Ga naar submenu Ga naar zoekveld

‘Ik ben nog steeds strijdbaar’

Scheidend eindredacteur Dirk van Genderen

Zo op het oog mankeert hij niets. Toch zorgde een zware whiplash er ruim twee jaar geleden voor dat het leven van Dirk van Genderen (49) totaal op z’n kop stond. De gevolgen waren zo heftig dat hij dit jaar afscheid moet nemen als eindredacteur van ‘Visie’, waar hij bijna een kwart eeuw heeft gewerkt.

Deel:

Hij heeft constant pijn in zijn nek, en heel weinig energie. Concentratie kost hem veel inspanning – sinds het ongeluk heeft hij zelfs geen boek meer kunnen lezen – en ook zijn geheugen is niet meer wat het was. Alledaagse dingen waar hij vroeger zijn hand niet voor omdraaide, zoals de tuin bijhouden, houthakken of het huis schilderen, lukken niet of nauwelijks meer. Uitzicht op verbetering van zijn verborgen handicap is er niet, menselijkerwijs gesproken.

Brieven

Maar Dirk is er de man niet naar om bij de pakken neer te zitten. “Weet je wat ik zo buitengewoon op prijs stel?” klinkt het monter terwijl hij opstaat van de bank. “Dat zoveel Visie-lezers met me meeleven en voor me bidden. Ik heb enorm veel brieven gekregen. Kijk eens hoe lief...” – hij pakt een kaart van de schoorsteenmantel – “...deze tekst: ‘Er gaat Iemand met u mee. Als God een deur sluit, opent Hij een venster.’ Dat meeleven doet me heel erg goed.”
Dirk stond binnen de Visie-redactie bekend als een harde werker, die zelden of nooit een dag verzuimde. “Ik kon ontzettend veel aan, in vergelijking met nu. Ik deed de eindredactie van Visie, en in en rond het huis was ik ook vaak bezig. Daarnaast was ik voorzitter van het schoolbestuur, schreef ik wel eens voor andere bladen en hield ik soms spreekbeurten. Ik vond het allemaal leuk; niets was teveel. Dat is opeens voorbij.”

Confronterend

Op een rotonde vlakbij zijn huis kreeg Dirk in oktober 2006 een botsing met een andere automobilist, die hem geen voorrang verleende. Na het ongeluk heeft hij nog twee weken geprobeerd te werken, tot het echt niet meer ging. “Eerst dacht ik: het komt wel weer goed. Tot de Arbo-arts vorig jaar zomer tegen me zei: ‘Houd er maar rekening mee dat je je oude werk niet meer kunt oppakken.’ Dat was heel confronterend, maar het hielp mij alles in Gods hand te geven. Er zijn mensen die zeggen: ‘Hoe kan Hij zoiets toelaten? Dat moet een aanval van de satan zijn om je uit te schakelen.’ God heeft toegelaten dat dit is gebeurd. Waarom? Ik weet het niet. En ik ben soms wel heel benieuwd hoe het verder zal gaan. Misschien krijg ik nooit antwoord op die waaromvraag.”

Boerengezin

Dat Dirk op 1 januari 1985 in dienst kwam bij de EO, lag niet in de lijn der verwachting. Met vijf broers en een zus groeide hij op in een boerengezin. Het ouderlijk huis, waar nu alleen zijn moeder nog woont, grenst aan zijn eigen woning in het landelijke Goudriaan. “De bedoeling was dat ik op de boerderij zou komen. Ik had een landbouwopleiding gedaan en werkte thuis volop mee. We waren zelfs bezig de stallen te vergroten; het was een echt familiebedrijf.”
Maar op een winterochtend luisterde hij naar een EO-radioreportage over de Evangelische Hogeschool in Amersfoort. Ineens kantelde zijn toekomstbeeld. “Ik had er nooit van gehoord, maar het raakte mij zó, dat ik dacht: ‘Ik moet die opleiding gaan doen; dat is Gods wil.’ Ik zal een jaar of 19 geweest zijn.”
Voor zijn ouders was het wel even slikken toen hij hun vertelde dat hij naar de Evangelische Hogeschool wilde. Hij glimlacht bij de herinnering. “In augustus begon ik aan de opleiding, waar ik les kreeg van onder anderen Willem Ouweneel, Emerson Vermaat en dr. C.A. Tukker. Ik voelde me meteen thuis en vond alle vakken even boeiend. Later hoorde ik dat ook de Evangelische School voor Journalistiek (ESJ, red.) aan deze school verbonden was. Dat leek me wel wat; ik ontdekte dat ik schrijven leuk vond.”

Feike

Hij doorliep de opleiding met succes en zag uit naar een baan. “Op een dag belde Feike ter Velde, destijds perschef van de EO, naar de school en vroeg of er iemand was die bij de EO paste en die zijn assistent kon worden. Mijn naam werd genoemd, en ik heb diverse gesprekken gehad. Maar op een gegeven moment verviel de functie. Dus dat ging niet door.”
Eind december 1984 rinkelde de telefoon in huize Van Genderen: de EO had hem alsnog nodig, omdat er bij Visie plotseling een vacature was ontstaan. “Men vroeg of ik nog beschikbaar was én of ik zo snel mogelijk kon beginnen. Zo kwam ik op 1 januari 1985 als fulltime redacteur in dienst.” Wanneer hij precies de overstap naar de functie van eindredacteur maakte, weet hij niet meer. “Dat zal in ‘92 of ‘93 geweest zijn.”

