Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Cynthia Cudogham van 'Een huis vol' over moederschap, gemis en levenslessen

'Een planning maken en die ook weer kunnen loslaten is voor ons een gouden regel'

In het KRO-NCRV programma 'Een huis vol' schuift het gezin Cudogham gezellig aan tafel. Er wordt gelachen en gesmuld door de zeven kinderen van Cynthia en haar man Iven. Het ziet er knus en fijn uit. Ziet hun leven er net zo uit als de camera’s uitstaan? En hoe komt Cynthia zelf toe aan rust?

Deel:

Cynthia en Iven Cudogham hebben samen zeven kinderen in de leeftijd van 4 tot 19 jaar oud. In Een huis vol bieden zij een inkijkje in het leven van een groot gezin in de drukke hoofdstad. Eva praat met Cynthia over moederschap, rust vinden en omgaan met gemis en verdriet.

Hoe gaat het met jou vandaag?

‘’Naar omstandigheden gaat het goed. Mijn vader is vorige maand overleden en dat zorgt voor een andere dynamiek in het gezin. Hij was ziek, maar zijn overlijden kwam toch nog plotseling. Gelukkig hebben we goed afscheid kunnen nemen. Ik heb veel voor hem gezorgd, en ook de kinderen waren betrokken bij hem. We waren er met z’n allen voor hem, en nu zijn we er voor elkaar. Dat heeft ervoor gezorgd dat het loslaten iets makkelijker ging. Toch blijven we achter met een leegte tijdens deze donkere dagen in december. Een gekke tijd, zo met de feestdagen voor de deur.’’

Jullie doen mee aan Een huis vol, hoe vond je het om jullie als gezin terug te zien op tv?

‘’Spannend, het programma kwam op ons pad en we zijn het avontuur aangegaan. Van tevoren hebben we gesprekken gevoerd met de kinderen. Iedereen mocht stemmen of hij/zij mee wilde doen. Wijzelf doen mee voor de kinderen. Over twintig jaar hebben we nog altijd deze beelden die we kunnen terugkijken. ‘Kijk zo was ons leventje toen.’ Een soort document dat we altijd kunnen bewaren en koesteren.’’

‘Ons leven in 'Een huis vol' is precies zoals ons leven in het echt is’

‘’Mensen denken dat er vierentwintig uur iemand meeloopt, en dat er overal camera’s in huis hangen, maar dat is niet het geval. De opnames verliepen organisch. Toen we de afleveringen terugkeken werd ik nergens door verrast. Het was precies zoals ons leven is. In de nieuwste afleveringen is ook mijn vader te zien en dat hij ziek was. Dat was confronterend om terug te zien. Toen zat ik zo in mijn emotie dat ik bepaalde blikken van anderen of momenten heb gemist.’’

Wat hoop je te laten zien door jullie deelname aan het programma?

‘’Mensen hebben vaak het beeld dat het leven in de grote stad altijd heel druk is. Dat je de stad uit moet om kinderen op te laten groeien. Maar ons leven met kids in de stad kan wel degelijk. We vinden het mooi dat we in een stad leven vol mensen met allerlei verschillende levensovertuigingen, gedachten en culturen. Ik geniet daar zo van dat we die diversiteit mee kunnen geven aan de kinderen. Ook is er in Amsterdam veel kunst en cultuur te bewonderen. We kunnen naar het museum wanneer we maar willen. Ik vind het jammer om te lezen dat de stad niet geschikt zou zijn voor kinderen. Onze kinderen vinden het hier heerlijk. Alles is op fietsafstand. En we zijn omringd door water en parken. Mooi om ook die voordelen te laten zien.’’

Wat is volgens jou de grootste uitdaging als moeder?

‘’Als moeder zit de uitdaging in het zorgen voor mezelf. Dat je jezelf niet aan de kant schuift, maar ook zorgt voor jezelf, je partner en vriendschappen, en daarin groeit. De afweging maken tussen: ga je een uurtje zitten, of de drie manden vol met was wegwerken?

De uitdaging van een groot gezin zit ‘m in logistiek. We plannen veel. De kinderen moeten naar ballet, hockey of ze hebben een schooluitje naar Artis. Ik sta bijna altijd aan. Maar om daarin toch mijn eigen ruimte te creëren heb ik een weg gevonden. Door grenzen aan te geven. Dat lukt niet altijd, maar ik blok wel momenten voor mezelf.’’

Wanneer is het moederschap geslaagd?

‘’De oudste is negentien jaar en houdt een tussenjaar. Hoe hij naar de wereld kijkt en zijn leven invult, vind ik een mooie combinatie van opvoeding en eigen ontwikkeling. Wat we hem geprobeerd hebben mee te geven is gelukt. Dat geeft me voldoening. Als ik zie hoe onze oudere kinderen gesprekken voeren, met mensen omgaan en bepaalde normen en waarden hebben, dan denk ik dat ons ouderschap op dat gebied best goed gelukt is. Maar als het met de andere kinderen anders loopt, dan zullen we daar weer een andere manier in vinden. Er spelen allerlei factoren mee in hoe een kind zich ontwikkelt, de omgeving speelt ook een rol.’’

Hoe was je als moeder bij jullie eerst kind, en hoe ben jij nu als moeder?

