Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Depressie: Dat behang heeft meer kracht dan ik

Rinke onderzoekt

“Het was alsof mijn gedachten de baas over me werden en continu riepen: ik wil dit niet! Hoe leg je dat uit? Ik was helemaal niet het type waarvan mensen dit zouden verwachten.” Rinke Verkerk duikt in het taboe van depressie.

Deel:

Tegenover me in een gezellig café zit een hyperintelligente meid van 21, Willemijn Fokker. Ze draagt een blauw vest van een surfmerk, met capuchon. Haar haren zitten in een warrig staartje. Ontzettend leuk, dat is ze. Terwijl ze een M&M in haar mond stopt, zegt ze: “Anderhalve week geleden zat ik weer een paar dagen op de gesloten afdeling van een psychiatrische kliniek. Het was zo’n chaos in mijn hoofd, ik dacht alleen maar: ‘Ik wil nú dood. Het moet nú.’ Na een paar dagen kon ik weer relativeren. ‘Nou ja,’ dacht ik, ‘het hoeft niet nu. Zelfmoord kan ook over een paar dagen.’”

Willemijn (21) is één van de vrouwen die ik spreek over depressie, het onderwerp waar ik mij vier weken lang in verdiep. Depressie is ‘een aanhoudende staat van verdrietigheid en desinteresse in alle dingen die voorheen plezier gaven,’ en één op de vijf mensen krijgt daar in zijn of haar leven mee te maken. Een snel rekensommetje vertelt mij dat ik veel meer depressieve mensen ken dan ik zelf weet. Wie aan depressie lijdt, mist het stofje serotonine in de hersenen, (hoewel sommige onderzoekers zeggen dat dit stofje helemaal niet bestaat).

Oorzaak

Bij de één heeft dat een hormonale oorzaak, bij de ander een genetische of komt het door een nare ervaring. Bij sommigen blijft de oorzaak onbekend. Om depressie beter te begrijpen doe ik twee oproepjes op de Eva-Facebookpagina met de vragen: ‘Hoe is het om depressief te zijn?’ En: ‘Wat kan de omgeving het beste voor iemand met een depressie doen?’ Ik krijg meer dan tweehonderd reacties.

Depressieve mensen weten het goed te verbloemen

Hoe het voelt om depressief te zijn? “Alsof je niks meer wilt,” zegt therapeute en ervaringsdeskundige Leona Aarsen (40). “Niet aankleden, niet eten, niet denken, geen moeder zijn, niet leven. Ik kon naar het behang op de muur kijken, iets doods wat daar maar op de muur zat te zitten, en denken: zelfs dat behang heeft meer kracht dan ik.” Willy Visser (64) heeft een man die 42 jaar zo aan depressies lijdt dat zij het zelf uiteindelijk ook een poosje wordt: “Tegen een depressief iemand zeggen: ‘Maar kijk eens hoe lekker dat zonnetje schijnt,’ is hetzelfde als tegen een dove zeggen: ‘Luister naar die mooie muziek!’ Je kunt het gewoon niet zien, niet horen, niet ervaren.”

Het gekke is: depressieve mensen weten dit heel goed te verbloemen. Mirjam Dragt-Kroeske (40), moeder van twee kinderen, wordt na de geboorte van haar jongste dochtertje, waar ze heel lang om heeft gebeden, depressief. “Ik had alles wat mijn hartje begeerde, en ook nog God in mijn leven. Maar ik keek naar mijn lieve man en mijn twee leuke kinderen en het was alsof mijn gedachten de baas over mij werden en continu riepen: ik wil dit niet, ik wil dit niet! Hoe leg je dat uit aan je omgeving? Ik was helemaal niet het type waarvan ze dit zouden verwachten.” Omdat ze vindt dat ze geen goede reden heeft om ongelukkig te zijn, wordt Mirjam voor de buitenwereld geen joggingpakvrouw met wallen. Ze werkt door, gedraagt zich als de ondernemende, spontane vrouw die ze altijd was.

Schaamte

Het wordt me duidelijk dat depressie heel vaak samengaat met schaamte. Dat heeft meerdere redenen. “Een depressie haalt je zelfbeeld en je identiteit onderuit,” zegt Leona. “Je hebt zo’n enorm gevoel van falen en bent zo niet jezelf, dat je je tot last voelt en denkt dat anderen je er niet bij willen hebben.” Mirjam: “Als mijn man thuiskwam, deed hij alles. Kinderen naar bed, ’s nachts eruit voor ons dochtertje. Ik wilde slapen. Maar ’s nachts lag ik wakker van mijn gedachten: ‘Wat als het niet lukt om een goede moeder te zijn, of een goede vrouw? Wat als deze depressie nooit meer goedkomt? Dan raak ik àlles kwijt. Dan trilde en huilde ik vaak zo dat ik mijn man wakker maakte: ‘Help me dan, alsjeblieft. Ik ben zo bang!’ Alsof ik een klein meisje was.”

