Navigatie overslaan
Sluit je aan
In deze Utrechtse kerk is het voor het eerst in jaren weer Kerst.
© Dieuwertje Bravenboer / EO

Na jaren stilte is het hier weer Kerst: hoe een Utrechtse kerk nieuw leven kreeg ingeblazen

Reportage

vandaag · 11:32| Leestijd:10 min

Update: vandaag · 11:32

Voor het eerst in acht jaar klinkt in de Bethelkerk in de Utrechtse wijk Zuilen weer het kerstevangelie. Het gebouw stond acht jaar leeg, maar zit sinds vorige maand plots weer vol met jonge gezinnen. Wat is hier aan de hand? Op zoek naar het wonder van Zuilen.

Is het de vaste mix van kerkorgel en moderne muziekgroep? Is het de vrijheid om je kind te laten dopen of opdragen? Is het de aantrekkingskracht van andere jonge dertigers, die er al lid zijn? Of het gebed van die ene dominee, die in een vergrijzende kerk begon te bidden voor ‘volle balkons’? Wat het ook is, het werkt, blijkt op deze adventszondag in Zuilen.

“Nog geen naamknijper? Maak er hier één!” Bij het betreden van de Bethelkerk, worden bezoekers uitgenodigd hun voornaam op een wasknijper te schrijven en die aan hun kleding te bevestigen. Dat helpt om elkaar in deze nieuwe gemeenschap bij naam te leren kennen.

Het gebed werd verhoord: er kwamen studenten aanwaaien

Rond kwart voor tien stroomt het gebouw vol met bezoekers. Veelal twintigers en dertigers, maar ook een aantal ouderen weet de weg naar de kerk te vinden. Ze krijgen eerst een kop koffie en praten gezellig bij. Tegen tien uur bewegen de bezoekers zich naar de kerkzaal. “Is deze plek nog vrij? Ik zit hier graag op het hoekje van de achterste rij”, zegt een kerkgangster. Met een glimlach: “Het is pas de vierde dienst in dit gebouw, maar dit is nu al mijn favoriete plek. Hier heb ik het overzicht.”

Even na tien uur begint de dienst. “Onze hulp is in de naam van de Heer, die hemel en aarde gemaakt heeft”, opent dominee Hanneke Ouwerkerk de dienst met het klassieke votum.

Nieuw leven

De van oorsprong gereformeerde Bethelkerk – een bakstenen kolos uit de jaren vijftig – sloot in 2017 de deuren. De kerkgang was zo ver teruggelopen en de gemeente zodanig vergrijsd, dat de kerk openhouden niet meer ging.

De Utrechtse Nieuwe Kerk-gemeente, onderdeel van de Protestantse Kerk in Nederland, adopteerde het gebouw dit jaar en moderniseerde het. In november vond de eerste dienst er weer plaats. Er werden zo’n honderdvijftig kerkleden ‘uitgezonden’ naar Zuilen om de Bethelkerk nieuw leven in te blazen en als christen aanwezig te zijn in de wijk. De gemeente noemt zich: Nieuwe Kerk Zuilen.

De doorstart-aanpak lijkt te werken; de kerk is op deze zondag in elk geval al goed gevuld met zo’n tweehonderd bezoekers. Ouderling van dienst is Gert-Jan van Schaik (56). Hij verhuisde mee naar Zuilen en is voorzitter van het startteam van de nieuw-geplante kerk. Hij vertelt dat de Nieuwe Kerk in het hart van Utrecht eind vorige eeuw kampte met precies hetzelfde probleem als destijds de Bethelkerk: teruggang en leegloop.

Er waren nog veertig kerkgangers over toen oud-zendingspredikant Wim Bouw er eind jaren tachtig dominee werd. Hij legde zich niet neer bij de situatie en bad voor ‘volle balkons’: dat de galerijen van de Nieuwe Kerk weer vol zouden zitten met gemeenteleden, vertelt Gert-Jan. En Bouw bleef bidden. “Het gebed werd verhoord: er kwamen studenten aanwaaien, die de kerk nieuwe energie gaven. Zij zijn voor een groot deel gebleven. De Nieuwe Kerk ging groeien en op een gegeven moment zaten de balkons echt vol.”

Gert-Jan werd zelf ook onderdeel van dat verhaal. “Ik ben ruim twee jaar geleden komen aanlopen via een Alphacursus en een half jaar geleden ben ik gedoopt”, vertelt hij.

Opnieuw te klein

Door alle aanwas had de kerkleiding een groeistrategie nodig. “Dubbele diensten draaien? Een grotere locatie vinden?” vat Gert-Jan een aantal opties uit die tijd samen. “Het werd duidelijk dat we geen megakerk wilden worden, maar juist vanuit onze missionaire roeping op meerdere plekken in de stad aanwezig wilden zijn.”

