Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Susanne zat drie jaar vast voor de moord op haar schoonmoeder

‘Ik was erg bang voor de reacties van mensen en durfde alleen onherkenbaar de straat op’

In het nieuwe EO-programma ‘Uit de Bak’ volgt presentator Dwight van van de Vijver vijf ex-gedetineerden die weer op vrije voeten zijn. Eén van hen is Susanne, naar eigen zeggen heeft zij drie jaar lang onschuldig vastgezeten voor de moord op haar schoonmoeder. In tegenstelling tot haar man die ruim vijftien jaar kreeg, kwam zij twee jaar geleden vrij wegens gebrek aan bewijs.

Deel:

Susanne is een van de deelnemers aan het EO-programma ‘Uit de bak’, waarin presentator Dwight van van de Vijver ex-gedetineerden die weer op vrije voeten zijn volgt. Hoe is het om weer in de samenleving mee te doen? Krijgen ze een tweede kans? In de derde aflevering, 16 december 21.00 uur op NPO3, is het verhaal van Susanne te zien. Bekijk het programma hier.

Op 12 juni 2016 wordt de tachtigjarige Riet dood aangetroffen in haar woning. Omdat er wordt getwijfeld aan de doodsoorzaak van de dementerende vrouw, volgt een grootschalig onderzoek. Het heeft er alle schijn van dat Hans, de derde zoon van Riet, samen met zijn vrouw Susanne uit is op de erfenis. Omdat bewijs ontbreekt wordt besloten het echtpaar af te luisteren. “De wending die het onderzoek kreeg was te bizar om te bevatten”, zegt Susanne verontwaardigd. “Hans en zijn moeder waren twee handen op één buik en wij zorgden liefdevol voor haar. Op haar geld zaten we absoluut niet te wachten; we haalden meer dan voldoende inkomsten uit de verhuur van diverse panden in Amsterdam-Oost.”

Mijn man en zijn moeder waren twee handen op één buik

De vermoedelijke doodsoorzaak is een overdosis oxycodon, een morfineachtige pijnstiller die schoondochter Susanne acht maanden daarvoor had gekregen toen zij haar schouder had gebroken. “Onzin!”, zegt ze stellig. “De hoeveelheid oxycodon die zij in het bloed van mijn schoonmoeder aantroffen was niet voldoende om aan te overlijden.” Het zit Susanne dwars dat een aantal opmerkelijke details terzijde werd geschoven tijdens het onderzoek. “Onze achtertuinen grensden aan elkaar en we liepen doorlopend over en weer bij elkaar. Mijn man is ’s avonds om tien uur even bij haar langs geweest. Volgens de politie was dat het moment dat Hans haar een overdosis oxycodon zou hebben toegediend. Opmerkelijk feit is dat mijn schoonmoeder de volgende morgen, toen zij werd gevonden een tabletje op haar tong had liggen; dat had allang gesmolten moeten zijn als mijn man deze om tien uur `s avonds had gegeven.”

Dodelijke dosis

In 2015 trok een jongeman bij Riet in om haar te helpen in de huishouding en om haar gezelschap te houden. Hij woonde ten tijde van haar overlijden bij haar in huis en getuigde dat hij om drie uur ’s nachts nog een smoothie voor haar had gemaakt. “Hij vertelde dat zij daarna weer in slaap was gevallen; hij hoorde haar niet lang daarna snurken. Een natuurlijke doodsoorzaak ligt veel meer voor de hand.”

Toch zijn er twijfels bij het Openbaar Ministerie en richten alle ogen zich op Hans en Susanne. Geschokt door de nieuwe wending die het onderzoek krijgt, nemen zij contact op met een advocaat. “We zeiden vol verbijstering tegen elkaar: Het zal toch niet zo zijn dat…? Om het ergst denkbare te voorkomen leek het ons verstandig ons te laten adviseren door een advocaat en alle denkbare scenario`s door te nemen, niet wetende dat wij werden afgeluisterd en bepaalde fragmenten in de rechtszaal tegen ons zouden worden gebruikt.”

Het leek of we in een slechte film waren beland

Frank van de Groot, een bekende Nederlandse forensisch patholoog, getuigt tot twee keer toe dat Riet een natuurlijke dood is gestorven. Desondanks wordt het echtpaar door de rechtbank schuldig bevonden op basis van de afgeluisterde gesprekken en verdwijnen zij voor tien jaar achter de tralies. “Het leek of we in een slechte film waren beland; ik zat nietsvermoedend in mijn badjas beneden en mijn man was net de hond aan het uitlaten, toen wij met veel toeters en bellen in de boeien werden geslagen.

In de eerste instantie dachten we dat we dezelfde dag weer thuis zouden komen en dat het OM zijn vergissing snel zou inzien.” Het tegendeel bleek waar te zijn en pas drie weken later mogen zij voor het eerst contact opnemen met hun kinderen. “Drie dagen na onze arrestatie kwam er voor het eerst iemand van jeugdzorg naar de kinderen kijken. Gelukkig hebben de buren onze kinderen de eerste periode opgevangen. Na drie maanden was onze dochter achttien en mocht zij op zichzelf wonen. Onze zoon werd echter van instantie naar instantie gesleept en heeft het bijzonder moeilijk gehad. Ik vond het vreselijk dat ik machteloos stond en vanuit de gevangenis niks voor hem kon doen; ik was er altijd voor de kinderen geweest. Het leek een nachtmerrie waar maar geen einde aan kwam.”

