Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Column: Ik kan geen afscheid nemen van mijn ouderlijk huis

'Bleef alles maar zoals het was'

Afscheid nemen zal waarschijnlijk nooit haar hobby worden. Toch moest Hanneke dit jaar iets dierbaars gedag zeggen: haar ouderlijk huis. Het maakt haar weemoedig.

Deel:

Vertwijfeld ging haar blik van de buggy naar mij en weer terug. Haar gezichtje, net nog met kuiltjes in de wangen van haar veroverende lach, vertrok nu van verdriet. Haar ogen liepen vol. ‘Mijn buggy!’ Manlief nam haar op de arm en knuffelde haar. Ze snikte het uit. Daar ging haar buggy. Háár buggy. Weg, tot nooit weer ziens. Ze had hem niet meer nodig. Mijn kleine grote meisje kon wel zonder. Haar babynichtje mocht er nu in gaan rijden. Dat wist ze ook wel. Maar oh, dat afscheid nemen.

Alweer zo’n moment dat ik wenste dat ik mijn genen wat selectiever had door kunnen geven.
Ze heeft het van mij.

Steeds weer afscheid, steeds weer iets achterlaten wat nooit meer terugkwam.

Op precies dezelfde manier ligt ook in mijn leven de weemoed als een overvaller in de struiken. Hij kan ieder moment toeslaan bij elk afscheid, groot of klein.

Zo nu en dan doet hij dat ook.

Toen ik stopte met borstvoeding, bijvoorbeeld. Het was zo vertrouwd geworden na al die tijd dat het gek was om niet meer op gezette tijden een warm lijfje tegen mij aan te klemmen. Het was een fase die ik heel bewust moest achterlaten.

Of toen ik afscheid nam van de middelbare school. Hele wandelingen maakte ik door de gangen van het schoolgebouw in het besef dat het nooit meer hetzelfde zou worden, dat deze wandelingen de laatste op die plek zouden zijn.

Weemoed nam mij ook flink te pakken toen ik verhuisde. Van ouderlijk huis naar studentenstad, naar eerste werkplek, naar tweede werkplek. Steeds weer afscheid, steeds weer iets achterlaten wat nooit meer terugkwam.

Tranen met tuiten huilde ik op de laatste avond in de studentenstad waar ik manlief had leren kennen, waar we getrouwd waren. Waar het leven mij zoveel geleerd had.

Inmiddels drie kinderen rijker verhuisden we zes jaar daarna van onze eerste naar onze tweede werkplek. Terwijl de verhuiswagen onze spullen overbracht en manlief de parkeervergunning nog even inleverde, sprong weemoed uit de struiken en ik huilde een zee van tranen daar op de parkeerplaats van het gemeentehuis. Om het huis dat we achterlieten, waar de kinderen ter wereld waren gekomen. Om de lieve vrienden die ons vijf minuten daarvoor uitzwaaiden en nog gauw van een middagpicknick voorzagen. Om al de mensen die hun verhaal met ons gedeeld hadden en die we nu zomaar achterlieten.

Die pijnlijk vermoeiende weemoed die je het verleden inzuigt in plaats van de toekomst induwt

Ik kan er soms zo naar verlangen dat gewoon alle dingen precies zo blijven als ze zijn. Niet echt natuurlijk, verandering is goed en nodig, maar gewoon om de weemoed voor te zijn. Die pijnlijk vermoeiende weemoed die je het verleden inzuigt in plaats van de toekomst induwt.

Laatst was het er weer. Dat gevoel van ‘bleef alles maar zoals het was’.
Mijn moeder verhuisde. Na het overlijden van mijn vader een aantal jaar geleden, wilde ze nu toch graag dichterbij haar kinderen wonen. Ik ben trots op haar en ik vind het ongelooflijk dapper om in je eentje in een nieuw huis te gaan wonen in een nieuwe plaats totaal ergens anders in Nederland. Rationeel gezien dus een topbesluit. Maar oh, dat afscheid nemen.

Het huis waar ik de eerste 18 jaar van mijn leven doorbracht werd verkocht. Het huis waar ik mij zo thuis voelde. Waar ik de plek van de borden en kopjes kende in de kast, waar de gangdeur altijd dichtklapte als de tocht hem te pakken kreeg, waar je het diepe gebrom van de voorbijvarende zeeschepen hoorde, waar de boom naast stond waarin ik als kind mijn boeken las. Het huis ook waar mijn vader ziek was, het huis waar hij stierf, het huis waaruit mijn broers de kist met zijn lichaam uit wegdroegen. Zoveel herinneringen die verbonden zijn aan dat huis.

Ik ben dankbaar dat ik een huis heb dat nooit op Funda komt

Het heeft geen zin een huis als monument aan te houden, dat begrijp ik ook wel. En herinneringen blijven, ook wel zonder dat ik mijn sleutel in die bekende deur kan steken en naar binnen kan stappen. Maar wat mis ik het. Nu al.
Nee, afscheid nemen is niks voor mij.
Ik ben daarom dankbaar voor het Huis waar ik altijd weer terug kan komen. Dat nooit op Funda komt. Waarvan ik de sleutel nooit hoef in te leveren. Waar ik altijd welkom ben.

Het huis van mijn Vader.
Waar afscheid nemen voorgoed verleden tijd is.
 

Lees ook dit artikel: 'Dit moet je kennen als je opgroeide in de jaren '70.

Geschreven door

Hanneke Veurink

--:--