Ik begin een vicieuze cirkel te zien: als je depressief bent, nemen negatieve gedachten je wil over om iets te doen, en het ‘nietsdoen’ geeft je vervolgens zo’n slecht gevoel over jezelf dat je nog meer negatieve gedachten krijgt. ‘Daar komt bij dat je omgeving het vaak niet begrijpt,’ zegt Willy. ‘Toen mijn man een gebroken been had, zat de huiskamer vol betrokken mensen. Maar toen hij depressief was, zei zijn familie: ‘Hij moet een schop onder zijn kont hebben.’ Dus dan praat je er maar liever niet over.
Dat blijkt wel als ik een berichtje krijg uit onverwachte hoek. Een vroegere buurvrouw met wie ik drie jaar lang veel gekletst heb, stuurt een berichtje: ‘Ik heb het ook meegemaakt.’ Wauw. Zo verborgen kan depressie zijn. Het kan een paar deuren naast de jouwe spelen zonder dat jij het weet.

Het is moeilijk een balans te vinden tussen niet-betuttelen, maar wel serieus nemen

Dus wat hebben depressieve mensen nodig? Willy leerde dat ze haar man zelf verantwoordelijkheid moest laten nemen. “Ik moest toch naar de gitaarclub gaan, en mijn vrolijkheid niet laten afpakken als ik thuiskwam en hij naar de muur zat te staren. Want door alles steeds voor hem te doen, bevestigde ik alleen maar zijn idee dat hij zelf niks kon. En van mijn zelfbeeld bleef ook niets over als ik alles om hem liet draaien.”

Maar je moet ook weer niet doen als de kerkvriendin, die riep: “Nee! In Jezus’ naam, een depressie heb jij niet!” Of de vrouw die tegen Mirjam zei: “Maar geluk is ook een keuze.” Mirjam: “Dat is dus het punt: als je depressief bent kun je helemaal niks meer kiezen, niet eens je kleding voor die dag.” Het lijkt wel alsof we het moeilijk vinden om een goede balans te vinden tussen niet-betuttelen, maar wel serieus nemen.

Wat alle vrouwen zeggen is: ‘Zeg maar lieve dingen, en niet wat ik moet doen of geloven. Leona: “Ik wilde horen: ‘Jij bent oké. Dit komt goed. God heeft jou lief.’” En verder praktisch helpen, een flmpje kijken, een wandelingetje maken. Ook als het drie jaar duurt, zoals bij Willemijn.

Beter

Leona, Mirjam, Willy en haar man zijn beter. Ze hebben allemaal hulp gezocht en raden aan om dit meteen te doen bij een depressie. Leona liep op een dag door het bos en zag de zon mooi door de bomen vallen. Wat stofjes dwarrelden door het zonlicht en ze dacht: ‘Misschien komt het toch goed met mij.’ Haar eerste doorbraak. ‘Ik wilde geen medicijnen. Ik at erg gezond en heb mijn gedachten moeten trainen om positieve dingen te denken.’ Sommige vrouwen kwamen er juist bovenop door medicatie. Iedereen herstelde onder begeleiding van hulpverleners. Allemaal noemen ze momenten dat ze een goede vriendin over hun depressie vertelden heel belangrijk voor herstel.

Maar Willemijn is nog niet beter. “Heel lang wilde ik beter worden, maar nu wil ik het eigenlijk niet meer. Ik wil nog maar één ding en dat is dood. Ik vind mezelf zo verschrikkelijk, en de wereld ook, dat ik niet weet wat ik nog met mijn leven zou moeten doen als het doorgaat.”

Oorlog van negatieve gedachten

De luidruchtigheid van depressie grijpt mij bij de lurven. Je moet weten dat Willemijn zoveel humor heeft dat ze me zelfs aan het lachen maakt als ze praat over haar zelfmoordgedachten. Ze heeft een bucketlist, die ze eigenlijk wil afvinken voordat ze sterft. Daarop staat: in een cel zitten (om dat te vergelijken met de gesloten afdeling), op straat leven (om te weten hoe dat voelt), liften door Europa (gevaarlijk, maar dat maakt niet uit als je toch dood wilt). Ze is gevat, heeft lef, is nieuwsgierig, gevoelig, muzikaal, mooi en intelligent. Maar de gedachten die haar depressie tegen haar roept zijn op dit moment luider dan dat allemaal bij elkaar. En wat Mirjam zei, zie ik terug bij haar: “Als je in je depressie zit, kun je niet geloven dat je de oorlog van die negatieve gedachten ooit kunt winnen.” Doodvermoeiend.

Heb jij zelfmoordgedachten? Deel dan (anoniem) je gedachten met zelfmoordlijn 113, via telefoonnummer 0900-0113 of via hun website. Zoek hulp; er staan mensen voor je klaar.

--:--