In de gevangenis

Susanne en Hans leven van pro-formazitting naar pro-formazitting en blijven hopen dat het recht zal zegevieren en zij vrijgesproken zullen worden. “Ik zat daar tussen dames die hun mannen hadden vermoord. Iedereen die daar zit zegt onschuldig te zijn, dus mijn beweringen waren niet nieuw daar. Toch hadden ze onderling al gauw door dat ik anders was. Ik ben niet crimineel of gewelddadig en was daar een vreemde eend in de bijt. Doorlopend was ik bezig conflicten te vermijden en liep ik weg als een discussie dreigde te escaleren.”

Terugkijkend op de jaren dat zij in de gevangenis zat, moet Susanne concluderen dat het geen nare tijd is geweest. “Ik werd goed behandeld. De gevangenisdirecteur en het personeel waren er niet op uit ons het leven zuur te maken. Onze vrijheidsberoving was al zwaar genoeg, zij wilden ons niet extra straffen. Ik mocht yogalessen en filosofie volgen. Daarnaast mocht ik zestien maanden lang als ‘reinigster’ werken; normaal is dat maximaal zes maanden. Een ‘reinigster’ mag dagelijks van half acht tot half vijf buiten de cel werken, in plaats van zes á acht uur per week. Ik mocht cellen schoonmaken, de was doen en eten uitdelen.”

Teleurstelling

“De jaren die ik in detentie doorbracht zijn onder te verdelen in periodes dat ik naar een nieuwe zitting toeleefde. Ik hield de hoop dat er ooit een moment zou komen dat de waarheid boven tafel kwam en wij vrijgelaten zouden worden.” Na drie jaar is het eindelijk zover; Susanne wordt in hoger beroep vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs. “Het was niet waar wij op hoopten, want ik werd nog steeds als verdachte gezien. Ik kwam enkel vrij omdat mijn rol in de ‘vermeende moord’ op mijn schoonmoeder niet bewezen kon worden. Het was dan ook bijzonder bitter voor mijn man om tijdens dezelfde zitting te horen dat hij voor vijftien jaar en negen maanden achter de tralies zou verdwijnen, terwijl ik als vrij mens de deur uit kon wandelen.”

De steun van mensen uit onze wijk heeft mijn terugkeer minder moeilijk gemaakt

Na de zitting krijgt Susanne een uur de tijd om haar spullen te verzamelen en te vertrekken. “Ik werd op straat gezet met mijn bezittingen in twee vuilniszakken en 12,50 voor een buskaartje. Mijn leven was drie jaar geleden abrupt tot stilstand gekomen en ik moest het zelf weer op zien te pakken. Dat was bijzonder moeilijk; ik was erg bang voor de reacties van mensen en durfde alleen onherkenbaar de straat op.” Haar angst blijkt onterecht; zij wordt met open armen ontvangen in de buurt. “De mensen in onze wijk hebben nooit geloofd dat wij tot zoiets in staat zijn. Hun liefdevolle steun heeft het minder moeilijk gemaakt terug te keren in de maatschappij.”

Toch blijft Susanne zich onveilig voelen. “Ik ben de zekerheid in mijn leven kwijt. Wie geeft mij de garantie dat dit niet nog een keer gebeurt? Ik wil alles waar ik mee bezig ben dezelfde dag nog afmaken; bang dat ik anders de kans niet meer krijg.”

Met één been in de gevangenis

Hans heeft inmiddels vijf jaar van zijn gevangenisstraf achter de rug. “Hij heeft het er ontzettend moeilijk mee”, weet Susanne. Hij belt haar regelmatig met een vraag of opdracht. “Ik merk dat dit mij niet in de koude kleren gaat zitten. Natuurlijk begrijp ik dat hij gefrustreerd is, dat zou ik in zijn plaats ook zijn, maar ik sta op deze manier nog steeds met één been in de gevangenis. Ik probeer mijn leven weer een beetje op te bouwen, maar dat lukt niet als ik elke dag word teruggezogen naar mijn tijd in de gevangenis.”

Uit de bak

Daarnaast zit Susanne vol met opgekropte frustratie. “Ik kan het onrecht dat ons is -en nog steeds wordt- aangedaan geen plek geven. Ik zal blijven strijden voor de waarheid. Op dit moment ligt alles opnieuw bij een forensisch instituut, in de hoop dat er nieuw bewijs wordt gevonden, zodat ik om een herziening van onze zaak kan vragen. Dat is ook de reden dat ik de media opzoek en meedoe aan het programma Uit de Bak. Ik hoop dat er iemand opstaat, die zich in onze zaak wil vastbijten en de waarheid boven tafel krijgt. Gooi mijn leven maar overhoop, ik heb niks te verbergen en heb er alles voor over om mijn man uit de gevangenis te krijgen en onze naam te zuiveren!”

Susanne is een van de deelnemers aan het EO-programma ‘Uit de bak’, waarin presentator Dwight van van de Vijver ex-gedetineerden die weer op vrije voeten zijn volgt. Zij willen niets liever dan een normaal leven; huisje, boompje, beestje. Maar hoe is het om weer in de samenleving mee te doen? Krijgen ze een tweede kans? In de derde aflevering is het verhaal van Susanne te zien. Bekijk deze aflevering hieronder.

Lees ook: Esmee: 'In de gevangenis mocht ik Jezus ontmoeten'

Geschreven door

Rita Maris

--:--