Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Reina adopteerde twee dochters uit India

‘We zijn nog steeds alle dagen blij dat we voor adoptie kozen’

Als blijkt dat Reina en haar man geen kinderen kunnen krijgen, voelt dit als een zwaar verlies. Maar hun verhaal is ten goede gekeerd: door adoptie genieten ze nu van hun kinderen en kleinkinderen.

Deel:

“In het begin keken mensen weleens verbaasd als ze een donker kindje in de kinderwagen zagen liggen. We woonden in Drenthe op het platteland, dus dat zag je niet zoveel. Gelukkig kregen we veel positieve reacties.” 

Reina is begin twintig als ze ontdekt dat zij en haar man geen kinderen kunnen krijgen. Ze trouwt op haar achttiende, haar man is dan 26 jaar. “Ik ben baptist en mijn man was van katholieke afkomst, maar hij moest in die tijd niets meer van het geloof hebben,” vertelt Reina (67). “Al vóór ons huwelijk was dat een strijd, ook met zijn ouders. Zodoende zijn we vrij snel getrouwd. We hadden een grote kinderwens, vooral ik: in die tijd werkten vrouwen nog niet zo.”

Schaamte

Maar Reina wordt niet zwanger. “In het ziekenhuis werd duidelijk dat mijn man onvruchtbaar was. Hij is nog geopereerd en de gynaecoloog stelde kunstmatige inseminatie voor, maar dat was niet in overeenstemming met mijn geloof. Het was lastig om erover te praten, ik schaamde me ervoor. Toen mijn zus en vriendinnen wel kinderen kregen, vond ik dat heel moeilijk. Ik zal weleens tegen God gezegd hebben: waarom iedereen wel, en ik niet? Maar ik kan me niet herinneren dat ik ervoor heb gebeden. Ik moest het ook alleen verwerken, omdat mijn man niet gelovig was.” 

Mijn man had twijfels bij adoptie uit het buitenland, hij wilde liever een Nederlands kind

“Het leek me verschrikkelijk om ouder te worden en geen kinderen en kleinkinderen te hebben. In die tijd kwamen er veel kinderen uit Korea hierheen, door de oorlog met Amerika. We begonnen over adoptie na te denken. Mijn man had twijfels bij een kind uit het buitenland, hij zou liever een Nederlands kind willen. Op het adoptiebureau zeiden ze dat Nederlandse kinderen er bijna niet waren, dus dat we toch het buitenland moesten overwegen. Daar hebben we uiteindelijk voor gekozen.”

“Voor de adoptie moesten we veel documenten verzamelen: een verklaring van de arts, een verklaring van goed gedrag, informatie van familieleden over hoe wij als stel waren en goedkeuring van het Ministerie van Justitie. Dat kostte veel tijd en moeite, ook omdat het in het Engels moest. Twee jaar na de eerste afspraak bij het adoptiebureau, zeven jaar nadat wij getrouwd waren, kwam onze oudste dochter aan in Nederland. Ze was vijf maanden oud.” 

Huilbaby 

“Het moment van ophalen was verschrikkelijk. Het was een mistige dag in november, we moesten om 07:00 uur op Schiphol zijn. We waren met een grote groep ouders, er kwamen tien kinderen aan. Door de mist kon het vliegtuig niet landen, dus ze vlogen door naar Brussel. Om 19:00 uur kwamen de kinderen aan met een taxi op Schiphol. Het was alleen maar huilen, iedereen was kapot. Onze dochter werd in onze handen gedrukt met de woorden: ‘She’s a very naughty baby’, omdat ze de hele tijd had gehuild. Dat was niet zo’n mooie start.” 

“Je hebt geen bevalling gehad, maar komt wel ineens thuis met een kind. Er is geen kraamverzorgster om je wegwijs te maken. Onze dochter vroeg veel aandacht en huilde veel. Dat was niet makkelijk. Mijn man was daar geduldiger in dan ik. Maar ik kon vrij snel van haar houden. Dat is heel raar: zodra je het kind in je armen krijgt, voelt het als je kind. We waren zo stapelgek op haar, dat we ons afvroegen: zou je met een tweede dochter ook zo blij kunnen zijn? Maar dat gaat vanzelf.”

