Ga naar submenu Ga naar zoekveld

'Genaaid' met Jennifer Hoffman: waar komt je kleding vandaan?

Jonge fashionista's naar Myanmar, woensdag, 20.25 uur, NPO 3

Deel:

In de serie Genaaid (EO) vliegt 'luizenmoeder' Jennifer Hoffman met vijf jonge modemakers naar Myanmar. Het is een van de landen waar goedkope kleding in Nederlandse winkels vandaan komt. "Dan denk je al snel aan kinderarbeid, lage lonen en slechte werkomstandigheden. Maar het is nog erger dan ik dacht.” Dit ondervinden de fashionista's aan den lijve als Jennifer hen aan het werk zet in de kledingindustrie. 

Na haar reis naar Myanmar kijkt Jennifer – onder meer bekend als Hannah Roelink uit De Luizenmoeder – anders naar kleding. “Wat ik daar met eigen ogen heb gezien, heeft me diep geraakt. Textielarbeiders worden er dagelijks blootgesteld aan schadelijke chemicaliën, wat hun levensverwachting aanzienlijk verlaagt. Het is echt troep,” zegt ze verontwaardigd. “Spul dat vervolgens wordt geloosd in het rivierwater, dat verderop wordt gebruikt om akkers te besproeien. Het bedreigt dus de gezondheid van iedereen daar. Dat kan echt niet.”

Lees ook: Zo verduurzaam je je kledingkast - 11 leuke en makkelijke tips
Lees ook: Zo verduurzaam je je kledingkast - 11 leuke en makkelijke tips

'Waar komt kleding vandaan?'

Dit ondervinden ook Amal, Sophie Maria, Demy, Floortje en Jason, als ze in Genaaid met Jennifer op het vliegtuig stappen. Dat doen de jonge ‘fashionista’s’ overigens pas na een ‘overval’. “Ze denken dat ze een duurzame kledinglijn mogen ontwerpen voor de Dutch Sustainable Fashion Week,” zegt Jennifer. “Helemaal waar, maar ik kom met een verrassing: als ze echt duurzame kleding willen leren ontwerpen, mogen ze eerst zien waar kleding nu vaak vandaan komt."

(Tekst loopt door onder video's)

'Genaaid' terugkijken

Textielfabrieken

"Gelukkig gaan ze na mijn 'overval' allemaal mee, maar eenmaal in Myanmar moeten ze lange dagen hard werken in textielfabrieken en slapen ze ’s nachts in een hutje," vertelt Jennifer. Ze merkt dat de jongeren moeten wennen aan de omstandigheden. "Maar er haakt niemand af. Ze pakken het goed op en gaan op zoek naar goede, duurzame alternatieven.”

Als je twee T-shirts voor een tientje kunt kopen, moet je snappen dat er iets niet klopt

Wat hoop je te bereiken met het programma?
“Iedere verandering begint met bewustwording. Als je in een kledingrek twee T-shirtjes voor een tientje ziet hangen, moet je snappen dat er aan de andere kant van de wereld een prijs voor wordt betaald. Vraag als klant gerust hoe kleding is geproduceerd: ‘Zijn er chemicaliën gebruikt, of gaat het om biologisch katoen?’ Dat levert goede gesprekken op, merk ik, al moeten ze het vaak even navragen. Zo sijpelt dit vanzelf door naar de directievloer.”

Heb je nog meer praktische tips uit eigen ervaring?
“Ik ben mijn eigen kledingkast wel meer gaan waarderen. Je hoeft echt niet om de zes weken iets nieuws te kopen, om maar mee te doen met de laatste mode. Als ik kleding niet meer draag, geef ik die liever weg.”

(Tekst loopt door onder de video.)

Maar voor Nederlanders met een smalle beurs blijft goedkope kleding toch aanlokkelijk?
“Voor mij is het misschien iets makkelijker om duurzaam te denken, maar zelfs tweedehandszaken hebben tegenwoordig een redelijk goed aanbod. Die kleding wordt nu zelfs gezien als vintage en cool, al gaan daardoor de prijzen helaas iets omhoog. Bedenk ook dat je met zo’n goedkoop T-shirtje, dat soms echt maar zes weken meegaat, misschien juist duurder uit bent.”

'Trots op jonge ontwerpers'

“Iedereen kan wel iets doen,” vindt Jennifer. “Om die boodschap over te brengen, zijn mijn reisgenoten zo belangrijk. Juist zij zijn aansprekende voorbeelden voor de jeugd. Door de nood die ze zien, werpen ze al hun creativiteit in de strijd. Wat zij de komende weken in Genaaid laten zien, vervult me echt met trots.”

Beeld: EO/Ferry Knijn

Geschreven door

Bart van Delen

--:--