Het planten van nieuwe wijkgemeenten en zo leegstaande of kwakkelende kerken een doorstart geven, is geen gebruikelijke missionaire aanpak in Nederland, zeker niet voor PKN-kerken. Startteamvoorzitter Gert-Jan vertelt dat het idee overwaaide uit Engeland, waar de Nieuwe Kerk inspiratie ging zoeken.

In 2020 leidde de strategie tot de eerste uitbreiding vanuit de Nieuwe Kerk. Zo’n zestig gemeenteleden gingen diensten organiseren in de Wilhelminakerk. De energieboost werkte: de toestroom van jonge, actieve gelovigen leidde tot nieuwe groei. Zodanig zelfs, dat er afgelopen jaar opnieuw uitbreiding nodig was om te voorkomen dat de inmiddels twee gebouwen van de ‘Nieuwe Kerk’  te klein zouden blijken. Zo kwam de Bethelkerk in Zuilen in het vizier.

Hopeloos verouderd

Gemeentelid Jan de Jong (38) coördineerde de afgelopen maanden de verbouwing. Hij vertelt hoe hij het gebouw uitgewoond en hopeloos verouderd aantrof, maar het in een paar maanden tijd met zijn team wist aan te passen aan de eisen van de 21e eeuw. Naast veilige elektriciteit en een podium waarop de band kan spelen, noemt hij vooral: “Dat we hier met elkaar een gemeenschap kunnen zijn.” Het gaat niet alleen om de kerkdienst, zegt hij, maar ook de kinderen moeten een veilige, leuke plek hebben. “En we moeten koffie kunnen drinken met elkaar.”

Zonder gemeenteleden is een kerk niet meer dan een hoop stenen, benadrukt Jan. “Je moet er ook voor elkáár kunnen zijn. Daar moet de ruimte toe uitnodigen.”

Wat trouwens ook belangrijk was bij de verbouwing van de Bethelkerk: een orgel. Jan vertelt dat het originele orgel uit het gebouw was verdwenen en dat het bouwteam een tweedehands orgel op de kop wist te tikken.

Dit zal sommigen verbazen. Is een orgel echt nodig voor een hippe stadsgemeente met vooral jonge gezinnen? Ja, dit maakt deel uit van de identiteit van alle Nieuwe Kerk-locaties, legt Jan uit. Elke dienst begint en eindigt namelijk in principe klassiek, met een psalm of lied begeleid door het orgel; trouw aan de hervormde wortels van de kerk. Tijdens de dienst verzorgt een muziekgroep moderne worshipmuziek. “Een combinatie dus van oud en nieuw, van klassiek en modern”, legt Jan uit. “Ook daaruit blijkt dat hier ruimte is voor iedereen.”

‘Bijna alles is nieuw in dit huis’

Ook op deze zondag blijkt deze mix te werken. De dienst begint met een gezang onder begeleiding van het orgel, dat nog wat aarzelend wordt meegezongen. Daarna neemt een muziekgroep de begeleiding over. De liturgie bestaat uit een combi van gezangen, een enkele psalm en moderne aanbieddingsliederen in het Nederlands en het Engels. De nummers van Casting Crowns en Hillsong lijken het meest aan te slaan bij de kerkgangers.

Terwijl de kinderen naar hun eigen dienst gaan, preekt dominee Hanneke Ouwerkerk over Lucas 1, waar de engel aan Maria bekendmaakt dat zij de moeder van Jezus zal worden. Het is voor het eerst in jaren dat in dit gebouw het kerstevangelie weer klinkt, realiseert Ouwerkerk zich. “Bijna alles is nieuw in dit huis”, zegt ze, terwijl ze om zich heen kijkt. “Behalve dit huis zelf, en de Heer.”

Het is zo druk, ik moet echt weer mijn best gaan doen om iedereen te leren kennen

Voordat ze de preek begint, legt ze haar publiek uit dat het in dit Bijbelgedeelte veel over ‘Israël’ gaat, maar dat daarmee het volk wordt bedoeld en niet per se het huidige land. Ook andere kerkelijke termen legt ze tijdens de dienst kort uit, zodat ook minder ervaren kerkgangers begrijpen wat er gebeurt.

In haar preek houdt ze de luisteraars voor dat Maria in dit Bijbelgedeelte de mensen vertegenwoordigt die alles van God verwachten. “Zoals Maria wordt uitgenodigd om het Woord te ontvangen, worden wij uitgenodigd om Christus te ontvangen.”

