Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Antoine Bodar doet boekje open over zijn depressies

'Het is mogelijk een gelukkig leven te leiden'

Velen kennen hem als de intellectuele rooms-katholieke priester, die regelmatig op tv is en een groot deel van het jaar in Rome woont. Maar wat de meeste mensen niet weten, is dat Antoine Bodar jarenlang heeft geworsteld met depressies – en nog steeds is hij er alert op. Hij ging erover in gesprek met journalist Nels Fahner, die het boekje Droef Gemoed schreef. “Ik hoop anderen ermee te helpen.”

Deel:

Aanvankelijk reageerde de priester terughoudend, toen de uitgever hem vroeg om juist over dit onderwerp een boek te maken. “De reden dat ik toch heb meegewerkt, is dat ik nu op een leeftijd ben waarop ik kan terugkijken op mijn depressies”, legt hij uit. “Ik hoop nu vooral mensen ermee te kunnen helpen. Het kan troostend zijn je te identificeren met iemand die hetzelfde heeft meegemaakt en ermee moest leren omgaan. Want ondanks depressies is het mogelijk een gelukkig leven te leiden. Dat heeft te maken met de zin van je leven. De maatschappij vind ik soms leeg, oppervlakkig. Dan kan ik me alleen maar zalig prijzen dat ik gelovig ben, les kon geven en priester ben geworden. Dat geeft zin aan mijn leven en maakt me gelukkig.”

De depressie zorgde voor een immens gevoel van verlatenheid

Depressie

Wanneer had u in uw leven te maken met depressie?
“Voor zover ik me herinner is het iets wat ik van jongs af aan ken. Het was altijd op de achtergrond aanwezig. Toen ik 8 of 9 was, vroeg ik mijn moeder al waarom we eigenlijk leven. Als de druk van buitenaf om het goed te doen dan te groot wordt, gaat het mis. Dat gebeurde voor het eerst op mijn 20e. Ik was van school gestuurd omdat ik niet slim genoeg was. Ik wilde toen al priester worden, maar begroef die roeping. Het zorgde voor een immens gevoel van verlatenheid, het leven was zinloos voor mij. De tweede keer was eind jaren 90, en duurde in totaal zo’n vier jaar. Door een procedurefout moest ik weg bij de kerk in Amsterdam waar ik priester was, en ik verloor mijn onderwijsopdracht aan de Leidse universiteit. Daar hoorde ik bij de bedrijfsarts dat het niet goed met mij ging en ik even moest stoppen. Toen ben ik naar Rome vertrokken.”

Hoe kwam u uit de depressies?
“Ik herinner me dat bij de tweede crisis ik op pinkstermorgen de mis ging opdragen bij het Vaticaan. De zon scheen, en toen ik erheen liep, dacht ik: het lijkt alsof mijn depressie van me af aan het vallen is. Dat was het beginpunt, en in de maanden erna werd het beter. Mijn geloof speelde hier ook een rol bij: het samenleven met God gaf me troost. De eerste keer had ik dit helemaal niet, mijn geloof was toen grotendeels verdwenen.”

Juist in de donkere wintermaanden vind ik het fijn om in Rome te zijn

U zei eerder in dit gesprek dat depressie altijd een onderdeel van uw leven zal zijn. Hoe gaat u daarmee om?
“Ik let op dat ik niet te veel spanning opzoek. Ik slaap genoeg, en zorg dat ik op tijd mijn preken en lezingen voorbereid. Bovendien woon ik niet voor niets in Rome. Juist in de donkere wintermaanden vind ik het fijn om daar te wonen omdat de zon er meer schijnt. Mijn ervaring is dat het beter te voorkomen is omdat ik het vaker heb meegemaakt. Maar het zal altijd iets blijven om alert op te zijn.”

N.a.v. Droef gemoed, Antoine Bodar en Nels Fahner, Meinema, 148 blz, 9,99

Beeld: ANP

--:--