Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Bijbelstudie: De shockerende boodschap van Paulus

De één dient, de ander offert zichzelf op. Twee kanten van eenzelfde medaille.

Een Bijbelstudie over Efeziërs 5 vers 21–6 vers 9 voelt toch ongemakkelijk in deze tijd waarin achtergestelde groepen in de samenleving opkomen voor hun rechten: #Blacklivesmatter, vrouwen die hun plek bevechten in de politiek, het bedrijfsleven, de kerk. Paulus roept in deze tekst op om (elkaars) gezag te erkennen. Heeft deze tekst ons nog wel iets te zeggen?

Deel:

Als je er verschillende Bijbelvertalingen bij pakt, dan blijkt dat het hier echt gaat om onderwerping, onderdanig zijn, gezag. Daar kun je niet onderuit. Maar het begint allemaal met vers 21, waarin alles meteen in perspectief wordt geplaatst: aanvaard elkaars gezag uit eerbied voor Christus. Hieruit spreekt wederkerigheid, gelijkwaardigheid. Dit vers zet dan ook de toon voor de rest van het tekstgedeelte.

Vanaf vers 21 schetst Paulus een beeld van een christelijk huishouden als getuigenis van Christus in een samenleving die Hem niet kent. Daarom somt hij een aantal dingen op waaraan zo’n huishouden moet voldoen. En dat schept op het eerste gezicht niet zo’n prettig beeld voor vrouwen, kinderen en slaven.

Collectief geheugen

Daarom is het goed om te weten dat deze invulling voor het christelijke huishouden niet door Paulus zelf is bedacht, maar al bestond in het collectieve geheugen van de mensen in de eerste eeuw. In de Grieks-Romeinse samenleving waarin de Efeziërs leefden, had de man het voor het zeggen. Hij was de pater familias. Joodse, Griekse en Egyptische moralisten uit die tijd bedachten hier een drievoudige structuur voor. Hierin stonden de onderwerping van de vrouw aan de man, van het kind aan de vader en van de slaaf aan zijn meester centraal, zoals je die kunt teruglezen in Efeziërs 5 en 6.

Want in Christus is er geen aanzien des persoons

Paulus roept dus algemeen geaccepteerde gezagsverhoudingen op uit het collectieve geheugen van de Efeziërs. Hij spreekt hierover geen moreel oordeel uit, maar zet er wel een duidelijke kritische kanttekening bij: we leven in een tijd waarin het zwaartepunt van gezagsverhoudingen vaak bij de man ligt. Maar in een christelijke gemeenschap doen we dat anders, want in Christus is er geen aanzien des persoons. Alle mensen, mannen en vrouwen, slaven en heren, kinderen en volwassenen, moeten daarom elkaars gezag erkennen (vers 21).

Shockerend

Vervolgens roept hij vrouwen op het gezag van hun man te erkennen, maar daar staat naast dat mannen hun vrouw moeten liefhebben zoals Christus de kerk liefheeft. Tim Keller schrijft in zijn boek over het huwelijk dat deze boodschap van Paulus shockerend geweest moet zijn voor mensen in de eerste eeuw. Een geluid dat tegen de heersende cultuur inging. “Paulus laat zien dat het hoogste doel van het huwelijk iets anders is dan, zoals in antieke culturen, sociale status en stabiliteit. En ook anders dan, zoals in onze cultuur van tegenwoordig, romantische liefde en emotioneel geluk. Paulus wijst mannen op Jezus’ opofferende liefde.” Keller voegt daaraan toe: “Wanneer de Bijbel over liefde spreekt, is de eerste vraag niet hoeveel je wilt ontvangen, maar hoeveel je van jezelf wilt geven. Hoeveel wil je kwijtraken voor deze persoon?”