Supermarkt en koffie

Een van de kerkgangers is Esther Wiltink-Kasbergen (33). Zij woont letterlijk om de hoek hier in Zuilen. Zij en haar man settelden acht jaar geleden in de Nieuwe Kerk, waar ze trouwden en hun inmiddels twee kinderen lieten dopen. Intussen vormde het gezin Wiltink met andere jonge kerkleden uit Zuilen een kring. “We ontmoeten elkaar elke twee weken voor geloofsverdieping, maar we komen elkaar ook tegen bij de supermarkt. En ik drink regelmatig koffie met een aantal andere ouders, of we spreken af in een speeltuin. We zijn niet alleen kerk op zondag, maar ook doordeweeks.”

Haar kring besloot zich in z’n geheel aan te sluiten bij de Nieuwe Kerk Zuilen, vertelt Esther. “Zo’n verhuizing doet ook een beetje pijn: je geeft vertrouwdheid op en er blijven ook veel leuke mensen achter. Tegelijkertijd geeft het nieuwe energie. Het is nu al zo druk in de Bethelkerk, dat ik echt weer mijn best moet gaan doen om iedereen te leren kennen.”

Dit wordt de kerkgangers overigens wel makkelijk gemaakt. Via een QR-code achter op de kerkstoelen kunnen ze direct de kerk-app downloaden of zich aanmelden voor een huiskring of een Alphacursus.

De dienst eindigt even klassiek als deze begon. “De Heer zegene je en behoede je.” Daarna is er opnieuw koffie en thee en het grootste deel van de kerkgangers blijft hiervoor rondhangen. De sfeer blijft tot het einde informeel en ongedwongen.

Wat is het geheim?

Kerken elders in het land zullen zich afvragen wat het geheim is van de Utrechtse Nieuwe Kerk-beweging. Want gemiddeld neemt de kerkgang al jaren af, en veel kerken kampen met vergrijzing. Er klinken verschillende antwoorden op deze vraag. Wat in elk geval duidelijk wordt, is dat de Nieuwe Kerk haar leden meer vrijheid biedt dan de meeste kerken. Zo vertelt Esther dat naast de kinderdoop ook kinderen opdragen een optie is. Zo voelen ook ouders die achter de geloofsdoop staan, zich er thuis.

Dat bovendien de preken toegankelijk en praktisch zijn en er een open en hartelijke sfeer heerst, maakt het makkelijk om aan te haken, ervaart ze.

Gert-Jan van Schaik gebruikt ook het woord vrijheid en benoemt daarbij hoe de kerk met de kwestie Gaza-Israël en homoseksuele relaties omgaat. “We gaan het moeilijke gesprek daarover niet uit de weg, maar vinden ook ruimte om verschillen te laten bestaan.”

In het geval van dat laatste: in de Nieuwe Kerk-gemeenschappen is sinds 2020 alle ruimte voor homoseksuele gemeenteleden die in een relatie van liefde en trouw met elkaar samenleven. Zij kunnen over die relatie bovendien een zegen krijgen in de kerk. Maar ambtsdragers die daar niet aan willen meewerken, hoeven dat niet. “We laten elkaar daarin liefdevol vrij.”

Het draait ook om de wijk óm de kerk

Missionair DNA

Wat ook lijkt bij te dragen aan het ‘succes’ van de Nieuwe Kerk-formule, is het missionaire DNA. Dit blijkt – in tegenstelling tot in veel andere kerken – meer te zijn dan een beleidsstuk van de kerkenraad. Alle geïnterviewden uit dit verhaal noemen dit namelijk spontaan. Het omvat kernwaarden als ‘tot eer van God & Jezus centraal’, ‘in liefde ruimte voor verschil’ en ‘iedereen telt (en doet) mee’.

Esther Wiltink-Kasbergen benoemt ook een ander ingrediënt van het ‘geheim’, namelijk dat een groeiende jonge gemeente, met veel studenten en jonge gezinnen, automatisch aantrekkingskracht heeft op andere gelovigen die daarop lijken. Dit is ook wel te zien: het merendeel van de kerkgangers is jong, hoogopgeleid en wit. “Laten we dus oppassen dat we niet te hoog van de toren blazen. De realiteit is dat kerkgroei vaak óók ten koste gaat van omliggende kerken in de wijk. Dat is niet waar we naar streven”, benadrukt Esther. “Het draait niet alleen om de ‘community’, de gemeenschap ín de kerk, maar ook om de wijk óm de kerk. Ik hoop dus dat de komende jaren vooral ook steeds meer buurtbewoners de weg naar deze kerk weten te vinden, en zich hier thuis voelen.”

Meest gelezen

Lees ook