Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Lazarus staat op | In de kern is er onzekerheid, én vertrouwen. Die twee.

Rikko geeft op de vroege ochtend inspiratie om de dag bewust te beginnen. Hij leest om 6 uur de teksten uit een oud kerkelijk leesrooster en zo rond 7 uur deelt hij de gedachte die dan op-popt. Elke werkdag te lezen en te beluisteren.

Deel:

In de kern is er onzekerheid én vertrouwen, die twee – PopUpGedachte 19 maart 2020

Er is een aantal dingen zeker in het leven, schreef de Ierse dichter Pádraig Ó Tuama in zijn prachtige gedicht Facts of Life. Dat je wordt geboren, en dat je sterft. Dat je soms voldoende liefde geeft en soms niet. Dat je moe wordt, ooit. Dat je voortkomt uit een eicel en spermacel van mensen die ooit vreemden waren. En dat misschien nog steeds wel zijn. Dat we zullen leren liefhebben. Dat we zullen falen. Een eenvoudig én fantastisch gedicht van een spiritueel en aards man.

Het belangrijkste van het leven is geen feit. Dat is onzeker, realiseer ik me vanochtend bij het lezen van de oude teksten. We weten dat we doodgaan, maar dat is niet het belangrijkste van het leven. We weten dat we leven, maar ook dat is niet het meest relevante feit. Er leven er zoveel. Ja, toch? De vraag is altijd vooral hóe je leeft. Ben je levend verlangend naar de dood, ben je levend en breng je leven, ben je levend zonder het te beseffen, ben je levend in antwoord op de vragen die de wereld om ons heen stelt of ben je levend doof.

Of we een dak boven ons hoofd hebben is al minder zeker, ook al is de kans dat jij die luistert of leest er één boven je hoofd hebt momenteel, vrij groot. Maar of dat morgen nog zo is, of over een jaar? Dan wel over tien jaar? Dat weet niemand. Vraag maar aan Tommy Sherif, de man die uit Egypte vluchtte en een tiental jaar geleden zijn vriend nog uitlachte die hem zei dat zij weleens zomaar de volgenden zouden kunnen zijn die moesten rennen voor hun leven.

Maar dak of geen dak is nog niet het belangrijkste van het leven, toch? Er zijn er zonder dak die waanzinnig krachtige mensen zijn en er zijn er met dak die nooit gekozen lijken te hebben voor het leven. Dat is geen verwijt, hè, je weet niet wat er speelt. De kern van alles is hoop, tenminste als ik de oude teksten mag geloven. Durven te hopen. En hopen is geen zeker weten – ook al heb ik ooit vroeger in de klassieke teksten van de Heidelbergse Catechismus moeten leren dat geloof – een ander woord voor hoop, dan wel voor vertrouwen – een zeker of stellig weten is.

Verwarrend, want dat is het niet. Wisten die oude schrijvers ook wel, want ze zeiden dat het een 'stellig weten is waarmee ik alles voor betrouwbaar houd'. Een stellig weten poneren om vervolgens de stelligheid totaal onderuit te schoffelen door de woorden ‘alles voor betrouwbaar houden’. Dan zitten we weer vol op het vertrouwen. En vertrouwen moet je als je het niet weet. Het is een gok, een keuze, een waagstuk, een inzet, het is hoop. En hoop doet leven. Niet leven in de zin van vegeteren, maar leven in de zin van sprankelen, voortgaan, inzetten, toewijden.

De grote aartsvader van de drie monotheïstische religies, de joodse, christelijke en islamitische, drie broertjes of zusjes gegroeid uit dezelfde stam, die aartsvader werd geëerd en geprezen. Niet om zijn zekerheid maar om zijn hoop.

Tegen alle hoop in heeft hij gehoopt, en geloofd dat hij vader zou worden van vele volken,
gelijk hem gezegd was: Zo talrijk zal uw nageslacht zijn. Daarom werd het hem als gerechtigheid aangerekend.

Hoop is gerechtigheid. Geen blinde hoop, gegronde hoop. Waarin gegrond? Dat er achter, in en dwars door deze wereld een onzichtbare, ongrijpbare kracht aanwezig is die voortdurend de mens vraagt, duwt, verleidt, uitnodigt en inspireert tot het goede. Dat dit er altijd is geweest en er steeds zal zijn. Dat de Eeuwige het hart van de mens steeds weer vindt, in alle duisternis. En is het niet de een, dan wel de ander. Niet door een programma uit te rollen, niet door wereldheerschappij, niet door almacht, maar door invloed, door verrassing, door oncontroleerbare verspreiding – en daar weten we in deze dagen alles van.

Ik word uitgenodigd om te hopen én om te observeren in mezelf en in mijn omgeving hoe de hoop steeds weer terecht blijkt – ook al ziet er steeds anders uit dan je denkt. Tegen alle hoop in heeft hij gehoopt. Dat is de enige zekerheid in het leven, eentje die nooit zeker zal worden, maar die de mens tot mens maakt. En deze hoop brengt dochters voort, zegt Augustinus. Twee. Woede. En Moed. Woede over hoe de dingen zijn en de moed om te durven geloven dat ze niet zullen blijven zoals ze zijn. Die twee, als ze met liefde en toewijding opgevoed worden door de hoop, brengen leven in de brouwerij. Waar je ook zit.

Een heel goede donderdag gewenst. En vrede, en alle goeds.

Hier vind je drie tekstgedeelten die Rikko vanochtend las.

Geschreven door

Rikko Voorberg

--:--