Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Niet God dienen, maar mensen.

Deel:

Rikko geeft op de vroege ochtend inspiratie om de dag bewust te beginnen. Hij leest om 6 uur de teksten uit een oud kerkelijk leesrooster en zo rond 7 uur deelt hij de gedachte die dan op-popt. Elke werkdag te lezen en te beluisteren. 

Omgekeerde eredienst – PopUpGedachte woensdag 28 februari

Twee mannen komen op onze, uit bamboe en katoen opgetrokken, snelwegkerk afgebeend. Beide sigaretten in hun hand en met forse passen. Ze hebben er zin in, denken we. Narda Beunders, met wie ik dit heb gebouwd en ik. De meeste mensen kijken van een afstandje, nieuwsgierig maar voorzichtig. Je wilt niet opzichtig staren als het niet een publiek gegeven is, anderen komen eens dichterbij geslenterd om het eens rustig te bekijken. Zij niet. Als ze ons passeren, zeggen we: he, welkom. Wat leuk. Dit is de snelwegkerk. Bij het woord ‘kerk’ stokt de beweging van de voorste. Hij draait zich om en zegt: oh, is het van de kerk? ‘Nee, het is niet van de kerk, het is een van de parkeerplaats, maar het is een plek om even een moment voor jezelf te hebben. En te schrijven.’ Zoiets wilde ik zeggen maar hij zei al: ‘oh, ik dacht dat het een rokershok was ofzo, het is zo koud.’ En ze zetten er de pas in diametraal de andere kant op, naar het tankstation.

Wow, zegt Narda lachend, zag je dat? Precies bij het woordje ‘kerk’. Het was natuurlijk vooral omdat ze gewoon een warm plekje wilden om te roken, maar het is toch ook tekenend. Daar hangt nogal wat omheen. De documentairemaker van de film Snelwegkerk, die de aanleiding vormt voor ons bouwwerk, zei al dat ze samen met haar producente op parkeerplaatsen waar ze filmde ook weleens vrachtwagenchauffeurs en anderen aansprak maar er dan altijd bij moest zeggen dat ze geen missionairissen waren. Niet dat ze er zo uitzagen, camera bij zich en alles. Maar twee mensen die zomaar je aanspreken op een parkeerplaats en dan het woordje Kerk gebruiken ergens in de zin doet allerlei alarmbellen afgaan. Overigens niet anders dan als ik aangesproken wordt in een winkelstraat door iemand die ik niet ken en hij of zij gebruikt het woordje krant of telefoonabonnement.

Één ding willen we niet als Nederlanders en dat is bekeerd worden. Of dat iemand een poging doet. We willen dat eventueel vriendelijk aanhoren, maar we willen er niets mee te maken hebben. We willen niet tot dienst aan God gebracht worden. Dat we niet meer autonoom zouden zijn. Dat op de kniën voor iets anders, hogers, dat je het zelf niet meer mag uitmaken. Daar zit voor velen de angel. En logisch en terecht zouden er velen zeggen en misschien ik ook wel. Zeker gezien de tekst van vanochtend. Die draait namelijk dat hele dienen om. Die zegt niet tegen zogenaamde niet-gelovigen dat ze God moeten gaan dienen, die zegt tegen volgelingen van Jezus van Nazareth dat ze net als hem mensen moeten gaan dienen. God dient mensen. Blijkbaar. En dat heeft niet tot gevolg dat anderen op de kniën moeten, maar de gelovige zelf. En niet voor God, of tenminste niet alleen, maar voor de medemens. Totale omkering. Lees en luister even mee. Jezus van Nazareth, tegen het einde van zijn leven:

‘Hij, Jezus van Nazareth, sprak: Gij weet, dat de heersers der volkeren hen met ijzeren vuist regeren en dat de groten misbruik maken van hun macht over hen. Dit mag bij u, leerlingen van mij, niet het geval zijn; wie onder u groot wil worden, moet dienaar van u zijn, en wie onder u de eerste wil zijn, moet slaaf van u wezen, zo­als ook de Mensenzoon niet gekomen is om gediend te worden, maar om te dienen en zijn leven te geven als losprijs voor velen.’

Hoppatee, hele mond vol. Een lezer van het boek Lazarus Staat Op zei dat ze heel gelukkig en rustig werd van het geheel, dat alleen die bijbelquotes – als volstrekte leek – totaal boven de pet gingen. Alle begrip: oude taal, vreemde beelden, niet voor ons geschreven maar voor hen toen. Wij lezen maar mee, meer niet.

Toch even want die laatste zin is belangrijk en staat er echt: ‘De Mensenzoon’, daarmee verwijst hij naar zichzelf en naar zijn functie, die Messias-rol, die is niet gekomen om gediend te worden maar om te dienen. En dat klopt ook wel met zijn leven. Hij doet dan allerlei vrij wonderlijke genezingen, maar neemt vervolgens geen tweede huis, een labrador en een Porsche-oldtimer. Om vervolgens in een comfortabele praktijk nog meer mensen te kunnen genezen, als ze genoeg betalen. Hij verbergt zich. Steeds opnieuw. Hij wil niet gediend worden. Degenen die het doen, zegt hij meestal te zwijgen. Daar komt hij niet voor. Ik vind het fascinerend. Het kán een momentopname zijn en niet representatief zijn voor de rol van God in de wereld, of de taak van de kerk, of de opdracht van christen-achtige mensen. Maar het zou ook kunnen van wél. Niet geroepen om andere mensen tot dienst aan God te brengen, maar geroepen om mensen te dienen. Met het risico dat ze je kapotmaken, dat je er geen hoge status aan overhoudt, dat je niet mensen triomfantelijk – of juist heel blij nederig – je kerkje kunt binnentronen.

De kapel was een plek die ruimte bood. Inmiddels ingepakt. Maar wat je daar binnen deed was aan jou. Het was werkelijk niet meer dan een dienst. Dat hebben de katholieken toch beter begrepen dan de protestanten. Dienst aan de mens, in plaats van mensen brengen tot dienst aan God via het woord en de overtuiging. Mijn conclusie van vandaag: God dient al mensen, nu wij nog. Als dat de mensen die je dient tot andere gedachten brengt over wereld, prioriteiten, geloof, wat dan ook, dan is dat zo maar dat kan niet voorwaarde zijn. Gewoon dienen, dat doet tenslotte de messias zelf ook. Fijne omkering. Eredienst uit eerbied voor mensen, de ander. Omdat de eeuwige dat ook doet. Niet alleen aan de ander, maar ook aan jouzelf. Veel goeds!

Hier vind je drie tekstgedeeltes die Rikko vanochtend las.

Geschreven door

Rikko Voorberg

--:--