Ga naar submenu Ga naar zoekveld

‘Het mooie van tolken is dat je bijdraagt aan gelijkwaardige communicatie’

Sharon is tolk van de dove Marieke

Dankzij de persconferenties tijdens deze coronacrisis staan ze opeens volop in de schijnwerpers: gebarentolken. In de Nederland Zingt Dichtbij maken we kennis met Sharon, tolk Nederlandse Gebarentaal (NGT). In het dagelijks leven is ze één van de vaste tolken van de 22-jarige dove Marieke.

Deel:

‘Nothing about us, without us.’ Oftewel: niks over ons, zonder ons. Dat is de leus die de dovengemeenschap hanteert. Dus toen ik Sharon benaderde voor dit interview, stelde ze één voorwaarde: ik zou niet alleen haar, maar ook Marieke interviewen. Een jonge, christelijke vrouw boordevol ambities. Daar hoefden we bij Eva niet lang over na te denken…

Zichtbaar 

“Ik heb best veel reacties gehad op de uitzending van Nederland Zingt Dichtbij”, begint Sharon haar verhaal. “Mensen vinden het mooi dat gebarentaal zo positief in beeld is. Tijdens het gesprek was de gehele gebarentaaluiting vol in beeld. Dat is uniek”, zegt ze enthousiast.

En ook meer dan welkom, erkent ze. “Er is door de coronacrisis veel aandacht voor mijn collega Irma Sluis, die de persconferenties tolkte. Het is mooi dat de gebarentolk zichtbaarder wordt, maar mensen moeten ook beseffen dat een tolk echt nodig is bij dat soort momenten. Het zou niet meer bijzonder moeten zijn. Vaak zeggen mensen: doven kunnen toch ondertiteling lezen of liplezen? Maar zet je geluid maar eens uit en probeer dan mee te lezen in een andere taal. Ondertiteling gaat heel snel. Bovendien mis je de intonatie, die kun je niet uit de ondertiteling halen. En constant liplezen is echt vermoeiend”, weet Sharon.

Vooroordelen

tolken
Marieke.

Dat de aanwezigheid van een tolk nog niet in onze samenleving is ingebed, herkent Marieke maar al te goed. De studente psychomotorische therapie werd doof geboren, net als twee van haar broers. “De eerste keer dat ik tijdens mijn studie een tolk meenam, was iedereen helemaal verbaasd. Iedereen zat in het begin alleen maar naar haar te kijken”, glimlacht ze. “Gelukkig wende het snel en was het voor niemand een probleem. Je moet toch een drempel over om een tolk mee te nemen. Er zijn namelijk best wel wat vooroordelen. Bijvoorbeeld dat je veel extra ruimte nodig hebt als je een tolk inzet.” 

“Ik ben snel onder de deken gekropen, terwijl mijn collega onder het bed dook”

Net als tijdens haar studie, zette Marieke ook tijdens haar middelbare-schoolperiode regelmatig tolken in. “Daar kennen Sharon en ik elkaar van. Ik zocht voor de dinsdag nog een tolk en dat werd zij. We werken nu al zo’n tien jaar samen, dat had ik van tevoren nooit verwacht. Maar als het een goede samenwerking is, kan het heel lang duren. Het voelt als collega’s en vriendschap ineen. Dat is fijn.” 

Hilarische momenten 

Naast de serieuze momenten, leverde hun samenwerking de afgelopen jaren ook genoeg hilarische situaties op. “Marieke was heel goed in wiskunde, maar ik was niet echt een wiskundenerd. Dus tijdens die lessen moest ik heel hard werken, terwijl Marieke het al lang snapte”, schatert Sharon. “En dan die excursies. Ik weet nog dat ik in pyjama met een collega-tolk over de gang naar de kamer van Marieke ging, omdat Marieke nog even wilde kletsen met vriendinnen. Toen bonsde er iemand op de deur, omdat we te veel lawaai maakten. Ik ben snel onder de deken gekropen, terwijl mijn collega onder het bed dook. Het voelde alsof we in overtreding waren, maar we deden natuurlijk gewoon ons werk”, lacht ze.  

Moedertaal

Hoewel Marieke geregeld gebruik maakt van tolken, zijn er ook situaties waarbij ze zichzelf prima alleen kan redden. “Ik heb een bijbaantje bij de McDonalds, dat gaat prima. Als ik iets niet kan verstaan, dan schrijven mijn collega’s het gewoon op”, legt Marieke uit. “Maar als ik straks meer met mensen moet werken, wordt het wel lastiger. Ik kan wel spreken, maar gebarentaal heeft mijn voorkeur.”

