Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Als de 20 weken echo niet goed is: ‘Uw kindje heeft een waterhoofd’

Ieder mens is waardevol!

Na drie miskramen is zwanger zijn voor Mirjam al geen zorgeloos verwachten. Maar na de 20 weken echo hoopt ze wel op een meer ontspannen tweede deel van haar zwangerschap. “Ik hoopte dat we het zwaarste hadden gehad.”

Deel:

Mirjam: “Op een maandag, middenin de zomer, gaan we voor de 20 weken echo naar het ziekenhuis. Ik ben al moeder van twee zoons. De echo heb ik nooit beschouwd als een pretecho, er kunnen dingen aan het licht komen. Daarbij komt dat we voor deze zwangerschap binnen een jaar drie keer een miskraam hebben gehad. In die tijd is mijn man ook ziek thuis komen te zitten. Het is allemaal heel intensief geweest. Dus ik hoop wel dat er goed nieuws zal komen en dat we nu het zwaarste deel hebben gehad.

‘Er zit te veel vocht in het hoofd’, zegt de vrouw die de 20 weken echo uitvoert

De echoscopiste voert alle controles uit. Het kindje ligt wat lastig, maar alle controles klinken oké. Tot dat moment. ‘Nu hebben we een probleem. Er zit veel te veel vocht in het hoofd. Ik ga de gynaecoloog halen’, is alles wat ze zegt. Ik vraag nog: ‘Waar moet ik aan denken?’ Haar antwoord: ‘Denk maar even niets.’ Er blijkt geen arts beschikbaar. We kunnen niet veel anders doen dan een afspraak maken voor de volgende dag en naar huis gaan.

De volgende dag wordt de hele procedure herhaald door een arts. De hoeveelheid water in het hoofdje van ons kindje is problematisch. Hij heeft een waterhoofd. Maar er moet nog meer bekeken worden. We worden doorgestuurd naar het Wilhelmina Kinderziekenhuis. Als de gespecialiseerde artsen daar ook zorgelijk en ernstig zijn, komt het bij mij echt binnen. Het is echt zo.”

Zwangerschap afbreken om waterhoofd

“Op dat moment ben ik 20,5 week zwanger. De artsen noemen dat er gelegenheid is om de zwangerschap af te breken. Ze maken ook haast vanwege de wettelijke termijn. Allerlei soorten onderzoek worden ingezet: een MRI, genetisch onderzoek, vruchtwaterpuncties. De eerste twee weken zitten we bijna dagelijks in het ziekenhuis. Naast de onderzoeken zijn er gesprekken met een klinisch geneticus en een maatschappelijk werker, maar eigenlijk kan niemand ons precies vertellen wat we kunnen verwachten.

Maarten, mijn man, heeft vrij snel het uitgangspunt, dat zo’n besluit over leven en dood niet bij ons ligt. Zelf vind ik het heel moeilijk, deze vraag. Het is voor mij niet 1,2,3, duidelijk dat we door zetten. Wat voor invloed zou dit gaan hebben in ons gezin?”

Ruimte

“We praten veel samen, dat is heel goed. Soms hebben we een ander tempo. In die tijd spreken we ook met onze predikant. Wat ik heel bijzonder vind, is dat er in dat gesprek echt ruimte is om onzekerheid en twijfel uit te spreken. Is dit zoals het bedoeld is, kunnen jullie dit aan? Er is ruimte, geen dogmatische antwoorden, maar samen zoeken.

Vervolgens geeft hij wel richting in ons denken. God is de auteur van het leven, moeten we die rol niet bij Hem laten? Kunnen we ook vragen, als dit leven niet kan bestaan, wilt u dan ingrijpen?

Zo ontstaat er ruimte om Aron te ontvangen als een geliefd kind, ongeacht zijn mogelijkheden. Het is zo menselijk om de waarde van het leven te meten in wat hij kan, doet en presteert. Maar of je 1 dag leeft of 100 jaar, of je directeur wordt van een groot concern, zo kijkt God helemaal niet naar ons. Het was zo mooi om dat te mogen leren.”

‘Mijn buik voelt meer als een probleem dan als een kindje’

Dan volgt een lange tijd van wachten voor Mirjam en haar gezin. “De overgang is groot, van eerst elke dag in het ziekenhuis naar de 40 weken als volgende mijlpaal. Je kunt niet 4 maanden bezig zijn met allerlei scenario’s, maar het is ook te heftig om echt te parkeren. De blijde verwachting is er ook helemaal af. Mensen op straat die je aanspraken, denken dat je blij bent. Dat geeft een soort eenzaamheid. Mijn zwangerschap is zo medisch geworden. Daardoor voelt mijn buik meer als een probleem dan als een kindje.
In mijn geloof is het zoeken. We bidden om genezing of duidelijkheid, maar het blijft in die tijd donkergrijs. Gelukkig weet ik vanuit de Psalmen dat ik God vragen mag stellen, het uit mag schreeuwen. Wat moet ik hiermee?

Zingen is ook een manier waarop ik dingen makkelijker kan zeggen. Zoals in Psalm 16 van Psalmen voor Nu: U houdt mijn hele leven in uw handen en ik kom goed terecht, want dat hebt u gezegd.”

‘Aron is een zonnestraaltje. Als hij niet kan lopen, dan maar niet’

Op 10 december 2018 wordt Aron geboren, na 37 weken zwangerschap. “Negen weken ligt hij in het ziekenhuis, toch is het een lichtere periode dan de zwangerschap. Hij is vrij stabiel, kan zelf drinken, maakt contact, hoopvolle tekenen. Na zeven weken wordt operatief een shunt geplaatst, die ervoor zorgt dat er precies genoeg vocht in zijn hoofdje zit.

En dan mag hij na negen weken naar huis. Geen twee werelden meer, in het ziekenhuis en thuis, maar een mooi gezin.
Elke dag verwonderen we ons over hem. Hij laat een goede ontwikkeling zien. God heeft een wonder gedaan. Het is zo anders dan waar de artsen ons voor waarschuwden, al blijft er nog wel onzekerheid over de toekomst.
Aron is echt een zonnestraaltje, een prachtig mooi kind dat bij ons hoort. Over een jaar zullen we iets meer beeld hebben. Maar als hij niet kan lopen, dan maar niet. Hij is wie hij is en mag zijn wie hij is. Dat is de weg waar we naartoe zijn gegroeid. Het heeft ons geleerd om hem te ontvangen als een waardevol persoon.”

Lees ook dit interview met Marije: "Waarom wil de echoscopiste wéér een inwendige echo doen? Ze zoekt, kijkt en tuurt. Dan zegt ze: ‘Het is niet goed, ik ben bang dat de schedel niet gesloten is.’ Direct weet ik wat er is, anencefalie. Ik draag een levend kindje, zonder levenskansen."

Geschreven door

Inge-Mirjam Bosveld

--:--