Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Daan (11) en Rinus (10) vertellen hoe het is om pleegbroer te zijn

‘Je bent toch een soort oudere broer’

Hoe is het voor kinderen als er pleegkinderen in een gezin komen? Als je niet alleen de badkamer, de eettafel en de auto moet delen, maar ook je ouders? Daan (11) en Rinus (10) kregen 2,5 jaar geleden voor het eerst een pleegzus. Openhartig vertellen ze over hun ervaringen. “We hebben sowieso geleerd om altijd te delen, zo zijn we opgevoed.”

Deel:

Daan en Rinus zijn de dikste vrienden. Ze schelen maar anderhalf jaar en houden van ‘donderjagen: lekker klooien en stoeien’. Daan: “We doen eigenlijk alles samen: we hebben samen een slaapkamer, we zijn allebei heel sportief dus voetballen we ook graag. Rinus en ik staan altijd voor elkaar klaar.” Rinus: “Voor mij is dat precies hetzelfde. Daan komt altijd voor me op. Met z’n allen spelen we ook veel buiten: dan gaan we voetballen of op de trampoline. We zijn ook echt een volleybalfamilie.”

Toestemming

Sinds 2,5 jaar hebben de broers thuis niet meer het rijk alleen. Hun ouders Rebekka en Wouter vangen pleegkinderen op. Eerst een half jaar een tienermeisje en sinds anderhalf jaar broertje M. (7) en zusje R. (4). Daan: “Mijn moeder ging eerst vertellen wat pleegzorg was.” Rinus: “Een tijdje later hebben we verder gepraat. Eigenlijk vonden we het direct wel best. We konden ook leuk met die kinderen spelen, leek mij.” Daan: “Wij moesten wel toestemming geven. Ik ging er ook over nadenken: waarom kan een kind dan niet meer bij z’n ouders kan wonen, hoelang zouden ze blijven en zouden ze wel van sport houden en bij ons gezin passen?” Rinus: “Ja, ik weet ook nog dat Daan zei dat het wel best was, als het maar geen baby was, want die moeten steeds huilen!”

Eten

Toen het eenmaal zover was, waren de broers vooral heel nieuwsgierig. Rinus: “M. kwam eerst een keertje op bezoek. Toen hebben we met hem gekletst. Wij stelden allerlei vragen. Hij was wel een beetje verlegen.” Daan: “In het begin lustten ze ook bijna niks, maar nu lusten ze bijna alles.” Rinus: “Wij zijn echte eters.”

Daan: “R. vond het heel leuk dat ze weer bij haar broertje kon zijn, maar ze hadden eerst wel veel ruzie.” Rinus: “We kregen ook veel meer stoelen aan tafel. En we hebben een andere kamer. Dat vond ik eerst jammer, maar nu vind ik het prima.” Daan: “Ik zag ook wel de voordelen van die andere kamer. We hebben nu openslaande deuren in onze kamer en een eigen terras.”

Delen

Rinus: “We delen al ons speelgoed en spullen, maar M. moet het wel even vragen.” Daan: “We vinden het leuk om met ze te spelen. R. wil heel graag vadertje en moedertje met ons spelen. Dat doen we ook. Je bent toch een soort oudere broer en je moet ook het goede voorbeeld geven.” Rinus: “We moeten ze alleen niet verbeteren, hebben papa en mama gezegd. Dat is niet onze taak.”

Daan: “Soms hadden we er wel last van als M. oneerlijk was, maar dat gaat nu al een stuk beter. Ze hebben ook een moeilijke tijd gehad voordat ze bij ons kwamen. Ze konden veel minder goed zelf spelen en zichzelf bezighouden en ze luisterden veel slechter. Wij luisteren ook niet altijd naar papa en mama, maar wel veel meer.”

Positieve woorden

Wat de mannen mooi vinden? Rinus: “We schrijven zo nu en dan van elkaar op wat we goed vinden gaan.” Daan: “Bovenaan een briefje staat je naam, dat geef je door en iedereen schrijft daar dan iets positiefs op over de ander.”

Al met al is er wel het nodige veranderd voor de broers. Daan: “We krijgen wel minder aandacht van papa en mama. Ze zijn druk met in bed leggen enzo van M. en R.. Maar we komen niets tekort.” Rinus: “Als we iets willen zeggen, dan luisteren ze naar ons. Zo heb ik tegen papa en mama gezegd dat ik het wel leuk vind als we zo nu en dan ook nog wat met z’n vieren doen.” Daan: “Ja! Toen zijn we met elkaar helemaal naar Lelystad gaan fietsen, wel 80 kilometer. En we zijn ook een nachtje samen weggeweest in een hotel. Dat was ook superleuk.”

In Nederland is een groot tekort aan pleegouders. Wil jij onderzoeken of pleegzorg iets voor jou is? Kijk op www.timon.nl/welkom-thuis en doe de Pleegoudertest.

Beeld: Inge Kooiman

Amy (41) is pleegmoeder van drie biologische kinderen en drie pleegkinderen. Lees ook haar verhaal: "Als de pleegkinderen voor het eerst bij ons komen is hun vertrouwen weg."

Geschreven door

Inge-Mirjam Bosveld

--:--