Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Tent opzetten

'Ervaar ik stress, dan verval ik in commandostijl'

In een grijs verleden schreef ik voor Visie over de zonden en andere hebbelijkheden van onze vijf jongens. Inmiddels is het tiende kleinkind onderweg en grijzen mijn slapen.

Deel:

Ik zou een nieuw schrijversleven kunnen beginnen over deze generatie Verbreetjes en de gebreken in hun opvoeding, ware het niet dat ik voorzichtig moet zijn. Enkele van mijn jongens blijken ook te kunnen schrijven. Ik moet er niet aan denken wat er gebeurt wanneer zij in een of ander blad over mij de pen oppakken.

Nee, ik zal ze een slag voor zijn. Ik rond dit stukje af vóór onze glampingtent op het Franse Ile de Ré. Glamping, kant-en-klaar, een voordeel van het nadeel dat Gea vijfenhalf jaar terug een ernstig ongeluk kreeg (wij zijn gelukkig hoor).

Onze eigen tent, een De Waard, vergrote zilvermeeuw, ligt ongebruikt op zolder. Tot dit jaar. Een van de jongens wilde hem gebruiken. “Kom maar halen.” Nee, het ding moest eerst, ter voorbereiding, met pa worden opgezet. Als-ie nu vroeger gewoon had opgelet… Anderzijds geef ik toe dat mijn stijl van tent opzetten vroeger – vooruit – beperkingen kende.

Ik sta ambivalent tegenover tent opzetten. De tenten van mijn ouders bestonden vooral uit plakband. Op het tijdens regen aanraken van de wanden stond de doodstraf. De afbraak van onze aardse tent was een reëel gegeven. Zoiets nestelt zich. Onze eerste De Waard was derdehands toen Gea en ik hem kochten. Een De Waard van die generatie woog meer dan 50 kilo en was 2.60 m hoog.

Ervaar ik stress (zelden), dan verval ik in commandostijl: “Doe dit, geef hier, schiet op!” Dat komt van de zondeval en mijn oude mens, ik sta daar geheel buiten. Toch maak ik mij hier publiek klein.

Zo, dat is eruit, daar kunnen penvaardige zonen mij niet meer mee zwartmaken. Ik heb bekend: schuldig, hun rest vergeving.

Eind april zetten mijn zoon en ik de tent op op het veldje voor ons huis. Ik besloot mijn oude mens de deur te wijzen en de tent als wedergeborene te laten verrijzen.

En dus ging het fout. Tijdens het plaatsen van de nokstokken hoorde ik een geluid dat mij al te bekend voorkwam. En inderdaad: de puntige nokstok wees ferm naar de strakblauwe hemel. Dwars door het tentdoek.

Een grote plakker ontsiert nu het ooit trotse doek.

Maar het bleef gezellig.

Knap hè? Hemels eigenlijk.

Adrian Verbree is predikant, schrijver en voormalig Visie-columnist. Deze zomer neemt hij het stokje van Tijs van den Brink over.

--:--