Ga naar submenu Ga naar zoekveld

De ene aanraking is de andere niet

Deel:

Rikko geeft op de vroege ochtend inspiratie om de dag bewust te beginnen. Hij leest om 6 uur de teksten uit een oud kerkelijk leesrooster en zo rond 7 uur deelt hij de gedachte die dan op-popt. Elke werkdag te lezen en te beluisteren.  

De ene aanraking is de andere niet – PopUpGedachte dinsdag 30 januari

‘Hier raken wij elkaar aan’. Ik had dit bijna als werkregel geformuleerd voor de theateravonden die voorafgingen aan het oprichten van de PopUpKerk. We hadden een serie werkregels daarvoor, bijvoorbeeld: ‘De vloer is leeg. Geen geloof, kennis of spiritualiteit is vereist voor het betreden ervan’ en ‘De bijeenkomst vindt plaats in een performanceruimte zonder podium of tribune.’ We noemden dit ons dogma, geïnspireerd door Lars Von Trier die dogma 95 had geschreven, een set van regels waarmee hij weer terug wilde naar het zuivere filmmaken. Dat camera’s niet mochten bewegen voor extra effect, dat muziek ter plekke gemaakt moest worden en niet achteraf toegevoegd om iets te creëren wat je in het echt op de set niet kon. Het was een grap geweest, die regels. En toch zeiden ze iets. Zo ook voor ons. Één regel heb ik nooit toegevoegd, terwijl het wel belangrijk was. ‘Wij raken elkaar aan.’ In het licht van de huidige #metoo discussies – die ik overigens een van de belangrijkste en meest hoopgevende gesprekken vind van het afgelopen jaar – zou het al helemaal niet logisch zijn om deze regel toe te voegen. En toch … Al was het maar zo eenvoudig als een hand geven. Of een arm vasthouden. Het communiceert iets wat woorden nooit zullen kunnen. Juist omdat het zo krachtig en belangrijk is, wordt misbruik ervan zo ellendig.

Vandaag rouwt David om zijn zoon. De jongen die hij heeft grootgebracht, de luiers verschoond, gewassen en mee gevoetbald. Tenminste, ik weet niet hoe een koning in het oude Israël zijn zoon grootbracht, misschien had hij wel nanny’s voor alles – maar de liefde die spreekt uit de passages deze week doet iets anders vermoeden – David heeft dat lijfje van zijn zoon groot zien worden, hij heeft hem op zien groeien tot een man, een zelfstandig man. Zo zelfstandig dat hij rebellen heeft verzameld en nu zijn vader en diens hofhouding wil vermoorden om zelf koning te worden. Vandaag rouwt de koning, terwijl zijn manschappen in eerste instantie feest vieren. Want de vijand is overwonnen. Absalom, de rebellenleider is dood. Maar boven de poort in het vertrek van de koning: ‘daar liep hij wenend heen en weer en riep aldoor: Mijn zoon, Absalom mijn zoon, Absalom mijn zoon! Ach, was ik zelf maar in uw plaats gestorven.’ En de overwinning van die dag veranderde in rouw voor het hele volk daar het volk die dag had vernomen, dat de koning bedroefd was om zijn zoon.

Absalom was de tegenstander, als die valt, juicht het volk. Het is veilig. Voor David was hij z’n zoon. Als eerste en als laatste, altijd. En het volk rouwt mee. Op de dag van de overwinning. Want een man heeft zijn kind verloren. Dat allereerst en allerlaatst. Gevoed, verschoond, vertroeteld, verzorgd, mee vergroeit en nu verdwenen.

Jezus doet ook in aanrakingen. En aangeraakt worden. Het is fascinerend dat de aanraking van een besmettelijk melaatse in die tijd iedereen de doodschrik op het lijf joeg, de ziekte van de ander reisde via het moment van huid op huid contact van de een na de ander en de gezonde mens was verloren. Hij of zij zou zich bij de zieke mensen moeten voegen. De man uit Nazareth is andersom besmettelijk. Zijn gezondheid reist van de aanraking naar het lijf van de zieke en hij of zij kan zich weer bij de genezenen voegen. Door een aanraking.

Er staat ‘een dichte menigte vergezelde Jezus en drong van alle kanten op. Er was een vrouw die al 12 jaar aan bloedvloeiing leed; zij had veel te verduren gehad van een hele reeks dokters en haar gehele vermogen uitgegeven zonder er baat bij te vinden; integendeel het was nog erger met haar geworden. Omdat zij over Jezus gehoord had, drong zij zich in de menigte naar voren en raakte zijn mantel aan. Want ze zei bij zichzelf: ‘als ik slechts zijn kleren kan aanraken, zal ik al genezen zijn.’ Terstond hield de bloeding op en werd ze aan haar lichaam gewaar dat ze van haar kwaal genezen was. Op hetzelfde ogenblik was Jezus zich bewust dat er een kracht van hem was uitgegaan. Hij keerde zich te midden van de menigte om en vroeg: ‘Wie heeft mijn kleren aangeraakt.’ De leerlingen zeiden tot Hem: ‘Gij ziet dat de menigte van alle kanten opdringt en gij vraagt: wie heeft mij aangeraakt?’ Hij liet zijn blik rondgaan en dan komt de vrouw bevend naar voren en vertelt haar verhaal. Hij prijst haar geloof en wenst haar gezondheid.

Aanraking waar kracht van uitgaat. Omdat de ander dat verwacht, omdat je het wil geven. Omdat je gelooft. Niet in dogma’s of in jezelf of in een serie regels waaraan men wel of niet moet voldoen. Maar in aanraking zelf. Elke community ontwikkelt zo z’n gewoontes van aanraking, een hand, een kus, drie zoenen op de wang. Bij de PopUpKerk is het een knuffel geworden, elke keer, voor iedereen. Behalve misschien als iemand voor het eerst en schuchter binnenstapt. De volgende keer zal het echter raak zijn. Wij raken elkaar aan. En proberen dat goed te doen. Opdat we verbonden raken zoals David. En gezond worden zoals de naamloze vrouw.

Hier vind je drie tekstgedeeltes die Rikko vanochtend las.

Geschreven door

Rikko Voorberg

--:--