Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Waarom ik iedereen een hond in z’n leven gun

Je hebt echte hondenmensen, maar daar is Marieta er geen van. Toch kan ze na twee jaar kan niet anders concluderen dat haar leven, maar ook haar geloof verrijkt is sinds ze een hond heeft…

Deel:

Ik ben geen hondenmens. Maar de liefde zorgt ervoor dat je soms vreemde afslagen in het leven neemt. En zo komt het dat ik dit blog schrijf met een slapend hondje aan mijn voeten, dat inmiddels twee jaar bij ons woont. Ik ben er soms nog steeds verbaasd over. ‘Had je ooit gedacht dat we een hond zouden hebben, mam?’ ‘Nee, dat had ik niet. Maar het leven loopt altijd anders dan je denkt, neem dat maar van me aan.’

Een gedoetje

Voordat je verder leest wil ik dit ook nog even gezegd hebben: een hond hebben is echt een gedoetje. Warme walmende drollen rapen op je nuchtere maag, oppas regelen als je weg wilt, dierenartsbezoekjes die altijd duurder uitvallen dan je hoopt en verplichte wandelingen op momenten dat het écht niet uitkomt. Kortom: weet waar je aan begint.

Toch kijk ik ook met een grote glimlach en dankbaarheid naar het eigenwijze mormeltje en niet alleen als ze slaapt. Daardoor neem ik het gedoe eromheen voor lief, als is het soms mopperend. Sterker nog, ik moet steeds vaker denken aan franciscaan Richard Rohr, die zijn laatste boek Het Christus Mysterie opdraagt aan zijn hond. Want: ‘Zonder enige verontschuldiging, lichtzinnige theologie of angst voor ketterij kan ik met goed recht zeggen dat ook Venus (zijn hond, red.) voor mij Christus was’, zo schrijft hij.

Verloren dochter

Het zijn misschien grote woorden over een hond, maar ik begrijp wel wat hij ermee bedoelt. Er is in mijn gezin namelijk geen ander die zo onvoorwaardelijk voor iedereen klaarstaat als de hond. Elke ochtend worden we één voor één vriendelijk begroet. Als de kinderen thuiskomen uit school stormt zij op ze af en laat ze hen even op adem komen door naast of op ze te gaan zitten op de bank.
Als een van ons verdrietig is laat ze zich geduldig aaien en gebruiken als zakdoek. En als ik een lange dag afwezig ben geweest, staat ze op de uitkijk om me vervolgens kwispelend en enthousiast het huis binnen te halen alsof ik de verloren dochter ben die eindelijk de weg naar huis heeft gevonden.

Ons huis is niet meer hetzelfde sinds ze er is. En de wandelingen zijn anders. Omdat onze hond erg van mensen houdt, probeert ze iedereen te begroeten. Dat lukt niet altijd, want niet iedereen maakt contact, maar ze heeft het feilloos door als er een glimpje aandacht voor haar is. Dan zijn er kleine handen die soms onbevreesd het hondengezicht omvatten. En oude handen die de rollator even loslaten om de harige vacht te aaien. Gezichten breken open en er verschijnt een glimlach. Er komen verhalen van vroeger, over honden die ze ooit bezaten, mooie herinneringen die ze koesteren. De hond krijgt voor elkaar wat mij met een vriendelijke begroeting niet lukt.

Tweede kans

Behalve dat ze laat zien wat er mogelijk is, houdt ze me ook een spiegel voor. Ze is namelijk wat minder dol op soortgenoten. Wantrouwend zelfs. Daar heeft ze zo haar redenen voor, want niet elke hond is vriendelijk en sommigen laten zelfs hun tanden zien, soms zonder aanleiding. Die houding is niet altijd handig, maar ik ben er inmiddels achter dat het beter wordt als ze de tijd krijgt én een tweede kans. Als ik haar eerste gedrag kort terechtwijs, wordt ze rustiger. Als ze dan opnieuw de hond kan benaderen, blijft het blafsalvo meestal achterwege. Het aanvankelijke wantrouwen blijkt bij nader inzien vaak nergens op gebaseerd.

Misschien is het je opgevallen dat ik de hond nog niet bij naam heb genoemd. Dat komt omdat-ie eigenlijk een beetje belachelijk is. De naam was er eerder dan de hond. Vanwege z’n grijze rasbaardje, had mijn man de naam Gandalf uitgekozen, vernoemd naar de tovenaar met de baard uit Lord of the Rings. En toen bleek het een teefje en was mijn man niet op andere gedachten te brengen. Gandalf werd het.

Dus loopt er nu een trots teefje met de naam ‘Gandalf’ op het tuigje. Voor haar is de manier waarop we haar aanspreken geen struikelblok: als we haar roepen, luistert ze trouw.

Je begrijpt nu misschien wel dat ik het met Rohr eens ben. En waarom ik iedereen een hond in zijn of haar leven gun.

Geschreven door

Marieta van Driel

--:--