Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Een nieuwe opwekking? Dit heb je nodig.

'Plotseling klonk er uit de hemel een geluid als van een hevige windvlaag.'

Bij Jeruzalem alleen (Handelingen 2) is het niet gebleven. De kerkgeschiedenis laat na de eerste pinksterdag tal van geestelijke oplevingen zien. Patronen komen overeen. Wat is er nodig voor een nieuwe opwekking?

Deel:

Een opwekking is er opeens

“De kracht van God daalde neer op de mensen van allerlei leeftijden die samengekomen waren, als een zeer krachtige meeslepende wind. Er was plotseling zo veel kracht dat allen niet anders konden dan voor de Here neer te buigen.” David Brainerd, prediker onder de indianen in Amerika, beschrijft zo in zijn dagboek een gebeurtenis uit 1745. De opwekking waarvoor hij vurig had gebeden, werd werkelijkheid.

Er gaat wel gebed aan vooraf

De opwekking in de Azusastraat in Los Angeles in 1906 was het begin van de pinksterbeweging. Uit een ooggetuigenverslag van Frank Bartleman: “Begin mei brak er een krachtige opwekking uit in Pasadena. Wij hadden gebeden om een geweldige opwekking en God was bezig onze gebeden te verhoren. De zaal was vol mensen die hongerden naar God. Op een avond werd bijna iedere niet-geredde ziel in de zaal gered. God veegde alles schoon. Honderden mensen knielden bij het altaar om de Heer te zoeken. Wij begonnen toen te bidden om een uitstorting van de heilige Geest op Los Angeles en op het gehele zuiden van Californië.”

Ook ernstige prediking is een wegbereider

Verbreding en verdieping van persoonlijk geestelijk leven was een belangrijk thema in de preken van Jonathan Edwards in Northampton (Massachusetts). Zijn bekendste preek heeft als titel ‘Zondaren in de hand van een toornend God’. Edwards’ grootvader, ds. Solomon Stoddard, preekte ook al indringend over waarachtige bekering en de ernst van Gods oordeel.

Aan de Nijkerkse beroeringen in 1749 is de naam van ds. Gerardus Kuypers verbonden, maar zijn collega Johannes Roldanus – al een paar jaar predikant in Nijkerk – preekte even ernstig over de eeuwige straf voor de zonden en de noodzaak tot bekering.

Massale bekeringen en schuldbesef

Ds. Kuypers: “De bekommering waarin de mensen verkeerden, spoorde hen aan de Heer te zoeken.” Ds. Wim van Vlastuin over de zogeheten Great Awakening in Northampton: “De hele stad lijkt een stad van God. Zondaren wenen omdat zij verloren zijn en anderen juichen omdat zij de verlossing in Christus hebben leren kennen. Het schijnt dat de aardse beslommeringen niet meer van belang zijn.”

Honger naar Gods Woord

“De herberg gaat dicht. De kerk stroomt vol”, vervolgt Van Vlastuin. “Er is honger naar Gods Woord.” In de woorden van Edwards: “Iedere hoorder was dorstig en dronk de woorden van de evangeliedienaar in, zodra deze uit zijn mond kwamen.”

Tijd van kerkelijke onverschilligheid

Ds. Kuypers schreef aan een collega-predikant: “Nijkerk stond voorheen bekend als een woning van mensen die, vet geworden door langdurige voorspoed, zich verzetten tegen de Heer en als ongebreidelde paarden doorrenden op hun weg.” De Veluwse stad was rijk geworden van de tabaksindustrie. Kleine kanttekening: juist rond 1749 raakte ze in een economische crisis, mede als gevolg van veepest.

Geen mensenwerk

“Als het God behaagt om iemand te gebruiken voor het teweegbrengen van een opwekking, uitstekend. Maar voor ieder mens die ook maar een beetje bescheidenheid kent, is het zich toemeten van de titel en functie van opwekkingsprediker, en rond te reizen door het land in de overtuiging dat overal waar hij komt, hij het middel van genade is om een godsdienstige opwekking teweeg te brengen, een veel te hoogdravende veronderstelling. De enige werkelijke oorzaak is dat Gods Geest aan het werk is in de harten van mensen” (Charles Haddon Spurgeon).

Een opwekking doorbreekt grenzen

Bartleman over de opwekking in Los Angeles in 1906: “De zaal was nu iedere avond overvol met blanke en donkere mensen. De ‘kleurgrens’ was weggewassen door het bloed van Jezus.”

Grote sociale uitwerking

Eifion Evans over The Welsh Revival van 1904: “De pony’s in de kolenmijnen konden de instructies van de mijnwerkers niet langer begrijpen, omdat scheldwoorden en vloeken ontbraken. Ook dronkenschap nam geweldig af. Er werd beweerd dat drie maanden van de opwekking meer hadden gedaan om het land nuchter te maken dan de poging tot drankbestrijding van vele jaren.”

​De Réveil-beweging in Nederland iets eerder, begon met huisgodsdienstoefeningen, Bijbelstudiegroepen en gebedskringen, en legde in de negentiende eeuw veel nadruk op maatschappelijke bewogenheid: armenzorg, strijd tegen alcoholisme, hulp aan verwaarloosde jeugd, prostituees en zwakzinnigen. De organisatie Tot Heil des Volks komt eruit voort.

Opwekking is een impuls voor zending en evangelisatie

De Second Great Awakening (zie kader) leidde tot het ontstaan van een groot aantal zendingsorganisaties.

Tekst: Jan Kas B
eeld: Abne Herrebout

Bekende opwekkingen en opwekkingspredikers

Reformatie (1517)
First Great Awakening (1720-1740)
Nijkerkse beroeringen (1749-1752)
Second Great Awakening (1800-1830)
Réveil (1815-1865)
The Welsh Revival (1904)
Azusa Street Revival (1906)
Opwekking van Pyongyang (Korea, 1909)

Bekende opwekkingspredikers
Jonathan Edwards (1703-1758)
Charles Finney (1792-1875)
George Whitefield (1714-1770)
John Wesley (1703-1791)

--:--