Ga naar submenu Ga naar zoekveld

‘Onze zoon met een verstandelijke beperking houdt ons dicht bij God’

Een andere blik op het leven

Haar 26-jarige zoon Jan-Henk is als een kind van 3,5 jaar oud. “Hij heeft een ernstig verstandelijke beperking en moest op z’n achtste al uit huis. Het was een ontzettend zware periode,” zegt moeder Ineke Rozemuller (64). “Dat je zelf je kind niet kunt opvoeden, is het ergste wat je kan overkomen.”

Deel:

Ineke zag wel iets aan baby Jan-Henk, maar wist niet precies wat. Tot ze via de fysio met haar zoontje in het ziekenhuis terechtkwam en uit onderzoeken bleek dat hij ernstig verstandelijk beperkt is. “De arts zei dat Jan-Henk de zmlk-school niet zou halen. We vonden dat heel erg en stonden even later als twee verdwaasde mensen weer buiten. Wat moesten we nu?”, memoreert Ineke. “Het ergste was om het aan onze oudste, toen vijfjarige, dochter te vertellen. Eerder hadden we al moeten vertellen dat haar zusje na veertig weken zwangerschap was overleden en nu moesten we haar meedelen dat haar broertje niet goed was. Dat vond ik verschrikkelijk.”

Stil op de bank

Het werd een hele zware periode in gezin Rozemuller. “Vanaf zijn derde ging Jan-Henk al elke dag met een busje mee naar een kinderdagcentrum. De ene week vijf dagen, de andere week zes,” legt Ineke uit. “De momenten waarop hij thuis was, waren zwaar. Hij heeft een IQ van 26, dysfasie, dyspraxie en een vorm van autisme. Hij blijft als een kind van 3,5 jaar en je moet hem bezighouden vanaf dat hij wakker wordt tot hij naar bed gaat. Toen hij naar de zmlk ging, liep het mis. Toen was hij opeens veel vaker thuis en ook in de vakanties. Dat hielden we niet vol. We hadden geen sociaal leven meer. Als hij naar bed moest, zaten wij anderhalf uur heel stil op de bank met de bel en telefoons uitgeschakeld. Ook gingen we niet naar de wc. Want als hij wakker zou worden, duurde het weer anderhalf uur voor hij zou inslapen. We waren als gezin helemaal op.”

Ineke_Rozemuller_3

Eerst kwam er een GZ-verpleegkundige thuis ter ondersteuning. “Na drie dagen hield ze het voor gezien, want het lukte niet. We zaten met onze handen in het haar. Toen vroegen ze vanuit Philadelphia of we wilden meedoen aan de kindergroep die ze gingen starten,” vertelt ze. “Dat vond ik heel heftig. Je wilt niet dat je kind op z’n achtste het huis uit gaat. Ze noemden het een vorm van parttime wonen en dat trok ons over de streep. Het was een heel moeilijke beslissing. Emotioneel kun je hem niet nemen, dus namen we hem rationeel. Dat je zelf je kind niet op kunt voeden, is het allerergste wat je kan overkomen.”

Wonderlijk

Op sommige momenten was Ineke erg opstandig. “Ik schreeuwde het uit naar God: ‘Waarom? Waarom?’. Ik had het gevoel dat dat ook mocht. Jezus stelde aan het kruis ook de waaromvraag. Tegelijkertijd wist ik dat ik geen antwoord zou krijgen. Maar ik wist wel dat we het niet alleen hoefden te doen en dat God erbij zou zijn. Dat ervaarden we ook heel sterk,” zegt ze. “Toen Jan-Henk nog kleiner was, kwam mijn man ‘s avonds altijd om zeven uur thuis. Op een dag stond ik bij het aanrecht en wist ik niet meer hoe het verder moest. Toen ging om half 6 de deur open en stapte mijn man binnen. Toen zei ik: ‘Dank U Here God, U wist dat ik het niet meer alleen kon’. Zo maken we steeds wonderlijke dingen mee en ervaren we dat Hij ons draagt.”

verstandelijke beperking

Jan-Henk houdt zijn ouders dichtbij God. “Hij is zo puur en hij houdt heel veel van God. Hij heeft ook belijdenis gedaan. Inmiddels kan hij zelf wat dingen opzoeken op de IPad en meestal kijkt hij dan Nederland Zingt,” lacht Ineke. “Jan-Henk was ’s nachts vaak wakker. Mijn man zong dan vaak het lied Scheepke onder Jezus’ hoede. Jan-Henk was dan tussen de 18 en 20 jaar. Welke andere vader kan voor z’n zoon van die leeftijd zoiets zingen?”

Zijn wie je bent

Daarnaast geeft het hebben van een zoon met een verstandelijke beperking een andere blik op het leven, volgens Ineke. “Niets is meer gewoon. Iedereen vindt het heel normaal als een kind gaat lopen en praten. Dat zie ik ook bij onze kleindochter. Maar het is niet gewoon. Jan-Henk kan nog steeds niet goed praten. Daarnaast vind ik het heel mooi dat mensen met een beperking in een pure wereld leven. Toen de zmlk-school van Jan-Henk vijftig jaar bestond, voerden de leerlingen een circus op. Ieder kind had een taak. Zelfs een kind dat niet kon lopen en praten. Het zat op een skippybal bij de ingang. Het is toch belangrijk om te kijken wie er binnen komt? Deze mensen kijken niet hoe je eruitziet en of je wel ‘normaal’ bent. Voor hen is iedereen gewoon en gelijk. Je mag zijn wie je bent. Dat vind ik prachtig.”

Ondanks z’n beperkingen leidt Jan-Henk een gelukkig leven, volgens moeder Ineke. “Hij is een heel spontane en open jongen geworden. Hij houdt van fietsen, wandelen en voetballen. Samen met vrijwilligers lukt het hem ook om een goed sociaal leven te leiden,” vertelt ze. “Zelf hebben we nu ook een goede balans, omdat Jan-Henk op z’n plek zit in een woonvorm met jong volwassenen.”

Tom (11) heeft klassiek autisme. Zijn moeder Esther vraagt zich af hoe het gaat als hij ouder wordt.

Geschreven door

Corina Schipaanboord

--:--