Onze fijne ‘bubbel’ is een isoleercel. En we creperen erin weg…
19 oktober 2018 · 07:45
Update: 15 november 2024 · 12:52
Een ordinair reclameblok liet Elsa inzien hoe ernstig het is gesteld met al onze persoonlijke ‘bubbels’. Je zou toch eens je hele leven moeten doorbrengen met jezelf en datgene wat op jezelf lijkt…
Het gebeurt niet vaak meer dat ik live televisie kijk. We hebben niet eens een tv-aansluiting in huis, we streamen vrijwel alles on demand. Maar toen ik er laatst tóch weer eens ouderwets voor ging zitten, was het uitgerekend het reclameblok dat me een openbaring bezorgde.
Er werd geadverteerd met voor mij totaal irrelevante producten. Een scheerapparaat voor de man, gloednieuwe auto’s, vliegvakanties naar zonovergoten stranden. Facebook weet al láng dat ik daar geen enkele interesse in heb. Dat domme reclameblok wist het niet. En ik keek ernaar, me bewust van het feit dat miljoenen met mij naar datzelfde beeld keken. En ik had letterlijk een fysieke ervaring; ik voelde ruimte om te ademen. Ik bevond me in de open ruimte buiten de filterbubbel.
Ik wil het eens hebben over dat woord. Het heeft mijns inziens namelijk een te onschuldige bijklank, lieflijk bijna. Bubbel. Bubbelbad, bubblegum, bellenblaas. Comfortabel, veilig, knus. En optioneel. Als je wilt, prik je er zo doorheen. Plop, daar gaat de zeepbel.
Maar zo simpel is het al lang niet meer. Dat merkte ik aan mijn fysieke reactie op het reclameblok. Het is niet meer optioneel. Het is geen bubbel, het is een isoleercel. En we creperen erin weg.
Je spiegelbeeld als straf
Zoals ons steeds meer wordt voorgeschoteld wie we zelf zijn, verworden we langzaam tot de mythische figuur Narcissus. Hij moest als straf voor zijn ijdelheid gedwongen voorovergebogen zijn eigen spiegelbeeld in het water bekijken. Wat een diepe wijsheid schuilt in dat verhaal, door het als een straf te zien. Want dat is het. Je zou toch je hele leven moeten doorbrengen met jezelf en datgene wat op jezelf lijkt. Men is het niet helemaal eens over het exacte levenseinde van Narcissus. In de ene versie pleegt hij zelfmoord, in de andere vervaagt hij langzaam. In beide versies blijft slechts de bekende bloem van hem over.
Hoe dan ook is het einde tragisch. En ik begin sterke gevoelens van tragiek te ontwikkelen bij het feit dat wij slechts voorgeschoteld krijgen wat ons zelf bekend is. Dat gebeurt in toenemende mate en zeer brutaal online. Maar net zo goed in het analoge leven. Die ene woonwijk waar zoveel mensen zoals jij wonen, die zich zo’n huis kunnen veroorloven. Of de basisschool van je kinderen waar iedereen zich zo goed kan vinden in de gedeelde identiteit of onderwijsidealen. Of in je kerk, die er een groot talent voor heeft een parallelle samenleving te vormen naast de samenleving van bijvoorbeeld de buurt waar je woont. En zelfs áls je geconfronteerd wordt met dat wat anders is dan jij (waar we wellicht niet omheen kunnen) heb je nog genoeg mogelijkheden het buiten te sluiten. Door het te demoniseren, om maar een actueel mechanisme te noemen.
Ongelukkig in de bubbel
We verliezen een belangrijk deel van ons mens-zijn als we verblijven in gezelschap van wie of wat ons eigen zijn weerspiegelt of laat weerklinken. We zullen eindigen als Narcissus, diep ongelukkig in die isoleercel, zo lieflijk ‘bubbel’ genoemd. Het verstikt, zoals monocultuur in de bodem de potentiële plant verstikt. Maar als je ervoor open staat hier gevoelig voor te worden, ga je er antennes voor ontwikkelen. Dan ga je letterlijk merken aan je adem in welke ruimte je je bevindt.
Er zijn mijns inziens een aantal zeer bewuste en ingrijpende keuzes voor nodig om niet opgesloten te raken in een obsessie voor jezelf. Ik gaf net al een voorzetje, maar ik zal ze iets brutaler uitspellen:
– Beperk je leven online.
– Laat je telefoon wat vaker thuis, of neem een dumbphone.
– Kies bewust voor de meest diverse wijk in je dorp of stad. Daar zijn de huizen vaak ook wat beter te betalen (of zijn de wachtlijsten voor de huur minder lang), wat ook financieel meer ruimte en vrijheid geeft dan een eveneens zo vaak verstikkende hypotheek.
– Als je schoolgaande kinderen hebt, kies voor de buurtschool.
– Ga eens een tijdje niet naar de kerk en kijk wat er ontstaat in de ruimte die dat geeft.
Ik noem niet zomaar wat, maar een aantal dingen die mij persoonlijk helpen om in de open ruimte te blijven. Ongetwijfeld wek ik bij een of meerdere suggesties omgemak bij je. Of irritatie. Dat zou zomaar mijn cadeau aan jou kunnen zijn, want ongemak kan alleen bestaan buiten de bubbel. En in die bubbel, daar wil je niet zijn.
Graag lees ik jouw reactie op mijn woorden. Wat geeft jou ruimte om te ademen? Hoe zoek jij gezelschap van wat anders is, om uit de beklemming van ‘de bubbel’ te blijven?