“Gebarentaal is de taal van mijn hart” 

“Want als ik gebaar, houden mensen er rekening mee dat ik doof ben. Als ik begin te spreken, denken mensen vaak: dan kan ze ook wel goed horen. Terwijl ik dus écht niet hoor wat ze zeggen. Daarnaast vind ik het heel moeilijk om intonatie toe te passen in een gesprek. Met gebarentaal lukt dat wel: dat is mijn moedertaal, de taal van mijn hart. Ik heb op school weleens sprekend supervisie gedaan, maar ik had het gevoel dat ik daarbij niet bij mijn emoties kwam. Toen ik het in gebarentaal ging doen, kwamen er veel meer emoties bij kijken en moest ik soms huilen.” 

Dichtbij komen

In haar werk als gebarentolk maakt Sharon die emotionele momenten af en toe ook mee. “Soms kom je heel dicht bij mensen. Bijvoorbeeld bij begrafenissen. Je hebt iemand niet gekend, maar je krijgt wel de dienst en alle herinneringen mee. Natuurlijk ben je tolk, maar je bent ook gewoon mens. Dus dan zit ik daar ook met een dikke keel”, biecht ze op. “En weet je wat ook een bijzonder moment was? Ik ging een keer met een dove vrouw mee naar haar demente moeder. Die vrouw wilde graag een psalm voorlezen uit de Bijbel. Terwijl zij die psalm gebaarde, zong ik ‘m. Haar dementerende moeder was zichtbaar geraakt.” 

Soms is het ook wel zoeken, weet ze uit ervaring. “Zoals de eerste keer dat ik moest tolken bij een zwangerschapsecho. Dat is zo’n mooi moment! Maar hoe geef je de hartslag die je hoort dat nou het beste weer?”

Nadenken over liedteksten 

De liefde voor het vak ontstond bij Sharon in de kerk van haar oma. “Als klein meisje ging ik wel eens met mijn oma mee. Dan zat ik op het balkon, bovenin de kerk. Daar kon ik heel goed naar de tolk kijken. Dat is me zó bijgebleven, dat ik jaren later de opleiding ben gaan doen. Ik vind het mooi dat je tijdens het tolken bijdraagt aan toegankelijke communicatie voor iedereen. Doven hebben soms een tolk nodig. Maar ook horenden hebben vertaling van gebarentaal naar het gesproken Nederlands nodig om mensen zoals Marieke te verstaan. Het is dus een wisselwerking.”

“Door een lied te gebaren, krijgt het een dubbele lading” 

Voor Sharon is het extra bijzonder dat ze haar werk en passie met elkaar kan combineren. Zo is ze een van de dirigentes van het Nederlands gebarenkoor en tolkt ze regelmatig tijdens kerkdiensten. “Muziek is van jongs af aan mijn passie. Ik kan er mijn emotie in kwijt. Door een lied te gebaren, krijgt het een dubbele lading. Je denkt meer na over de woorden en de betekenis ervan. Ik merk dat liederen, zoals bijvoorbeeld Jezus Overwinnaar, daardoor nog meer mijn hart raken. Of het tolken een roeping is, weet ik niet. Maar ik ben overtuigd dat God me heeft geholpen op de weg die Hij met me is gegaan.” 

Levend geloof

Net als Sharon, is Marieke ook gelovig opgevoed. “Tot ik een jaar of zestien was, deed ik er niet zoveel mee. Toen ben ik zelf op zoek gegaan en dacht ik: God bestaat zeker! Op een kamp, speciaal voor christelijke dove jongeren, is het geloof steeds meer voor me gaan leven. Je voelt je daar niet eenzaam, want iedereen is doof of slechthorend. En doordat er in gebarentaal over het geloof werd verteld, konden we er onderling over praten. Vandaag de dag is het geloof heel belangrijk voor me. Ik lees elke dag uit de Bijbel en dat geeft me veel rust.

Of ik ooit boos op God ben geweest vanwege mijn doofheid? Nee, mijn doofheid is een deel van wie ik ben. Het hoort bij mij en ik heb ermee leren omgaan.” Sterker nog: ze heeft grootse plannen voor de toekomst. “Ik ben heel dankbaar voor mensen als Sharon. Als er geen tolken zouden zijn, zou ik veel minder ontwikkelingsmogelijkheden hebben. Ik droom ervan om ergens in het Koninkrijk van God zendingswerk te doen. Hoe en wat weet ik nog niet, maar het is mijn verlangen om mijn kennis over het geloof en de Bijbel met anderen te delen.”

Bekijk hier de uitzending van Nederland Zingt Dichtbij waarin Sharon te zien was.

Beeld header: Sharon in 'actie'. Credits: Masterpiece Visuals

Lees ook: Anouk is blind: 'Ja, ik bestel óók bioscoopkaartjes'

Geschreven door

Janet Freriks

--:--