Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Lazarus staat op | Aanziens des persoons

Rikko geeft op de vroege ochtend inspiratie om de dag bewust te beginnen. Hij leest om 6 uur de teksten uit een oud kerkelijk leesrooster en zo rond 7 uur deelt hij de gedachte die dan op-popt. Elke werkdag te lezen en te beluisteren.

Deel:

Aanzien des persoons – PopUpGedachte 20 februari 2020

Wie weleens een actie voorbereidt, of probeert om op een of andere manier iets aan de grote klok te hangen, die weet hoe groot de impact van een influencer kan zijn. Mensen met een groot bereik die dan iets leuks over je twitteren. Wie een voorstelling speelt en ontdekt dat er opeens een belangrijk iemand in het publiek zit, gaat toch even opnieuw naar zichzelf en de voorstelling kijken.
Een vriend kreeg vlak voor hij moest preken ergens een berichtje dat de koninklijke familie in de zaal zou zitten. Ja, dan ben je misschien helemaal niet zo koningsgezind, maar je kijkt toch een keer extra in de spiegel. Is toch bijzonder, niet?

Vandaag trekt Jakobus, de recht-door-zee bijbelschrijver die voortdurend hamert op de daad bij het woord voegen, van leer tegen mensen die anderen naar de ogen kijken. Hij schrijft:

“Veronderstel, er treedt in uw samen­komst een man binnen, keurig gekleed en met gouden ringen aan zijn vingers, en tegelijkertijd komt er ook een arme aan in schamele kleren; als gij nu opziet tegen de rijkgeklede man en hem een ereplaats aanbiedt, terwijl gij tegen de arme zegt: "Blijf daar maar staan", of: "Ga hier op de grond zitten, bij mijn voetbank", maakt ge u dan niet schuldig aan een kwaadaardig soort discrimina­tie?

Dat zouden we nooit zeggen, hè. Ga hier op de grond zitten, bij mijn voetbank. Sjonge, dat zou naar zijn? Gelukkig zijn we zo niet. Al moet ik heel eerlijk zijn dat ik de wat warrige man of vrouw die wegschuifelt na de dienst zonder op of om te kijken, makkelijker zou laten gaan dan als het halve vorstenhuis na de dienst zonder op of om te kijken de zaal verlaat. Bij de één vind ik het logisch, bij de ander zou ik kapot zijn, ja toch? Bij de één denk je; ach arm mens. Bij de ander denk je vertwijfeld wat je toch allemaal verkeerd hebt gedaan. En Jakobus die graag grote woorden gebruikt: ‘maakt ge u dan niet schuldig aan een kwaadaardig soort discriminatie?’

Deze kwaadaardig soort discriminatie was common sense in al die klassieke kerken waar deze tekst toch met regelmaat moet zijn gelezen (of stiekem overgeslagen). Er waren ereplaatsen voor degenen die veel hadden bijgedragen of een hoge status hadden, ja toch? Hun namen stonden ingegraveerd in de muren of panelen, zij hadden geld en waren invloedrijk en kwamen toch maar mooi naar deze kerk. De speciale plekken voor de koning in de kerk? Het koninklijke praalgraf van Willem III in de kerk van Delft? Laat Jakobus het niet horen, hij zou het er eigenhandig hebben uitgesloopt en er een begraafplaats van de armen hebben ingestopt.

En hij heeft er een goede reden voor. Hij zegt:

“Luistert, lieve broeders: God heeft de armen naar de wereld uitverkoren om rijk te zijn in het geloof en erfgena­men van het koninkrijk dat Hij beloofd heeft aan wie Hem liefhebben. Maar gij hebt de arme veracht. Zijn het niet de rijken die u onderdrukken en u voor de rechtbank slepen? Zijn zij het niet die de schone naam lasteren welke over u is aangeroepen? Als gij evenwel de koninklijke wet vervult volgens het woord van de Schrift: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf, is alles in orde.
Maar als gij partijdig handelt, doet gij zonde, en veroor­deelt de wet u als overtreders.”

Oftewel, van die rijken heb je het meest te vrezen, van de invloedrijken, de koningen die je wel of niet een plek gunnen. Ja, denk ik dan, daarom is het zo logisch om die dan met alle egards te behandelen. Nee, zegt Jakobus, je kunt het ook anders denken. Als zij je het leven moeilijk kunnen maken, als zij een kans zijn én een risico, timmer dan geen dure stoel voor ze, graaf geen groot praalgraf, maar geef degenen die je niet te kakken zullen zetten, simpelweg omdat ze de invloed er niet voor hebben, een speciale plek.

Ik vind het mooi bedacht van Jakobus. En realiseer me dat wie gelooft, toch een wat anarchistische kijk leert op invloed en macht. Er is er maar één die uitsteekt boven de rest en dat is de Eeuwige zelf, mocht ikzelf of iemand gaan geloven dat er nog een ander of – god verhoede – ikzelf ook erboven uitsteekt, dan wordt het tijd voor een kleine bekering. En wie geen last heeft van mogelijke verheven zelfbeschouwing is de ander ten voorbeeld, dus investeer daarin. Niet in degene die steeds weer moet worstelen om met de beide pootjes op de grond te blijven staan, omdat-ie zoveel online volgers heeft of in luxueuze huizen leeft.

Dank Jacobus, voor de verheldering vandaag. Top dat je ook al in het jaar 0 zo scherp bent op discriminatie. Het lijkt het codewoord van deze tijd, maar het is al zo oud als de wereld. Vandaag maar weer eens mezelf observeren in míjn aanzien des persoons.

Vrede vandaag. En alle goeds.

Hier vind je drie tekstgedeelten die Rikko vanochtend las.

Geschreven door

Rikko Voorberg

--:--