Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Het feest van de thuiskomst

Otto de Bruijne over de verloren zoon

Onder de vernis van het beroemde schilderij van Rembrandt over de verloren zoon schuilt een diepe waarheid, ontdekte Otto de Bruijne: “Welkom! Ga zitten. De tafel is gedekt. Jouw feest, ons feest kan beginnen!”

Deel:

Bewust of onbewust zoeken wij er allemaal naar: het ‘Grote Thuis’, of hoe je het ook wilt noemen. ‘Lost paradise’, arcadia of gewoon ‘een hemel op aarde’. Dat zoeken houdt ons kritisch en scherp, zodat wij ons best doen voor een betere wereld. Maar het laat ons ook beseffen dat wij wandelen op de ‘Boulevard of broken dreams’: snakkend naar duurzaam geluk snacken wij tussendoortjes vol troost en afleiding. Die tussendoortjes zijn eigenlijk tussen-thuisjes: broos en tijdelijk. Weliswaar mooi en onmisbaar, maar daaronder blijft de echte, ongestilde honger naar een duurzaam ‘thuis’. 

Vastgelopen in een steeg
Denkers, dichters, schrijvers, geestelijken, therapeuten en kunstenaars raken ons zoeken naar ‘thuis’ aan. Een van hen is Rembrandt, met zijn schilderij ‘De thuiskomst van de verloren zoon’. Een ontroerend beeld van een overbekend verhaal: de knielende zoon, de omarmende vader en de ‘afstaande’ oudste zoon.
De knielende zoon is vastgelopen in een impasse, een doodlopende steeg. In de penarie komt hij tot een rationeel besluit. Geen tranen, geen schuld of spijt, maar een kille berekening: laat ik naar huis gaan, dan kan ik als knecht aan de slag. Want pa kan me toch niet weigeren. Koeler kan het bijna niet. De emotie komt pas later, als hij, vanuit de verte, een man naar hem toe ziet rennen. De adem stokt in zijn keel: Pa?! Hij aarzelt: zal ik stilstaan en wachten, naar hem toe rennen of vluchten? Wie verlangt naar wie? Heeft hij, uitgerekend hij, op de uitkijk gestaan? Verlangt hij naar mijn thuiskomst? Ben ik zijn gebroken droom?

De knielende zoon is vastgelopen in een doodlopende steeg

In een flits beseft hij het schrille contrast tussen zijn kille berekening en het hart van zijn vader. Op het moment dat ze elkaar aan kunnen raken, zakt hij door zijn knieën en legt zijn vader de handen op zijn schouders. Hij komt thuis. Geen woorden, geen plichtplegingen, maar stille ontroering en een overweldigend besef van goedheid. Noem het geluk, maar dan groter en dieper. 

Mensen met thuis-pijn
Achter dit schilderij staat, onzichtbaar, een veel grotere waarheid: Jezus, de zoekende Zoon van de wachtende Vader, vertelt 
dit verhaal. Aan vluchtelingen, pelgrims, thuislozen, zoekers, zwervers, aan jou en u, aan de mensheid. Mensen met thuispijn, heimwee. De hemelse Vader staat niet alleen wachtend op de uitkijk, maar rent naar mij toe zodra ik tevoorschijn kom. Of ik nu koud of warm ben, wel of niet berouw en spijt heb... alleen al het feit dat ik kom, is voor Hem blijkbaar genoeg om zich naar mij toe te haasten. Jakobus schrijft: ‘Nader tot God en Hij zal tot u naderen.’ Zo zakelijk is het blijkbaar.

Gesloten deuren 
Maar Gods verlangen naar onze thuiskomst gaat verder dan wachten op ‘Zijn 
erf ’ alleen en toelopen op een terugkerend kind. Hij haastte zich al naar ons toe toen wij geen enkele poging ondernamen om thuis te komen. Toen Jezus vanuit Gods heerlijkheid naar onze pleinen en straten – onze stegen en impasses – gestuurd werd, waren onze deuren hermetisch gesloten. Vlak voor onze neus, op nog geen meter afstand, zei Hij: ‘Kom naar Mij als je moe bent en zware lasten draagt en Ik zal je rust geven.’
Dat is eigenlijk precies hetzelfde als het verhaal van de verloren zoon. Jezus zegt nu en hier: ‘Welkom thuis. Kom Thuis. Hoe dan ook, met je hoofd of met je hart, kom Thuis! Namens de Vader overbrug Ik lichtjaren, maar de laatste meter is voor jou. Je hoeft alleen maar te knielen en je raakt al mijn handen. Jouw antwoord is de laatste stap naar jouw Thuiskomst. ’
Ik antwoord: ‘Verlangt U naar míjn thuiskomst, nog meer dan ik daar zelf naar verlang? Is mijn thuiskomst eigenlijk ook Uw thuiskomst?’ Ik hoor Zijn antwoord: ‘Ja, jouw verlangen naar Thuiskomst komt van Mij. Ik heb dat verlangen al lang geleden in jouw hart geplant omdat Ik er zelf naar verlang. Het is niet alleen jouw feest, maar ons feest!’ 

Achter dit schilderij staat, onzichtbaar, een veel grotere waarheid

Eigen gelijk 
Jezus eindigt het verhaal van de verloren zoon met die afstandelijke oudste zoon. Hij staat er letterlijk en figuurlijk verloren bij. Rembrandt schildert hem zonder relatie met wat er voor zijn ogen gebeurt. De man met zijn eigen gelijk, maar zonder omarming. ‘Achter dit schilderij staat, onzichtbaar, een veel grotere waarheid’. Zoals in iedere gelijkenis, gaat het om de laatste zinnen. Dat noem je ‘het springende punt’. Hier worden brave gelijkhebbers aangesproken. Mensen die het Algemeen Menselijk Openbaar Ministerie als een waakhond op het leven loslaten. Een feestje moet je eerst verdienen. Recht is recht, en eerlijk is eerlijk. Voor wat hoort wat, niets voor niets. 

Maar het ‘eigen gelijk’ kent geen ‘Thuis’. Het ziet geen geschenken. Horen, zien, bewegen, denken, voelen... alles is een cadeau. Het leven is een kostbaar geschenk en geen recht.
Niemand kan een ‘Thuis’ claimen, je ontvangt het op je knieën, onbevangen
en dankbaar. Met Vaders handen op je schouders, terwijl je door Hem zonder eis, zonder oordeel, zonder verwijt aanvaard wordt. Thuiskomst ontvangen, maakt het mogelijk Thuiskomst aan een ander te gunnen. Waarom sta je daar zo op afstand? Kun je Gods vreugde geen plek geven? Kom en vier het feest van de Thuiskomst mee met de Vader, en je broer en zus.

Welkom! Ga zitten, de tafel is gedekt. Jouw, óns, feest kan beginnen! 

Otto de Bruijne

--:--