‘’Bij het eerste kind ging alles langzamer. Voordat ik de deur uit was, was het misschien half twee ofzo. Nu kan ik dingen veel meer loslaten. In het begin moest het perfect. Ik was zo bezig met als het fout gaat, moet ik een back-up hebben. Inmiddels heb ik een andere instelling. Meer lucht, minder streng voor mezelf. Ervaring speelt daarin een rol. Bij ons eerste kind dacht ik: nu moet hij echt in zijn eigen bed gaan slapen. Maar de jongste vier kinderen komen regelmatig hun bed uit midden in de nacht, en dan slapen we allemaal samen in ons bed. Dat heb ik helemaal losgelaten.’’

Wat zijn de belangrijkste lessen die jij hebt geleerd als moeder?

‘’Door mee te deinen kun je het meest voor elkaar krijgen. Niet altijd denken: zo moet het. Geef ruimte aan het verhaal van het kind. Kijk naar je kind en wees flexibel. Zo krijg je een meer ontspannen sfeer. Er is niet één systeem dat werkt voor alle kinderen. Tenminste, dat is bij ons niet het geval.’’

In jullie appartement hebben jullie alles handig ingericht, maar heb jij ook een ruimte waar jij je kan terugtrekken?

‘’De woonkamer is van mij als iedereen naar bed is. Dan is het helemaal stil in huis. Overdag niet.’’ Lachend: ‘’Als ik dan even wil vluchten, ga ik naar het toilet. Maar de avonden zijn voor mij, en sinds de kinderen allemaal naar school gaan heb ik ’s ochtends tijd voor mezelf voordat ik ga werken. Dat vind ik wel stil. Ik vind het niet erg als er weer een kind verkouden thuis zit. Ik houd van die reuring om me heen. Maar ik zit zeker niet te wenen, ik geniet ook van koffie drinken met een vriendin of een fijne wandeling.’’

Welke vraag krijgen jullie het meest als groot gezin?

‘’Hoe doen jullie dat? En daar bedoelen mensen eigenlijk alles mee. Eten, koken, de kinderen leren beleefd te zijn, aandacht geven aan alle kinderen. Ik zeg meestal: wij doen ook maar wat. We zijn erin gegroeid. We zijn tegen dingen aangelopen en hebben daarvan geleerd.”

‘Ik zeg meestal: wij doen ook maar wat'

“De combinatie van een planning maken en die ook weer kunnen loslaten is voor ons een gouden regel. Hoe strakker de planning hoe groter de teleurstelling.’’

Jullie hebben een kindje verloren, hoe ga jij om met dat gemis?

‘’Het was een heftige miskraam waardoor ik lang fysiek uit de running ben geweest. De mentale impact werd toen naar achter geschoven, omdat ik eerst fysiek moest opkrabbelen. We hebben als gezin veel gepraat over de miskraam, maar het gemis blijft. Anders hadden we nu lekker een baby gehad om mee te knuffelen.”

Ik vind het belangrijk dat ze leren dat een miskraam geen falen van je eigen lichaam is

“De kinderen hebben we betrokken bij het verlies. Ze mogen weten dat het leven zo is. Ze namen dat goed op. Als verdriet geen taboe is, kunnen kinderen daarmee door. Het is heftiger als ze wel spanning voelen, maar daar geen handen en voeten aan kunnen geven, omdat ze niet weten wat het is. Voor de oudere meiden vind ik het belangrijk dat zij leren dat een miskraam geen falen van je eigen lichaam is. Een miskraam gebeurt helaas bij veel vrouwen.’’

Wat hebben jullie met het geloof?

‘’Ik ben niet gelovig opgevoed, maar voel me wel aangetrokken tot rituelen rondom het geloof. Mijn ouders zijn allebei katholiek opgevoed, maar hebben dat later losgelaten. Wel hebben zij mij de leidraad van het geloof geleerd. Daar haal ik kracht en hoop uit. Ik vind het mooi als mensen geloven, dat geeft rust. Dat heb ik ook met andere geloofsovertuigingen. De dagen voor kerst verdiep ik me samen met de kinderen in advent. De tijd waarin we naar het licht toeleven. Het christelijke verhaal wil ik mijn kinderen ook meegeven.’’

Geloof je in een hemel?

‘Ik denk wel dat er iets is en dat je elkaar allemaal terugziet. Dat je niet zomaar overlijdt. Dat er een hoger doel is, maar ik kan niet plaatsen wat dat dan is. Ik sluit niet uit dat er een schepper is. Toen mijn vader overleed voelde ik dat er meer is. Dat hij naar mijn moeder toeging. Die hoop voelde ik heel sterk. Dat kan ik ook voelen bij geboortes of in de natuur. Dan denk ik: dit is niet zomaar.”

Toen mijn vader overleed voelde ik dat er meer is

“Ik ben een open persoon en klamp me niet vast aan één geloof of overtuiging. Iedereen heeft recht om fouten te maken, en ik geloof niet dat je daar hard op bestraft wordt. Met de vinger naar een ander wijzen hoe iets moet, daar houd ik niet van. Voor mij gaat het om geloven vanuit liefde. Ook dit nemen we mee in de opvoeding van onze kinderen. Dat is de basis van hoe we met elkaar omgaan.’’

De familie Cudogham is te zien in het KRO-NCRV programma ‘Een huis vol’. Cynthia heeft een eigen Kinderkookstudio, knutselatelier en is eigenaar van Stip & tijger.

Foto: Stijn Ghijsen

Geschreven door

Judit van Dijk-Besters

--:--