Moslims

Herinneringen herleven als Dirk door een multomap met artikelen uit de begintijd bladert. “Ik had het direct goed naar mijn zin, vooral omdat ik grote, inhoudelijke artikelen kon schrijven. Mijn eerste artikel was een verhaal over de snelle opkomst van de islam. In de introtekst had ik iets geschreven waar heel veel mensen over vielen: ‘Massa’s mensen dreigen voor eeuwig verloren te gaan, terwijl ze denken dat ze op de goede weg zitten.’ De teneur van de reacties was: ‘Wie ben jij om zo’n oordeel te vellen over moslims?’ Het verbaasde mij enorm, temeer omdat ik in het artikel dringend opriep tot bewogenheid met en evangelisatie onder moslims.”
Hij slaat opnieuw een bladzijde om: “Kijk hier, een interview met Richard Wurmbrand. Dat vond ik héél bijzonder. Ik merkte hoeveel liefde hij uitstraalde naar degenen die hem in de gevangenis gemarteld hadden vanwege zijn geloof.”
Op de vraag aan welke herinnering hij de meeste waarde hecht, reageert Dirk: “Ik heb zóveel interessante mensen ontmoet! Naast Wurmbrand bijvoorbeeld ook Warmold Houwing, de man achter het stripverhaal over Jezus’ leven, Hij leefde onder ons. Hij heeft inmiddels al tientallen miljoenen boekjes verspreid. Ik zou niemand anders weten die in zijn eentje zoveel voor elkaar krijgt in het Koninkrijk. Het inspireert me altijd als ik zie wat God kan doen in en via mensen.”

Droom

“Ook geestelijk doet zo’n ongeluk heel wat met je,” zegt Dirk even later. “Ieder mens heeft een droom. Je bent ergens mee bezig, in mijn geval het schrijven van commentaren. Dat vond ik, zeker de laatste jaren, het mooiste van mijn werk. Opeens breekt die droom. Dat is best lastig, al heb ik me nooit opstandig gevoeld. Het was een geweldige mogelijkheid die God gaf om zoveel mensen te bereiken. Ik heb mijn werk altijd als een roeping ervaren. Maar ik heb het moeten loslaten en terugleggen in Gods hand: ‘Ik geef het terug aan U en het is mijn verlangen om bruikbaar te blijven – hoe dat verder ook zal gaan.’”
Op advies van diverse mensen is Dirk inmiddels met een eigen website begonnen (www.dirkvangenderen.nl), waarop hij wekelijks commentaren wil blijven schrijven. “Ik vind het best spannend of dit aanslaat, maar ik heb er zin in. Ook wil ik me beschikbaar stellen voor spreekbeurten en lezingen, al moet ik op mijn grenzen letten.”

Zijlstra

Hij pakt zijn bijbeltje en bladert naar 1 Johannes 3. “Dit gedeelte spreekt mij zeer aan. Hier staat dat wij Christus zullen zien zoals Hij is, en dat wij aan Hem gelijk zullen zijn. Dat begint al in dit leven. Hij wil ons veranderen naar Zijn beeld. God wil dit leven, en alles wat we meemaken, gebruiken om ons te vormen, zoals een pottenbakker aan een vaas werkt. Dat doet soms pijn. Ik heb voortdurend pijn. Mensen vragen wel eens: ‘Hoe gaat het?’ Dan antwoord ik: ‘Lichamelijk niet zo goed, maar geestelijk wel.’ Dat is genade die God geeft.”
Resoluut: “Ik geloof dat God machtig is mij te genezen. Er zijn mensen die zeggen: ‘De genezing ligt voor het grijpen – ga naar Jan Zijlstra; je bent niet gehoorzaam en staat je eigen genezing in de weg.’ Maar ik geloof dat God mij ook hier thuis kan genezen, of in mijn eigen gemeente. Alleen weet ik niet of het Zijn weg is om dat nu te doen. Ik heb de afgelopen twee jaar dingen geleerd die ik niet geleerd zou hebben als ik deze weg niet was gegaan. Sta ik te juichen? Nee, maar in Hebreeën staat dat de kastijding op het moment zelf geen zaak van vreugde is, maar het geeft wel een goede vrucht, namelijk dat je deel mag krijgen aan Gods heiligheid. Dat verlangen heb ik ook, om dwárs door de pijn van die gebroken dromen heen dichter bij God te komen en méér te gaan lijken op de Here Jezus. Door lijden tot heerlijkheid. Dat is niet de weg die we zelf kiezen, maar vaak wel de weg die God nodig acht. Zijn kracht wordt in zwakheid volbracht. Ik ben zwak; dat merk ik elke dag. Maar mijn drive om een boodschap door te geven, is sinds het ongeluk nog sterker geworden. Mijn verlangen was en is om mensen op de Here Jezus te wijzen, dicht bij de Bijbel te leven en die vast te houden, van begin tot eind. In die zin ben ik nog steeds strijdbaar.”

www.dirkvangenderen.nl

Beste Dirk,

Je kenmerkende stijl heeft jarenlang de commentaren van Visie gekleurd. Je voegde een diepwarme kleur toe aan het EO-palet. Dank daarvoor! Door alles heen proefde je het verlangen om mensen op Jezus te wijzen, dat ons als christenen samenbindt. Ga met God, leef in afhankelijkheid van Hem, zodat Hij je waar dan ook kan gebruiken als instrument in Zijn handen.

Arjan Lock, EO-directeur

Beste Dirk,

Als jij de eindredactie deed, kon je er zeker van zijn: daar staat geen taalfout meer in, geen komma op de verkeerde plaats. Meer dan twintig jaar heb je je met hart en ziel toegewijd aan ons blad. Visie was voor jou meer dan een baan. Dat maakt het des te moeilijker dat het nu al twee jaar vanwege je gezondheid niet meer lukt om erbij betrokken te zijn. We missen je geheel eigen inbreng. Maar ik geloof zeker dat God nieuwe wegen voor je zal openen.

Arie Kok, hoofdredacteur

--:--