‘Spoedbevalling’

“Twee jaar later kregen we onze tweede dochter. Dat was een heel andere start: om 12:00 uur moesten we op Schiphol zijn en om 16:00 uur waren we alweer thuis. Een ‘spoedbevalling’! Zij was heel klein en ondervoed en had een hele zak medicijnen bij zich. Van de dokter mochten we die medicijnen laten staan; al snel ging het een stuk beter. Onze oudste dochter was heel blij met haar zusje. Ik had tegen haar gezegd dat ze nu ’s nachts niet meer mocht huilen, omdat haar zusje anders wakker zou worden. Ze heeft het nooit meer gedaan!” 

We legden er bij onze dochters nooit de nadruk op dat ze geadopteerd waren

“Het is heel goed gegaan met onze kinderen. Op school zijn ze nooit gediscrimineerd. We legden er ook nooit de nadruk op dat ze geadopteerd waren. We zijn weleens naar een lezing van René Hoksbergen geweest, die bekendstaat om zijn ideeën over adoptie. Hij zei dat donkere kinderen in een blanke maatschappij bijzonder zijn. Dat vonden wij overdreven: doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg. Onze meiden vonden zichzelf ook niet bijzonder, ze staan met beide voeten op de grond.” 

Rootsreis naar India

“Onze jongste dochter was altijd benieuwd waar ze vandaan kwam. Onze oudste niet: ‘ik woon hier, ik ben Nederlands, jullie zijn m’n ouders’. Ze is meer nuchter en gesloten daarin, dat moesten we respecteren. Toen mijn jongste dochter net getrouwd was, zijn we met z’n vieren – mijn man en ik, onze dochter en haar man – naar India gegaan met een rootsreis, georganiseerd door het adoptiebureau. De eerste week is speciaal voor adoptiekinderen om te kijken waar ze vandaan komen. Het kindertehuis was er niet meer, maar wel een soortgelijk. Al die kinderen op de betonnen vloer, ik zou ze allemaal mee naar huis willen nemen… We ontmoetten de mevrouw die bemiddeld had en we kregen inzage in de boeken, nog met pen beschreven. Heel bijzonder om de naam van je kind te zien staan. De tweede week was meer een vakantie waarin we cultuur gingen snuiven.”

Geadopteerd en lesbisch

“Onze jongste heeft inmiddels drie dochters en is fulltime moeder. Onze oudste is verpleegkundige en heeft een vriendin. Daar had ik het in het begin wel moeilijk mee, qua geloof. Ik heb weleens gedacht: wat heb ik verkeerd gedaan in m’n opvoeding? Maar liefde overwint alles, je laat je kind nooit los. Ze was zo gewenst! Dus we hebben ons erbij neergelegd. Voor haarzelf was het ook een moeilijke situatie: ze was geadopteerd en daarnaast nog lesbisch, dan sta je apart in de maatschappij. Ze is niet zo’n prater, dus ik weet niet goed hoe ze erin staat. Ze heeft zich laten dopen, maar gaat niet meer naar de kerk. Ik denk dat ze nog wel gelooft. Ze heeft een stabiele relatie, wij klikken goed met haar vriendin. Door kunstmatige inseminatie hebben ze twee kinderen gekregen.”

Gods leiding

“We zijn nog steeds alle dagen blij en dankbaar dat we de kinderen mochten krijgen. Anders hadden we hier met z’n tweetjes gezeten. Een mens wil toch iets te zorgen hebben, zijn liefde kwijt kunnen. Achteraf realiseer je pas dat het zo geleid is door God. Je weet van tevoren niet dat het zo goed uitpakt. We kennen ook mensen die niets voor adoptie voelen, maar ik zou het alleen maar toejuichen.”

“Ook wat betreft mijn man zien we Gods leiding. Toen onze schoonzus op sterven lag, had ze tegen hem gezegd: ‘ik hoop dat we elkaar terugzien’. Tien jaar geleden kreeg hij een ernstige hartaandoening. De tekst kwam weer bij hem terug. Hij heeft zijn hart toen aan de Heer gegeven. Hij gaat nu al tien jaar mee naar de kerk.”

Jolanda is geadopteerd en voelde zich vaak eenzaam. Lees haar verhaal hier.

--:--