Ga naar submenu Ga naar zoekveld

‘Hij was pas twee jaar, maar al zes keer overgeplaatst’

“Pleegzorg vraagt offers, dat is zeker. Tegelijkertijd biedt het absoluut een meerwaarde aan je gezin. Een kind in nood mag meeprofiteren van jouw warme nest. Dat is mooi en mag best wat kosten. Een mens is het waard.”

Deel:

Na de geboorte van hun vijfde werd duidelijk dat Petra* en haar man geen eigen kinderen meer zouden krijgen. Ze overwoog meer te gaan werken of oppasmoeder te zijn. Maar eigenlijk wilde ze maar één ding: “Andere kinderen laten delen in  ons rustige, stabiele gezinsgeluk.”

Rustig beginnen

Zo enthousiast als Petra  was, zo terughoudend reageerde haar man. “Ik ben heel impulsief, hij juist niet. We besloten een introductiecursus te volgen. Daar raakte mijn man ook overtuigd dat ons gezin wel iets te bieden had. Mijn enthousiasme werd juist getemperd: pleegzorg is niet alleen maar leuk. We zouden rustig beginnen, met opvang in weekenden en vakanties.”

De eerste twee jaar was er geen aanbod van kinderen in de leeftijdscategorie die zij wensten: jonger dan hun eigen kinderen. “Toen kwamen we in contact met hulporganisatie Timon. Die zat te springen om gezinnen voor crisisopvang. Daarvoor waren wij inmiddels ook beschikbaar. Toen ging het snel. Binnen twee weken hadden we ons eerste pleegkind.”

Het vertrek van het kind kwam even onverwachts als zijn komst. “Zo gaat dat met crisisopvang. Wel heftig om steeds afscheid te moeten nemen. Ingrijpend, ook voor onze kinderen. Bo* zouden we drie weken opvangen. Maar hij werd een blijvertje!”

Pittige jaren

“Een getraumatiseerd kind een warm nest bieden,” dat vindt Petra het mooie van pleegzorg. “Bo heeft een flinke kras op zijn ziel. De eerste twee jaar van zijn bestaan moest hij vechten voor zijn leven. Door overplaatsingen naar verschillende pleeggezinnen is hij onveilig gehecht. Hij kreeg de kans niet om zich aan iemand te binden.”

“Eerst vertoonde hij sociaal wenselijk gedrag, noemde alle aardige vrouwen ‘mama’ en liep meteen met hen mee. ‘Mama’ had geen inhoud voor hem. We leerden hem dat hij bij ons hoort en dat hij ‘maar’ twee moeders heeft: zijn biologische moeder en zijn pleegmoeder. Toen hij zich begon te hechten, veranderde zijn gedrag. Wanneer hij zich onveilig voelde, werd hij agressief.”

Een paar pittige jaren volgen. ”Onze kinderen zijn behoorlijk op de proef gesteld en waren hem soms liever kwijt. ‘Bo gaat niet weg’, zeiden wij. Maar er moest wel iets gebeuren. Signalen van je kinderen moet je serieus nemen. Bo gaat sindsdien elke maand een weekend naar een bevriend gezin. Inmiddels is hij acht jaar en gaat het, dankzij veel praten en verschillende therapieën, steeds beter met hem.”

Meerwaarde

“Het belang van het kind moet voorop staan,” stelt Petra. “Je moet bereid zijn offers te brengen. Altijd als ouders, maar bij pleegzorg helemaal. Ga dus goed je motieven na. Is er een onvervulde kinderwens? Zorg dat je die goed verwerkt hebt. Pleegkinderen blijven vaak uiterst loyaal aan hun biologische ouders. Bo ziet hen regelmatig en zegt steevast: ‘Mama Loïs* is de liefste’. Dat moet je aan kunnen.”

Is Bo haar even lief als de andere kinderen? “Ja,” reageert Petra, ”Ik heb hem in mijn hart gesloten. Maar ik realiseer me dat het een kind van een ander is. Wij hebben goed contact met Bo’s ouders; daardoor voelt het als een ‘gedeeld ouderschap’. Maar dat heeft geen invloed op de liefde die ik voel. In ons gezin is hij gewoon de jongste. Zijn zus van elf omschrijft hem als ‘leuk en irritant’. Zoals alle kleine broers.”

“Bo levert absoluut een meerwaarde aan ons gezin,” vindt Petra. “Dankzij hem leren onze kinderen dat het goed is om je huis open te stellen. Met Bo komt er een andere wereld binnen. Ze zien de harde kant van het leven. En zoiets vanzelfsprekends als een stabiel en liefdevol gezin, wordt ineens bijzonder.”         

Vertrouwen

“Als ik ooit heb gezien hoe God voorziet, dan is het in de zorg voor Bo,” zegt Petra. Dat hij in hun gezin mocht blijven, was een wonder. “Wij wilden hem graag bij ons laten opgroeien, maar er was al een gezin voor hem. We baden: ‘Heer, als het Uw bedoeling is dat hij bij ons blijft, laat die vraag dan bij Timon vandaan komen’.” Dat gebed is verhoord. Er waren aarzelingen om Bo opnieuw over te plaatsen. “Hij was pas twee jaar, maar al zes keer overgeplaatst. In belang van het kind vroegen ze of hij bij ons mocht blijven.”

Ook in praktische dingen heeft God voorzien. “Omdat onze oudste toe was aan een eigen kamer, moest Bo zijn kamer delen met zijn zus. Eigenlijk is de eis van pleegzorg dat hij een eigen kamer heeft. Die konden we hem niet geven en voor een verbouwing hadden we geen geld. We baden om een oplossing. Die kwam. Uit onverwachte hoek ontvingen we een kleine erfenis. Genoeg om te verbouwen! Bijzonder hoe God steeds voorziet. We weten niet wat in de toekomst verborgen ligt, maar hebben geleerd te leven in vertrouwen. Omdat we een God hebben die ons leven leidt.”

*Om privacyredenen zijn de namen in dit artikel gefingeerd.

Timon is op hard op zoek naar nieuwe pleegouders, omdat veel kinderen (tijdelijk) een (t)huis nodig hebben. Wil je meer weten? Kijk hier

Tekst: Christine Steenks

--:--