Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Arjan Lock en zijn vader Ary in gesprek over het geloof

'U hebt altijd met ons meebewogen'

Hoe praat je met je kinderen over het geloof? En hoe doe je dat met je ouders? Generatieverschillen kunnen een sta-in-de-weg zijn, maar ook inspireren. Arjan Lock en zijn vader Ary gaan in gesprek over hun geloof.

Deel:

Arjan (50): “Aan tafel lazen we bij ons thuis na het eten altijd uit de Bijbel. We baden samen, voor het slapen zongen we ‘Ik ga slapen, ik ben moe’ en las mijn moeder voor uit de kinderbijbel. Elly en Rikkert draaiden we grijs: ‘Mijn hart is net een huis’. Ook mijn kinderen zijn ermee opgegroeid.”

Ary (76): “Dat laat wel zien dat we onze kinderen breder wilden opvoeden dan onze toenmalige eigen kring, de Gereformeerde Gemeenten. Mijn geloofsmotto is altijd geweest: God liefhebben boven alles en je naaste als jezelf; als dat laatste niet lukt, moet je aan dat eerste gaan twijfelen.”

Arjan: “Door de jaren heen bent u wél opener over het geloof geworden, en u hebt altijd met ons meebewogen.”

Ary: “Dat kwam ook door het overlijden van mama. Als je alleen overblijft, kun je de rollen niet meer verdelen. Mama was heel sociaal, zij hield de gesprekken op gang.”

Arjan: “Van u heb ik vooral het ontzag voor de grootheid van God meegekregen. Dat voelde ik altijd als u bad. Als zoon van een tuinder ziet u die grootheid bijvoorbeeld in de kleine dingen die onder uw voeten gebeuren.”

Afscheid nemen

Ary: “Bij Arjan is het geloof nooit weggeweest. Ik zie het nog voor me hoe hij rond 2003 bij mijn vrouw op bed zat toen zij ziek was, en over het geloof en de hemel sprak. Er waren wel spannende momenten, bijvoorbeeld toen Arjan op z’n zeventiende vertelde dat hij niet meer meewilde naar de Gereformeerde Gemeente. Ik weet nog precies waar dat gebeurde: in de slaapkamer.”

Arjan: “Dat vond ik best spannend. U zei altijd: je kunt beter bínnen de kerk je ruimte zoeken dan dat je afscheid neemt. Trouw is altijd belangrijk voor u geweest. We hebben daar dus stevig over gediscussieerd, maar het mooie van onze relatie is dat we onlosmakelijk aan elkaar verbonden blijven, wát er ook gebeurt. Een ander discussiepunt is mijn scheiding geweest.”

Dat je besloot niet samen verder te gaan, vond ik moeilijk

Ary: “Daar heb ik het moeilijk mee gehad. Eén keer zelfs zo dat ik je tegen onze gewoonte in geen zoen gaf bij binnenkomst. Daar kreeg ik dusdanig spijt van dat ik je opbelde en zei: ‘Dat heb ik niet goed gedaan, het spijt me.’”

Arjan: “Dat was een moeilijk en tegelijkertijd bijzonder moment. Ook omdat u zei dat wát er verder ook zou gebeuren, u altijd van me zou blijven houden.”

Ary: “Het had ook met het overlijden van mama te maken. Wij kozen er niet voor om afscheid te nemen, ze was pas zestig jaar. Dat je besloot niet samen verder te gaan, vond ik moeilijk.”

Inclusief

Arjan: “U hebt pas op latere leeftijd de ruimte gevoeld om aan het avondmaal te gaan, ondanks uw diepe geloof. Die spanning heb ik als kind gevoeld. Dat u daar later uw eigen weg in bent gegaan, vind ik mooi.”

Ary: “Ik weet dat moment nog precies, het was in een kerk in het buitenland. Ik verstond de taal niet, maar wist dat het goed was.”

Arjan: “Heeft het u geholpen dat uw kinderen u daarin zijn voorgegaan?”

Ary: “Zeker, want ik zocht naar ruimte om die stap te zetten. Alle zes de kinderen waren hun eigen weg in het geloof al gegaan.”

Arjan: “Die ruimte om in het geloof je eigen weg te gaan heb ik thuis altijd gevoeld. En ook dat Gods liefde genoeg is voor iedereen. Dat probeer ik in mijn werk als EO-directeur inhoud te geven en daar ben ik u dankbaar voor.”

Beeld: Nathalie van der Straten-Folkersma

Geschreven door

Wilfred Hermans

--:--