Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Column Martine over 'beledigende termen' schrappen uit kinderboeken

Martine is getrouwd met Erwin en moeder van drie zonen in de jongvolwassen en puberleeftijd. Ze werkt als ervaringsgericht therapeut bij een praktijk voor bewustwording, zingeving en creativiteit. Voor Eva schrijft ze over wat haar opvalt en bezighoudt in het leven.

Deel:

Het kinderboek Rozemarijntje en de oude juffrouw zou wel eens heel beledigend kunnen zijn. Laat het de sensitivity schrijvers niet ter ore komen. Want als ze straks klaar zijn met Roald Dahl, zouden de boeken van W.G. van der Hulst maar zo de volgende kunnen zijn. En dan gaat deze titel eraan! Je kan toch niet meer spreken van een ‘oude juffrouw’, dat zou wel eens heel beledigend kunnen zijn. Om nog maar te zwijgen over de dikke slagersvrouw die tegenover de oude juffrouw in het ziekenhuis ligt, en die door meneer van der Hulst ook nog een ‘goede dikzak’ wordt genoemd. Die zullen we moeten herschrijven naar een vrouw met een bovengemiddeld postuur. En verkleinwoordjes zijn ook niet meer van deze tijd dus de titel zal wel vervangen worden door: ‘Rozemarijn en de vrouw op zekere leeftijd’.

Typisch gevalletje van doorslaan?

Dat we rekening houden met de tijd waarin we leven en ons laten vormen door andere inzichten, lijkt me op zichzelf een goede zaak. We zijn lerende mensen. Taal en gebruiken veranderen en dat vraagt soms om aanpassing. Maar hoe ver moeten we daarin gaan? Mag het ook nog een beetje schuren?

De achterliggende beweging, waarbij we angstvallig en systematisch proberen alles te vermijden wat tot gevoeligheid of kwetsing kan leiden en waardoor mensen zich buitengesloten zouden kunnen voelen, vind ik wel echt een gevalletje van doorslaan. Er lijkt weinig weerbaarheid meer te zijn om gevoeligheden gewoon te incasseren en niet gelijk tot een persoonlijke afwijzing of hetze te maken. Dan voel je je een keer niet begrepen, nou en?

Dus dan voel je je een keer niet begrepen, nou en?

Een samenleving waarin ruimte is voor iedereen lijkt me een mooi streven. Maar zullen we ook even hardop zeggen dat het volstrekt onhaalbaar is? Niet omdat we dat niet zouden willen met elkaar – volgens mij zijn de meeste mensen juist zeer bereid – maar omdat wij mensen daartoe niet in staat zijn. We zijn beperkt. Niet perfect. We kunnen niet iedereen lief hebben, al doen we ons stinkende best. We hebben onze menselijke maat onder ogen te komen als we op volstrekt overspannen manier proberen om vooral niet op andermans tenen te gaan staan. Want we kunnen hooguit streven. 

En laten we dan vooral streven naar contact. Want in het contact met de ander kan ik begrijpen en kan ik begrepen worden. Dan ontstaat er een vruchtbare ontmoeting waarbinnen we verbinding kunnen ervaren. Ondanks totaal andere inzichten waar we het misschien ook niet over eens worden. Volwassen worden is werk maken van je ontmoetingsruimte en daar je verantwoordelijkheid in nemen. Een ruimte waarin je je kunt bewegen, waarbinnen je kunt werken aan een gezonde balans tussen geven en nemen. Waar je je laat scherpen door de ontmoeting met de ander en af en toe kunt lachen om wat er misgaat zowel bij jezelf als bij de ander.

Volwassen worden is werk maken van je ontmoetingsruimte en daar je verantwoordelijkheid in nemen

Vanuit deze ontspanning ben ik beter in staat om door de woorden heen te luisteren en me weer te openen voor het contact met de ander. Of zoals priester en schrijver Henri Nouwen het zo mooi zei: “Luisteren is de hoogste vorm van gastvrijheid. Niet om de ander te veranderen, maar om een ruimte te scheppen waar verandering kan plaats vinden.” We mogen met en van elkaar leren. En dat gaat alleen als het ook mag schuren.

Of de boekjes van W.G van der Hulst in handen zullen vallen van de sensitivity schrijvers valt nog te bezien. Ik heb er in ieder geval goede herinneringen aan en die pakken ze me niet meer af. Ik heb dikke tranen gehuild om ‘Ouwe Bram’. Ik heb me verkneukeld om ‘het plekje dat niemand wist’ en ik ben bang geweest voor ‘de boze koster’. En ach, wat was ik begaan met de oude juffrouw die zoveel plezier had van die vrolijke, ondeugende Rozemarijntje. Ik wens onze samenleving veel Rozemarijntjes toe die met een liefdevol hart gastvrij kunnen zijn voor oude juffrouwen, dikke slagersvrouwen en alles en iedereen daartussenin.

Geschreven door

Martine Luchies

--:--