag weer gewoon blij zijn.’ Ik had een workshop ‘Aanbiddingsdans’ gekozen, maar de workshopleider was ziek. Uiteindelijk mocht ik de workshop geven. Dat maakte me zo blij!”

“We gaan naar de kerk om het ritme van de wekelijkse kerkgang erin te houden. Ik bid niet heel veel, maar ik laat God niet los. Als ik één liedje meezing, is het soms al genoeg. Er zijn momenten, dat ik alleen maar zeg: ‘Heer, ik ben er.’ Mijn ziel is diepbedroefd, mijn geest is levend. Ze zijn beide deel van mij.”

Jedidja is getrouwd met André en moeder van drie kinderen. Jahnay is de middelste van de drie. Op het moment van het ongeluk hadden ze als gezin net alles op de rit. André was herstellende van een burn-out, en Jedidja gaf voor het eerst les aan een eigen klas na haar Pabo-studie. In ‘Ik mis je’ vertelt ze haar verhaal.

Bekijk hier het fragement van 'Ik Mis Je'

Geschreven door

Hedi Kruithof

--:--