Wanneer de Bijbel over liefde spreekt, is de eerste vraag hoeveel je van jezelf wilt geven

In een huwelijk gaat dit om gevende liefde zoals van Christus. Liefde die juist tot uiting komt als het niet vanzelf gaat: liefde die trouw blijft bij afwijzing, die vergeeft bij misstappen, die zichzelf wegcijfert om de ander te laten opbloeien. Paulus kraakt ook een kritische noot ten opzichte van vaders: jullie kinderen moeten je gehoorzamen. Maar let op: verbitter je kinderen niet door eenzijdige macht op te leggen, maar leer ze wat goed en juist is. Door zelf een goed voorbeeld te zijn, op Christus te lijken en naar Hem te wijzen.

Revolutionair

Als laatste spreekt Paulus ook de verhouding tussen slaaf en meester aan, omdat die ook onderdeel was van het christelijke gezin. Slaven maakten kennelijk deel uit van de kerk van Efeze. Slaven en meesters zaten met elkaar, als gelijken, broeders en zusters, in de kerkbanken (als die toen al bestonden). Dat was op zichzelf al revolutionair. Maar als er binnen de kerkmuren gelijkheid is, hoe is dat dan buiten de kerkmuren, in het dagelijks leven?

Paulus is daarin praktisch. Slaven moeten hun meesters gehoorzamen zoals ze Christus gehoorzamen, ze moeten hun werk doen alsof ze het doen voor de Heer. Maar meesters: ‘Gedraag je dan ook naar het voorbeeld van Christus.’ Het gaat niet om het gehoorzamen, dat is hier een middel om onderlinge vrede en eenheid te bereiken.

Medaille

In dit tekstgedeelte worden weliswaar steeds mannen aangesproken, maar dat komt omdat zij in de Grieks-Romeinse samenleving ook bijna altijd de gezagsdragers waren. Eigenlijk gaat het om gezagsverhoudingen.

Degene die gezag heeft, moet zich gedragen naar het voorbeeld van Christus (die Zijn leven gaf om te redden). Degene die onder iemands gezag staat, moet die persoon dienen alsof zij Christus dient. De één dient, de ander offert zichzelf op. Twee kanten van eenzelfde medaille. Zo ontstaat vrede en wederkerigheid in relaties als een getuigenis van Christus.

Eigenaardigheden

Dit erkennen van elkaars gezag waar Paulus het Bijbelgedeelte mee begint, doet ook denken aan Efeziërs 3 vers 18. Hier schreef Paulus al dat we alleen iets van Gods liefde kunnen begrijpen als we dit samen met alle ‘heiligen’ doen. We hebben de ander nodig, met zijn eigenaardigheden en bijzondere opvattingen.

Zo ontstaat vrede en wederkerigheid in relaties als een getuigenis van Christus

Elkaars gezag erkennen, in de kerk, in je gezin, in je huwelijk, op je werk, in vriendschappen. Dat kan alleen door elkaar serieus te nemen en oprecht te luisteren. En door de ander de ruimte te geven jou iets te leren.

Allemaal dienaren

Ook als dit betekent dat je soms in een gezagsverhouding staat tot de ander. Bijvoorbeeld als ouder van een kind, of als leidinggevende. Of juist als ‘ondergeschikte’ van een leidinggevende. We moeten elkaars gezag erkennen, vanuit de rol die we hebben. Want God is de Heer van ons allen, bij Hem is geen aanzien des persoons. Daarom moeten we doen wat onze rol van ons vraagt, alsof we het direct voor God doen. Zo wordt de ene mens nooit de slaaf van een ander mens en heerst de ander nooit over de ene, maar zijn we allemaal dienaren van Christus, zoals Paulus zichzelf beschreef in 2 Korintiërs 4 vers 5.

Luistertip

Elke dag een gratis bijbelstudiepodcast ontvangen op je smartphone? Meld je dan hier aan voor de EO-podcast Eerst Dit! 

Tekst: Suzanne van Lokhorst
Beeld: Shutterstock

Lees ook : 'Het leven in een lichter perspectief zien volgens Paulus'.

--:--