Ga naar submenu Ga naar zoekveld

God geeft ons alles, als we er maar in geloven?

Henk Jan hoort in een preek dat God ons alles wil geven, als we er maar in geloven. Ook die net te hoge hypotheek. En hij concludeert dat hij niets met deze praatjes kan…

Deel:

Of we de dienst hadden bezocht vanwege de spreker van die ochtend? De gastvrouw van de gemeente gaf ons een hartelijke hand. Ik kon mij bedwingen om te zeggen dat ik bijna halverwege de dienst was weggelopen, juist vanwege de spreker. Zelden hoorde ik namelijk zo’n beroerde preek. Dit keer lag het niet aan een gebrek aan spreekvaardigheid, maar aan gebrek aan inhoud.

Samengevat kwam de boodschap erop neer dat God ons alles wil geven, als we er maar in geloven. Want, zo was het betoog, dit was ook de manier waarop de spreker tegen alle verwachtingen in zijn zo gewenste huis aan het water kon kopen. Het gat van een ton tussen vraagprijs en mogelijke hypotheek werd wonderbaarlijk gedicht. ‘God is groot.’ En de gemeente riep ‘amen’.

De theologische onderbouwing was dunner dan een laagje ijs na een nacht met twee graden vorst. En net zo gevaarlijk. Alsof geloven dat het ijs dik genoeg is, garantie geeft dat we er niet doorheen kunnen zakken.

Verzet tegen welvaartsevangelie

Iets in mij heeft zich altijd verzet tegen elke vorm van welvaartsevangelie. In de kerk, maar ook in het bedrijfsleven. Opgeklopte jaarplannen, gebaseerd op wishful thinking in plaats van grondige analyses roepen in het begin van het jaar weliswaar veel enthousiasme op, de teleurstelling aan het eind van het jaar is des te groter. Oeps… We waren misschien toch iets te enthousiast. En tja, jammer dat we nu stevig moeten bezuinigen en collega’s moeten ontslaan.

Vroeger leerde ik dat hoop doet leven. Ik zie de stickers nog achterop de bij de kerk geparkeerde auto’s geplakt. Met een mooie regenboog als illustratie. De regenboogstickers veranderden in de loop der jaren zowel qua symboliek als qua eigenaar. Tegenwoordig staat de regenboog voor velen symbool voor een eenzame, moeizame en pijnlijke reis met als droom een leven waarin iedereen trots mag zijn op wie hij/zij/die is. Een leven waar heel wat nachten flinke vorst voor nodig zijn.

Realistisch uitzien

Dromen. Hopen. Geloven. Maar altijd met de -soms keiharde- realiteit voor ogen. Optimistische praatjes vullen geen gaatjes. Realistisch uitzien naar een mooiere toekomst wel. De bekende Amerikaanse activist en dominee Martin Luther King jr. ging ons erin voor. De man die een droom had, voelde meer dan eens de harde realiteit van de gevangenisbedden. Vanuit zijn cel beschreef hij in brieven aan voorgangers uit het land hoe het kwaad van rassendiscriminatie er in de dagelijkse praktijk uitzag. Geen mooie praatjes. Geen loze woorden. Geen overgeestelijke beloftes. De dromen van King gingen altijd hand in hand met de nachtmerrie van het hier en nu.

Worsteling doet leven

Nog verder terug in de geschiedenis zien we dit ook terug bij ene Ezechiël. De zoon van een Joodse priester leefde in ballingschap (circa 600 voor Christus). Nebukadnessar, de koning van het Nieuw-Babylonische Rijk had de Israëlieten naar Babylon gesleept. Een hopeloze situatie. Eén die Ezechiël, die zich ontpopte tot de profeet van de God van Israël, niet afdeed met oppervlakkige praatjes. Integendeel! In het boek Ezechiël, dat we terugvinden in de Bijbel, lezen we dat de profeet door God werd opgedragen om de meest bizarre dingen te doen om het volk Israël zijn droom van bevrijding over te brengen. Niets hoop doet leven. Worsteling doet leven.
Om zijn boodschap duidelijk te maken, lag Ezechiël een jaar lang vastgebonden op een zij en kreeg hij slechts een beperkte hoeveelheid water per dag. Omdat dit ook Ezechiël toch allemaal wat gortig werd, hoefde hij van zijn God zijn brood niet te bakken met menselijke, maar met dierlijke uitwerpselen… Ik vermoed zo dat dit allemaal niet plaatsvond op de veranda van een huis aan het water.

Wat ik verder met dit Bijbelboek moet, weet ik eerlijk gezegd niet zo goed. Het literaire gehalte ervan gaat mijn pet te boven. Toch kan ik nog steeds meer met de raadselachtige en krankzinnige verhalen van Ezechiël, dan met gladde praatjes over goedkope welvaart en voorspoed en geloof.

Afbeelding boven: Profeet Ezechiël, Johann Sadeler (I), naar Crispijn van den Broeck, 1577 via Rijksstudio

Geschreven door

Henk Jan Kamsteeg

--:--